A1 Muiden. Foto: Ivo Ketelaar Fotografie
GEZONDHEID

‘Werknemers in bouw en infra zijn dik en te nonchalant’

Foto: Ivo Ketelaar Fotografie

De helft van de medewerkers in de bouw- en infrasector ziet onveilige situaties op het werk maar doet er niets aan. Twee-derde is te zwaar tot veel te zwaar en bijna de helft beweegt te weinig. En door het vele stof op de bouwplaatsen komen luchtwegproblemen veel voor, zeker bij jonge werknemers die ook nog eens roken.

Dat zijn een paar constateringen uit het Bedrijfstakverslag 2021 dat is gepubliceerd door onderzoeksbureau Volandis. Het onderzoek is gebaseerd op de antwoorden op vragenlijsten die door werknemers in de bouw zijn ingevuld tijdens gesprekken met de Arbodiensten.

De vragenlijsten werden ingevuld door ruim 12.000 werknemers in de Burgerlijke en Utiliteitsbouw (B&U), Gespecialiseerde Aannemerij (GA) en de Grond-, Weg- en Waterbouw (GWW). Hoewel meer dan de helft van de medewerkers vindt dat er onveilige situaties op het werk zijn, denken diezelfde medewerkers dat er geen extra veiligheidsmaatregelen nodig zijn.

KAM’er in dienst

Grotere bedrijven hebben hun zaken wat dit betreft beter voor elkaar, staat in het Bedrijfstakverslag: ‘Doorgaans hebben de bedrijven met meer dan honderd werknemers in dienst de processen, zoals een poortinstructie, op orde. Ook het gebruik van hulpmiddelen is verplicht. Deze bedrijven hebben veelal een KAM’er in dienst en veiligheid is ingebed in het werkproces. Bij kleinere bedrijven voeren werknemers het werk vaker zelfstandig uit en schatten zelf het risico in.’

Bij kleinere bedrijven zijn hulpmiddelen niet altijd beschikbaar omdat de aanschaf duur is of omdat bepaalde werkzaamheden worden uitbesteed.  De wat oudere bouwplaatsmedewerker is wat vaker geneigd zelf het veiligheidsrisico in te schatten, terwijl jongere vakkrachten vaker de veiligheidsregels volgen.

Stof

Blootstelling aan stof komt het veel voor in de bouw. Medewerkers die aangeven vaak te maken hebben met blootstelling, melden grofweg twee keer zo vaak luchtwegklachten. Als zij ook nog eens roken, hebben ze grofweg drie keer zo vaak luchtwegklachten als rokende werknemers die nooit of soms aan gevaarlijke stoffen worden blootgesteld. Medewerkers in de bouw roken tot hun 25e jaar meer dan gemiddeld in ons land, daarna duidelijk minder, zeggen de onderzoekers, schrijft Volandis.

Nog een belangrijke constatering: twee-derde van de medewerkers is te zwaar tot veel te zwaar. Het risico op chronische aandoeningen in de bouw door overgewicht en obesitas blijft hoog: 40% van de medewerkers beweegt te weinig intensief. Meer dan ongevallen is fysieke belasting een grote oorzaak van klachten en verzuim. Maar ook veel zitten is ongezond.

Intimidatie

Het verzuim blijft in de sector nagenoeg stabiel, corona heeft hier nauwelijks invloed op gehad. 5,6% van de bouwplaatsmedewerkers heeft een ongeval tijdens het werk gehad. Hiervan moest 70% verzuimen van het werk. De werkdruk- en stressbeleving is met name onder UTA-medewerkers hoog. Naarmate een werkgever het werk beter organiseert, is er minder sprake van stress. Medewerkers ervaren minder stress en werkdruk als hun leidinggevende in staat is conflicten op te lossen en hen waardering en erkenning geeft. Rond de 7% van de medewerkers heeft soms of vaker te maken met pesten en/of intimidatie.

Personeelskrapte is een terugkerend probleem. Medewerkers kunnen meer eisen stellen. Naast industrialisatie van de bouw, zullen werkgevers vol in moeten zetten op behoud van personeel. Medewerkers zijn bereid met hun ontwikkeling aan de slag te gaan mits het doel helder is en zij gemotiveerd blijven. Het opleidingsniveau blijkt onderscheidend op de diverse thema’s zoals omgaan met veranderingen, kans op baanverlies, maar vooral ook op het werkvermogen en de kans op vroegtijdige uitval. De kans op vroegtijdig uitval bij laagopgeleiden is 21% tegenover 4% bij hoogopgeleiden.

Nachtwerk is aandachtspunt

Het aandeel inhuur- en tijdelijke krachten, die vaak minder vakinhoudelijke kennis hebben, neemt toe. In combinatie met de toenemende werkhoeveelheid en de snelheid waarmee het werk af moet zijn, ontstaan eerder communicatieproblemen wat de veiligheid op de bouwplaats niet ten goede komt. Een aandachtspunt in specifieke branches zoals de wegenbouw is het nachtwerk. Bekend zijn de voorbeelden van medewerkers die ’s nachts hebben gewerkt, moe naar huis rijden, dreigen in te dommelen en noodgedwongen de auto bij het tankstation aan de kant zetten om ‘bij te slapen’.

LEES OOK:

‘Afspraak Veiligheid in Aanbestedingen nieuwe stap in veiliger maken infrasector’

Onveilige en zware omstandigheden bij werk aan RijnlandRoute

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding

Onderwerpen: , ,

Auteur: Redactie

‘Werknemers in bouw en infra zijn dik en te nonchalant’ | Infrasite
A1 Muiden. Foto: Ivo Ketelaar Fotografie
GEZONDHEID

‘Werknemers in bouw en infra zijn dik en te nonchalant’

Foto: Ivo Ketelaar Fotografie

De helft van de medewerkers in de bouw- en infrasector ziet onveilige situaties op het werk maar doet er niets aan. Twee-derde is te zwaar tot veel te zwaar en bijna de helft beweegt te weinig. En door het vele stof op de bouwplaatsen komen luchtwegproblemen veel voor, zeker bij jonge werknemers die ook nog eens roken.

Dat zijn een paar constateringen uit het Bedrijfstakverslag 2021 dat is gepubliceerd door onderzoeksbureau Volandis. Het onderzoek is gebaseerd op de antwoorden op vragenlijsten die door werknemers in de bouw zijn ingevuld tijdens gesprekken met de Arbodiensten.

De vragenlijsten werden ingevuld door ruim 12.000 werknemers in de Burgerlijke en Utiliteitsbouw (B&U), Gespecialiseerde Aannemerij (GA) en de Grond-, Weg- en Waterbouw (GWW). Hoewel meer dan de helft van de medewerkers vindt dat er onveilige situaties op het werk zijn, denken diezelfde medewerkers dat er geen extra veiligheidsmaatregelen nodig zijn.

KAM’er in dienst

Grotere bedrijven hebben hun zaken wat dit betreft beter voor elkaar, staat in het Bedrijfstakverslag: ‘Doorgaans hebben de bedrijven met meer dan honderd werknemers in dienst de processen, zoals een poortinstructie, op orde. Ook het gebruik van hulpmiddelen is verplicht. Deze bedrijven hebben veelal een KAM’er in dienst en veiligheid is ingebed in het werkproces. Bij kleinere bedrijven voeren werknemers het werk vaker zelfstandig uit en schatten zelf het risico in.’

Bij kleinere bedrijven zijn hulpmiddelen niet altijd beschikbaar omdat de aanschaf duur is of omdat bepaalde werkzaamheden worden uitbesteed.  De wat oudere bouwplaatsmedewerker is wat vaker geneigd zelf het veiligheidsrisico in te schatten, terwijl jongere vakkrachten vaker de veiligheidsregels volgen.

Stof

Blootstelling aan stof komt het veel voor in de bouw. Medewerkers die aangeven vaak te maken hebben met blootstelling, melden grofweg twee keer zo vaak luchtwegklachten. Als zij ook nog eens roken, hebben ze grofweg drie keer zo vaak luchtwegklachten als rokende werknemers die nooit of soms aan gevaarlijke stoffen worden blootgesteld. Medewerkers in de bouw roken tot hun 25e jaar meer dan gemiddeld in ons land, daarna duidelijk minder, zeggen de onderzoekers, schrijft Volandis.

Nog een belangrijke constatering: twee-derde van de medewerkers is te zwaar tot veel te zwaar. Het risico op chronische aandoeningen in de bouw door overgewicht en obesitas blijft hoog: 40% van de medewerkers beweegt te weinig intensief. Meer dan ongevallen is fysieke belasting een grote oorzaak van klachten en verzuim. Maar ook veel zitten is ongezond.

Intimidatie

Het verzuim blijft in de sector nagenoeg stabiel, corona heeft hier nauwelijks invloed op gehad. 5,6% van de bouwplaatsmedewerkers heeft een ongeval tijdens het werk gehad. Hiervan moest 70% verzuimen van het werk. De werkdruk- en stressbeleving is met name onder UTA-medewerkers hoog. Naarmate een werkgever het werk beter organiseert, is er minder sprake van stress. Medewerkers ervaren minder stress en werkdruk als hun leidinggevende in staat is conflicten op te lossen en hen waardering en erkenning geeft. Rond de 7% van de medewerkers heeft soms of vaker te maken met pesten en/of intimidatie.

Personeelskrapte is een terugkerend probleem. Medewerkers kunnen meer eisen stellen. Naast industrialisatie van de bouw, zullen werkgevers vol in moeten zetten op behoud van personeel. Medewerkers zijn bereid met hun ontwikkeling aan de slag te gaan mits het doel helder is en zij gemotiveerd blijven. Het opleidingsniveau blijkt onderscheidend op de diverse thema’s zoals omgaan met veranderingen, kans op baanverlies, maar vooral ook op het werkvermogen en de kans op vroegtijdige uitval. De kans op vroegtijdig uitval bij laagopgeleiden is 21% tegenover 4% bij hoogopgeleiden.

Nachtwerk is aandachtspunt

Het aandeel inhuur- en tijdelijke krachten, die vaak minder vakinhoudelijke kennis hebben, neemt toe. In combinatie met de toenemende werkhoeveelheid en de snelheid waarmee het werk af moet zijn, ontstaan eerder communicatieproblemen wat de veiligheid op de bouwplaats niet ten goede komt. Een aandachtspunt in specifieke branches zoals de wegenbouw is het nachtwerk. Bekend zijn de voorbeelden van medewerkers die ’s nachts hebben gewerkt, moe naar huis rijden, dreigen in te dommelen en noodgedwongen de auto bij het tankstation aan de kant zetten om ‘bij te slapen’.

LEES OOK:

‘Afspraak Veiligheid in Aanbestedingen nieuwe stap in veiliger maken infrasector’

Onveilige en zware omstandigheden bij werk aan RijnlandRoute

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding

Onderwerpen: , ,

Auteur: Redactie