Over loonsverhogingen zijn de werkgeversorganisaties en vakbonden het nog steeds niet eens. Maar op het gebied van werkveiligheid en het opleiden van nieuwe medewerkers, hebben de onderhandelaars stappen kunnen zetten. Dat zeggen de FNV en Bouwend Nederland deze week in een reactie na de derde cao-onderhandelingen voor de bouw en infra. 

Op maandag 30 oktober zaten de werkgeversorganisaties en vakbonden voor de derde keer aan tafel om afspraken te maken voor de nieuwe cao. Bouwend Nederland en Aannemersfederatie Nederland onderhandelen namens werkgevers, terwijl de FNV en CNV dat namens medewerkers doen.

De derde gesprekken hebben geen afspraken opgeleverd over loonsverhogingen, vrije dagen en verlofregelingen, zegt Bouwend Nederland in een reactie. Net zoals na eerdere gesprekken laat de werkgeversorganisatie weten dat werkgevers “niet kunnen meegaan” met de loonsverhogingen die de vakbonden voorstellen.

Vakbondbestuurder Hans Crombeen, die namens de FNV als onderhandelaar aan tafel zit, bevestigt tegenover Infrasite dat er dit keer weinig over salarissen is gesproken. Volgens hem willen de werkgevers eerst weten wat de andere afspraken ze mogelijk gaan kosten voordat het onderwerp weer aan bod komt. Denk bij die afspraken aan nieuwe vergoedingen voor overwerk, aanpassingen van de pensioenopbouw en de rest van de voorstellen van de vakbonden.

Veiligheid

Ondanks de weinige vooruitgang op het gebied van loon vond Crombeen de sfeer van de onderhandeling anders dan tijdens de eerste en tweede gesprekken eerder deze maand, vertelt hij. Volgens hem hebben de werkgevers en vakbonden kunnen praten over twee onderwerpen waar ze het wél over eens zijn, namelijk het belang van werkveiligheid en het opleiden van nieuwe medewerkers.

Op het gebied van werkveiligheid vinden alle partijen dat er moet worden gekeken naar de arbeidsomstandigheden van arbeidsmigranten in de bouw en infra, zegt de vakbondbestuurder. Volgens hem kwam het onderwerp aan bod naar aanleiding van berichtgeving van de NOS en Nieuwsuur in oktober, waarin vraagtekens wordt geplaatst bij de arbeidsomstandigheden van arbeidsmigranten die in Nederland glasvezel aanleggen. “We gaan experts bij elkaar brengen die dergelijke situaties kunnen bekijken en willen oplossen”, aldus Crombeen.

Opleiden

Daarnaast spraken de vakbonden en werkgevers over manieren om bedrijven te helpen bij het opleiden van personeel. De aanleiding is een rapport van het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB), zegt de vakbondbestuurder, waarin op woensdag werd voorspeld dat het aantal banen in de bouw volgend jaar met 1 procent afneemt door een daling in het aantal bouwprojecten.

Crombeen: “Als de werkgelegenheid daalt, dan is de reflex van bedrijven vaak om minder studenten aan te nemen of houden. We hebben aan de onderhandelingstafel besproken dat dit onwenselijk is voor de sector. De voorspelde daling in de werkgelegenheid is een korte dip. Als bedrijven daardoor minder studenten gaan opleiden, dan kan dat later voor problemen zorgen.”

Daarom willen de vakbonden en werkgevers het volgens de vakbondbestuurder financieel makkelijker maken voor bedrijven om studenten aan te blijven nemen. Bijvoorbeeld met vergoedingen uit het opleidings- en ontwikkelingsfonds (O&O-fonds), vertelt hij.

Verdere cao-onderhandelingen

Het doel van de cao-onderhandelingen is om vóór 1 januari 2024 een cao vast te stellen die zowel voor werkgevers als werknemers acceptabel is. Op die dag moet de nieuwe cao voor de bouw en infra ingaan. In de tussentijd gaan werkgeversorganisaties en vakbonden nog op meerdere momenten in gesprek over de nieuwe arbeidsvoorwaarden.

Lees ook:

• ‘UTA-personeel wordt tekortgedaan tijdens cao-onderhandelingen’
• Kabinet overweegt nieuwe boetes en beloningen tegen arbeidsongevallen