Orderportefeuille GWW bereikt laagste niveau sinds ’97

In oktober 2003 is de orderportefeuille in de gww gedaald met 0,4 maand tot 3,8 maanden. Sinds mei 1997 is deze niet zo laag geweest. Het blijkt dat het niveau van de orderportefeuille in de gww een jaar geleden nog 2 maanden hoger lag. De daling wordt veroorzaakt door beide subsectoren. In de wegenbouw nam de orderportefeuille af met 0,5 maand tot 3,3 maanden. In de grond- en waterbouw daalde deze met 0,4 maand tot 4,1 maanden.
In de burgerlijke- en utiliteitsbouw steeg de orderportefeuille van 7,2 maanden tot 7,3 maanden. Dit komt geheel voor rekening van de woningbouw. In deze subsector steeg de orderportefeuille met 0,3 maand tot 8,4 maanden.
Ondanks de flinke daling in de gww is de orderportefeuille in de bouwnijverheid licht gestegen (van 6,6 maanden verleden maand tot 6,7 maanden nu).

Bron: EIB

Iets meer dan één op de vijf bouwbedrijven ondervindt stagnatie van het onderhanden werk. De belangrijkste stagnatieoorzaak is evenals voorgaande maanden gebrek aan orders. Ten opzichte van een maand geleden is in de b&u het aandeel bedrijven dat melding maakt van deze oorzaak iets gedaald. Dit aandeel is in de gww echter flink toegenomen. Hier meldt nu 38% van de bedrijven onvoldoende orders te hebben, vorige maand was dit 21%.

Zeer opvallend is dat, ondanks de negatieve uitkomsten, 13% van de gww-bedrijven een stijging van de afzetprijzen verwacht. Een maand geleden verwachtte nog geen enkel gww-bedrijf een prijsstijging. Wel is het aandeel bedrijven dat een prijsdaling verwacht groter dan het aandeel dat een stijging van de prijzen verwacht. Ook in de b&u steeg het percentage bedrijven dat een prijsstijging verwacht. In deze sector meldden per saldo meer bedrijven een stijging van de afzetprijzen te verwachten.

Over de ontwikkeling van de personeelsbezetting zijn de bedrijven in de gww iets positiever dan in september. Verwachtte toen nog geen enkel bedrijf een personeelsuitbreiding, in oktober is dat aandeel gestegen tot bijna 2%. Meer dan de helft van de gww-bedrijven verwacht echter dat de personeelsomvang afneemt. In de b&u verwacht één derde van de bedrijven een daling van de personeelsbezetting. Slechts 5,4% verwacht een stijging.
Het onderhanden werk wordt door de meeste bedrijven als klein beoordeeld. In de gww geldt dit voor meer dan de helft van de bedrijven (52%); in de b&u is dit aandeel 25%.

Deze gegevens blijken uit de conjunctuurmeting in de bouwnijverheid van oktober 2003 van het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid. Deze meting wordt uitgevoerd in opdracht van de Europese Commissie. Aan de conjunctuurmeting verlenen ruim 400 hoofdaannemingsbedrijven met meer dan tien personeelsleden hun medewerking.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding

Orderportefeuille GWW bereikt laagste niveau sinds ’97 | Infrasite

Orderportefeuille GWW bereikt laagste niveau sinds ’97

In oktober 2003 is de orderportefeuille in de gww gedaald met 0,4 maand tot 3,8 maanden. Sinds mei 1997 is deze niet zo laag geweest. Het blijkt dat het niveau van de orderportefeuille in de gww een jaar geleden nog 2 maanden hoger lag. De daling wordt veroorzaakt door beide subsectoren. In de wegenbouw nam de orderportefeuille af met 0,5 maand tot 3,3 maanden. In de grond- en waterbouw daalde deze met 0,4 maand tot 4,1 maanden.
In de burgerlijke- en utiliteitsbouw steeg de orderportefeuille van 7,2 maanden tot 7,3 maanden. Dit komt geheel voor rekening van de woningbouw. In deze subsector steeg de orderportefeuille met 0,3 maand tot 8,4 maanden.
Ondanks de flinke daling in de gww is de orderportefeuille in de bouwnijverheid licht gestegen (van 6,6 maanden verleden maand tot 6,7 maanden nu).

Bron: EIB

Iets meer dan één op de vijf bouwbedrijven ondervindt stagnatie van het onderhanden werk. De belangrijkste stagnatieoorzaak is evenals voorgaande maanden gebrek aan orders. Ten opzichte van een maand geleden is in de b&u het aandeel bedrijven dat melding maakt van deze oorzaak iets gedaald. Dit aandeel is in de gww echter flink toegenomen. Hier meldt nu 38% van de bedrijven onvoldoende orders te hebben, vorige maand was dit 21%.

Zeer opvallend is dat, ondanks de negatieve uitkomsten, 13% van de gww-bedrijven een stijging van de afzetprijzen verwacht. Een maand geleden verwachtte nog geen enkel gww-bedrijf een prijsstijging. Wel is het aandeel bedrijven dat een prijsdaling verwacht groter dan het aandeel dat een stijging van de prijzen verwacht. Ook in de b&u steeg het percentage bedrijven dat een prijsstijging verwacht. In deze sector meldden per saldo meer bedrijven een stijging van de afzetprijzen te verwachten.

Over de ontwikkeling van de personeelsbezetting zijn de bedrijven in de gww iets positiever dan in september. Verwachtte toen nog geen enkel bedrijf een personeelsuitbreiding, in oktober is dat aandeel gestegen tot bijna 2%. Meer dan de helft van de gww-bedrijven verwacht echter dat de personeelsomvang afneemt. In de b&u verwacht één derde van de bedrijven een daling van de personeelsbezetting. Slechts 5,4% verwacht een stijging.
Het onderhanden werk wordt door de meeste bedrijven als klein beoordeeld. In de gww geldt dit voor meer dan de helft van de bedrijven (52%); in de b&u is dit aandeel 25%.

Deze gegevens blijken uit de conjunctuurmeting in de bouwnijverheid van oktober 2003 van het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid. Deze meting wordt uitgevoerd in opdracht van de Europese Commissie. Aan de conjunctuurmeting verlenen ruim 400 hoofdaannemingsbedrijven met meer dan tien personeelsleden hun medewerking.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Neem nu een Infrasite Premium abonnement voor € 12,- per maand.

ABONNEREn