ViA15 mag nog net niet doorgaan: ‘Alleen onderbouwing nodig’
Het wegenbouwproject ViA15 mag nog niet doorgaan. De zaak is “bijna in orde”, zegt de Raad van State, maar het ministerie moet eerst nog een verdere onderbouwing geven van de maatregelen waarmee er voor de stikstofuitstoot van het project wordt gecompenseerd. Daar geeft de raad de minister een half jaar de tijd voor. Pas als de onderbouwing binnen is kan de definitieve uitspraak worden gedaan.
ViA15 is de naam van het project waarmee het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat de A12 en A15 bij Arnhem wil aanpassen. Het plan is om de A12 te verbreden en de A15 door te trekken en te verbreden. De A15 is de meest gebruikte route over de weg voor vrachtverkeer van Rotterdam richting Duitsland en Oost-Europa.
De Raad van State buigt zich al jaren over de bezwaren tegen de stikstofuitstoot van het project. De meeste bezwaren zijn inmiddels ongegrond verklaard, maar de laatst overgebleven kritiek is terecht, maakt de raad woensdagochtend bekend.
Het gaat om het zogeheten ‘extern salderen’. Dat is de manier waarop het ministerie wil compenseren voor de stikstofuitstoot van het project, namelijk door de hoeveelheid vee van boeren in de omgeving te verminderen. Het plan is echter nog onvoldoende onderbouwd, zegt de raad, die opnieuw naar de zaak zal kijken nadat het minister met een nieuwe onderbouwing komt.
Als de rechter uiteindelijk akkoord gaat met de aanleg, zijn er nog wat hobbels. Rijkswaterstaat sloot al in 2019 contracten af met bouwers, maar de kosten zijn ondertussen fors gestegen. Een deel van de aanlegkosten, berekend op zo’n 1,4 miljard euro, moet opgebracht worden door tolheffing. Maar de Tweede Kamer denkt nu na over kilometerheffing op alle Nederlandse wegen. Als dat doorgaat, vervalt tolheffing en ontstaat er een fiks gat in de begroting.
Jarenlange rechtszaak
Over het project wordt al jaren gesproken. Toen het plan voor ViA15 in 2017 werd vastgesteld met een tracébesluit dienden meer dan 40 partijen beroep in bij de Raad van State. De raad is de hoogste bestuursrechter van Nederland. Vanuit die positie kan de raad verantwoordelijk zijn voor hoger beroepszaken tegen beslissingen van de overheid, zoals de keuze voor een wegverbreding.
Het merendeel van de bezwaren tegen ViA15 werd in 2021 al ongegrond verklaard door de raad. Een kleine minderheid van de bezwaarmakers kreeg echter gelijk. Zij vonden dat er in de plannen geen goed beeld werd geschetst van de stikstofeffecten van het project.
De raad stemde in en droeg het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat op om de effecten beter in beeld te brengen. Dat deed het ministerie door de zogeheten rekenafstand te vergroten. Waar eerder alleen rekening werd gehouden met de stikstof die op 5 kilometer van de weg zou neerdalen als gevolg van het project, zijn de berekeningen inmiddels gebaseerd op een afstand van 25 kilometer. Die afstand is goed genoeg, zo maakte de raad al in april 2023 met een tussenuitspraak bekend.
Lees ook:
