Het bouwbedrijf Heijmans treft in opdracht van Rijkswaterstaat “beheersmaatregelen” bij de Vollenhovetunnel in de A28 ter hoogte van Zeist. Op dinsdagavond wordt begonnen met het plaatsen van betonblokken op de vluchtstroken. Dat bevestigt een woordvoerder van Rijkswaterstaat tegenover Infrasite. 

De betonblokken zijn een ballast en moeten de tunneldelen gaan stabiliseren nadat een deel van de tunnel eerder deze maand enkele millimeters omhoog kwam. De oorzaak is een combinatie van twee factoren, denkt Rijkswaterstaat op het moment. Allereerst stond het grondwater “extreem hoog” door de regenval van de laatste maanden. Ten tweede zijn er mogelijk ankers in de paalfundering stuk, liet de beheerder afgelopen week weten.

Volgens minister Mark Harbers van Infrastructuur en Waterstaat is er “geen sprake” van een calamiteit. Het verkeer kan vooralsnog doorrijden. Wel zijn er “beheersmaatregelen” nodig om te voorkomen dat de situatie verslechtert, schreef de minister afgelopen week in een brief aan de Tweede Kamer. Heijmans voert in elk geval een deel van die maatregelen uit, vertelt een woordvoerder van Rijkswaterstaat op dinsdag tegenover Infrasite. Het bouwbedrijf is namelijk de vaste onderhoudsaannemer voor dit deel van de weg.

Onderzoek loopt

Na het plaatsen van de betonblokken op dinsdagavond “wordt direct onderzocht” of er nog meer maatregelen nodig zijn, zegt de beheerder. De verwachting is dat de betonblokken “minstens een jaar lang” moeten blijven staan, gaf minister Harbers eerder al aan. Dat moet het mogelijk maken om ook de trekankers in de fundering van de tunnel te onderzoeken. Die zijn mogelijk bezweken.

Verder wordt onderzocht wat het omhoog gekomen tunneldeel nog meer kan hebben veroorzaakt. “Hierbij zal geput worden uit de kennis en ervaring die eerder bij de Prinses Margriettunnel is opgedaan.” De Vollenhovetunnel is namelijk een van de vier Nederlandse tunnels met een vergelijkbare funderingsconstructie als die van de Prinses Margriettunnel in Friesland, een tunnel die eind 2022 omhoog gekomen bleek te zijn door problemen met de fundering.

In ‘een vroeg stadium’ ontdekt

De situatie in Friesland was wél een calamiteit. Minister Harbers noemde het zelfs een ramp. Om herhaling te voorkomen op andere plekken in Nederland, zijn in het afgelopen jaar monitoringssystemen aangebracht in de vier tunnels met vergelijkbare constructies. “Door de monitoring van de objecten is nu in een zeer vroeg stadium zicht ontstaan op een mogelijk bezwijken van de fundering. Dit stelt Rijkswaterstaat in staat om zo proactief mogelijk beheersmaatregelen te treffen die erger voorkomen.”

Wat die beheersmaatregelen zullen inhouden, wordt zoals eerdergenoemd nog onderzocht. Of delen van de fundering moeten worden vervangen, zoals eerder gebeurde in de Prinses Margriettunnel, valt volgens de woordvoerder van Rijkswaterstaat nog niet te zeggen.

Lees ook:

• Brug over het IJ is nog steeds een brug te ver
• Arbeidsinspectie gaat scherper handhaven op bouwmachines met dieselmotoren van <56kW