Werknemers in het transport of de logistiek hebben van alle werkers in Nederland de meeste kans om betrokken te raken bij een ongeval waardoor ze een of meer dagen ziek thuis moeten blijven. Uit cijfers die het CBS deze week publiceert blijkt dat in 2021 2,8 procent van deze beroepsgroep betrokken was bij een arbeidsongeval waarbij verzuim  om de hoek kwam kijken. Het gaat bijvoorbeeld om vrachtwagenchauffeurs en machinisten op graafmachines.

Het aantal ongevallen op het werk ligt bij deze categorie beduidend hoger dan het gemiddelde van 1,3 procent. Het verzuimpercentage is veruit het laagst onder ICT-ers, van wie 0,4 procent betrokken was bij een ongeval-met-verzuim op de werkvloer. Overigens wordt onder een ongeval in dit geval ook psychische belasting gerekend. Dat is zelfs in één op de vijf gevallen de oorzaak. Het gaat dan bijvoorbeeld om intimidatie of stress. Andere oorzaken zijn uitglijden, struikelen, vallen, lichamelijke overbelasting, zwaar tillen of het maken van een foute beweging.

Geluid

Ook werknemers in technische beroepen of de landbouw maken grotere kans op een ongeluk dat niet met een pleister kan worden opgelost, respectievelijk 2,5 en 2,2 procent. Het CBS leidt uit de onderzoeksgegevens af dat het hogere verzuim bij technisch personeel deels samenhangt met hard geluid in hun werkomgeving. Ook speelt een rol dat zij vaker lichamelijk belastend werk doen, zegt het CBS. Voor werkers in het transport tikt aan dat hun werk lichamelijk zwaar is, dat ze op onregelmatige tijden werken en dat ze vaak weinig te zeggen hebben over hun werk.

Corona

Uit de statistieken blijkt dat 196.000 werknemers in 2021 betrokken was bij een ongeval op het werk. Iets minder dan de helft van hen (100.000) moest daardoor een of meerdere dagen thuisblijven. Verzuim door andere oorzaken zoals ziekte is niet meegeteld. Tijdens de coronatijd liep het aantal arbeidsongevallen sterk terug, noteert het CBS.

Lees ook: