Ministerraad stemt in met de decembernota 2006

Den Haag – Maatregelen om wateroverlast te voorkomen en waterkwaliteit te verbeteren gaan de waterbeheerders (het Rijk, provincies, waterschappen en gemeenten) tot 2027 zo’n 14 miljard euro extra kosten. Dit staat in de Decembernota 2006 waarin een tussenstand is opgenomen van de maatregelen die moeten worden genomen om een goede kwaliteit van het oppervlakte- en grondwater te bereiken en wateroverlast te voorkomen. De ministerraad heeft op voorstel van staatssecretaris Schultz van Haegen van Verkeer en Waterstaat ingestemd met toezending van deze nota aan de Tweede Kamer.

Het kabinet stelt vast dat klimaatverandering het noodzakelijk maakt om maatregelen te nemen. Ook de stedelijke uitbreiding en de toename van economische activiteiten vragen om een toekomstgerichte aanpak in het waterbeleid. De Decembernota 2006 geeft aan dat de waterbeheerders voor een extra uitgave van zo’n 14 miljard euro staan. Een deel van dit geld wordt gebruikt om de kwaliteit van oppervlakte- en grondwater te verbeteren en om te voldoen aan de verplichtingen uit de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW). De rest is bestemd voor de uitvoering van de agenda Waterbeheer 21ste eeuw (WB21).

Het kabinet heeft besloten om voor het verbeteren van de waterkwaliteit meer tijd te nemen en deze te faseren tot 2027. Door niet alle maatregelen uit de KRW voor de beoogde einddatum (2015) te nemen, worden de kosten gespreid. Ook kunnen de kosten worden beperkt omdat er door de fasering meer mogelijkheden zijn om de uitgaven te combineren met andere ontwikkelingen in stad en land. Als er bijvoorbeeld al bouwplannen zijn, kunnen de KRW-maatregelen tegelijk worden uitgevoerd. De fasering biedt ook meer kansen voor innovaties die kostenverlagend werken.

Voor het voorkomen van wateroverlast (WB21) wordt wel vastgehouden aan het afgesproken tempo. Dat betekent dat in 2015 de risico’s van wateroverlast zijn verminderd. De uitvoering van de maatregelen heeft, met het oog op toekomstige klimaatveranderingen, een hoge prioriteit. Het afgesproken tempo geldt niet voor de gehele stedelijke rioleringsopgave en voor een beperkt aantal maatregelen die goedkoper kunnen worden uitgevoerd na 2015.

De waterbeheerders gebruiken de Decembernota om te komen tot stroomgebiedsbeheersplannen in de internationale stroomgebieden van de Rijn, Eems, Maas en Schelde. Omdat die plannen een grensoverschrijdend karakter hebben, leveren de ons omringende landen daar ook een bijdrage aan. De stroomgebiedsbeheersplannen, die in 2009 gereed moeten zijn, bevatten concrete doelen en maatregelen voor het waterbeheer. De Decembernota 2006 is de tweede in een reeks van drie nota’s die de tussenstand van dit proces weergeven en richting geven aan het vervolg.

De afspraken die het Rijk voor ogen heeft voor een duurzaam en klimaatbestendig waterbeheer zijn in 2003 vastgelegd in het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW). Samen met provincies, waterschappen en gemeenten wordt ervoor gezorgd dat het watersysteem op orde komt. WB21 is het belangrijkste onderdeel uit het NBW. De Decembernota 2006 bevat de evaluatie van het NBW. De conclusie is dat het akkoord in belangrijke mate heeft bijgedragen aan de onderlinge samenwerking bij de aanpak van wateroverlast. In 2007 wordt besloten of een vervolgakkoord nodig is voor het maken van verdere afspraken.

Meer informatie
bijlage br.1398 Decembernota 2006 KRW/WB21 beleidsbrief | Kamerstuk | 15-12-2006
br.1398 Decembernota 2006 KRW/WB21 beleidsbrief

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding

Auteur: Redactie Infrasite

Bron: Persbericht Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Ministerraad stemt in met de decembernota 2006 | Infrasite

Ministerraad stemt in met de decembernota 2006

Den Haag – Maatregelen om wateroverlast te voorkomen en waterkwaliteit te verbeteren gaan de waterbeheerders (het Rijk, provincies, waterschappen en gemeenten) tot 2027 zo’n 14 miljard euro extra kosten. Dit staat in de Decembernota 2006 waarin een tussenstand is opgenomen van de maatregelen die moeten worden genomen om een goede kwaliteit van het oppervlakte- en grondwater te bereiken en wateroverlast te voorkomen. De ministerraad heeft op voorstel van staatssecretaris Schultz van Haegen van Verkeer en Waterstaat ingestemd met toezending van deze nota aan de Tweede Kamer.

Het kabinet stelt vast dat klimaatverandering het noodzakelijk maakt om maatregelen te nemen. Ook de stedelijke uitbreiding en de toename van economische activiteiten vragen om een toekomstgerichte aanpak in het waterbeleid. De Decembernota 2006 geeft aan dat de waterbeheerders voor een extra uitgave van zo’n 14 miljard euro staan. Een deel van dit geld wordt gebruikt om de kwaliteit van oppervlakte- en grondwater te verbeteren en om te voldoen aan de verplichtingen uit de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW). De rest is bestemd voor de uitvoering van de agenda Waterbeheer 21ste eeuw (WB21).

Het kabinet heeft besloten om voor het verbeteren van de waterkwaliteit meer tijd te nemen en deze te faseren tot 2027. Door niet alle maatregelen uit de KRW voor de beoogde einddatum (2015) te nemen, worden de kosten gespreid. Ook kunnen de kosten worden beperkt omdat er door de fasering meer mogelijkheden zijn om de uitgaven te combineren met andere ontwikkelingen in stad en land. Als er bijvoorbeeld al bouwplannen zijn, kunnen de KRW-maatregelen tegelijk worden uitgevoerd. De fasering biedt ook meer kansen voor innovaties die kostenverlagend werken.

Voor het voorkomen van wateroverlast (WB21) wordt wel vastgehouden aan het afgesproken tempo. Dat betekent dat in 2015 de risico’s van wateroverlast zijn verminderd. De uitvoering van de maatregelen heeft, met het oog op toekomstige klimaatveranderingen, een hoge prioriteit. Het afgesproken tempo geldt niet voor de gehele stedelijke rioleringsopgave en voor een beperkt aantal maatregelen die goedkoper kunnen worden uitgevoerd na 2015.

De waterbeheerders gebruiken de Decembernota om te komen tot stroomgebiedsbeheersplannen in de internationale stroomgebieden van de Rijn, Eems, Maas en Schelde. Omdat die plannen een grensoverschrijdend karakter hebben, leveren de ons omringende landen daar ook een bijdrage aan. De stroomgebiedsbeheersplannen, die in 2009 gereed moeten zijn, bevatten concrete doelen en maatregelen voor het waterbeheer. De Decembernota 2006 is de tweede in een reeks van drie nota’s die de tussenstand van dit proces weergeven en richting geven aan het vervolg.

De afspraken die het Rijk voor ogen heeft voor een duurzaam en klimaatbestendig waterbeheer zijn in 2003 vastgelegd in het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW). Samen met provincies, waterschappen en gemeenten wordt ervoor gezorgd dat het watersysteem op orde komt. WB21 is het belangrijkste onderdeel uit het NBW. De Decembernota 2006 bevat de evaluatie van het NBW. De conclusie is dat het akkoord in belangrijke mate heeft bijgedragen aan de onderlinge samenwerking bij de aanpak van wateroverlast. In 2007 wordt besloten of een vervolgakkoord nodig is voor het maken van verdere afspraken.

Meer informatie
bijlage br.1398 Decembernota 2006 KRW/WB21 beleidsbrief | Kamerstuk | 15-12-2006
br.1398 Decembernota 2006 KRW/WB21 beleidsbrief

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Neem nu een Infrasite Premium abonnement voor € 12,- per maand.

ABONNEREn

Auteur: Redactie Infrasite

Bron: Persbericht Ministerie van Verkeer en Waterstaat