SPOORNET

Hotspots energieverliezen in de infra opzoeken met realtime data

Foto: Ivo Ketelaar

Bij spoorbedrijven staan kostenefficiëntie en duurzaamheid hoog op de agenda. Het is daarom voor een partij als ProRail waardevol om te weten waar bijvoorbeeld de meeste energieverliezen in de infrastructuur ontstaan. Daarom is er ProRail Datalab, een initiatief van ProRail om data, kennis en technologie te delen én te combineren. Ricardo Rail in Utrecht brengt onder deze paraplu ‘hotspots energieverliezen in de infra’ in kaart.

In Nederland gaat naar schatting 10 procent van de tractie-energie in de infrastructuur verloren. Naar de oorzaken ervan zijn tot op heden vooral theoretische studies gedaan, waarbij weinig realtime data is gebruikt. Tegenwoordig zijn er echter steeds meer treinen op het spoor die data verzamelen en deze naar de wal kunnen sturen. Denk hierbij aan de VIRM-vloot, de Sprinter NG en dadelijk ook de ICNG van NS. Door gebruik te maken van deze data, is het mogelijk om inzicht in de hotspots te krijgen waar de meeste energieverliezen ontstaan.

Hotspot

‘Let wel: er is verschil tussen vermogensverlies en energieverlies’, zegt Johan van der Werf, principal consultant en projectleider bij Ricardo. ‘Het vermogensverlies is minder interessant en bovendien redelijk eenvoudig met de realtime data van een enkele trein te bepalen. Wat wél interessant is, is het energieverlies, omdat dit uiteindelijk betaald moet worden. Hiervoor hebben we data van meer treinen nodig en speelt de tijd en de frequentie waarmee een stuk spoor wordt bereden een rol. Je wilt dus gegevens van een flink aantal treinen hebben, zodat je bijvoorbeeld kunt zien dat meerdere treinen op een bepaald punt voor energieverlies zorgen. Zo ontstaat het beeld van een hotspot.’

‘Er is vastgesteld dat hoge energieverliezen gekoppeld kunnen worden aan aanzettende treinen en de afstand tussen onderstation en trein. Aan de ene kant een inkopper, maar de real time data pakt eigenlijke alle bepalende factoren samen die in de praktijk ook voorkomen en vertaalt dit dan in ‘interessante’ plekken in de infrastructuur. Dit geeft niet direct een oplossing, maar biedt een uitgangspunt voor gericht onderzoek naar oorzaak en mogelijke oplossing.’ Voorwaarde daarvoor is wel dat het om een significant energieverlies gaat, want anders wegen de kosten van het onderzoek en aanpassing niet op tegen de besparing, stelt Van der Werf.

Innovatiekansen

De spoorbeheerder is blij met inspanningen. ‘Vanuit ProRail hebben we eerder onderzocht wat we kunnen met data uit reizigerstreinen. Zo hebben we laten zien dat we daarmee de bovenleidingsspanning kunnen monitoren. Het is mooi dat Ricardo Rail hier nieuwe mogelijkheden aan koppelt, zoals deze indicatie van energieverliezen. Dat is een mooi voorbeeld van hoe we in de sector kennis delen en innovatiekansen creëren’, aldus het ProRail DataLab.

Ricardo weet dat de huidige methode om data vanuit treinen te gebruiken voor zijn analyses een methode is die werkt. Door in de praktijk op veel ‘normale’ treinen data te verzamelen worden metingen uitgevoerd op normaal voorkomende situaties in het spoor. Ricardo hoeft niet tegen hoge kosten aparte meettreinen in te zetten. Door het vergaarde inzicht zijn grote stappen te zetten in het verbeteren van het spoor.

Treindata

Het project heeft een beter beeld opgeleverd waar je tijdens de uitvoer van dergelijke analyses tegenaan loopt. Bij grote hoeveelheden data is het de uitdaging om de juiste inzichten te genereren. Hoewel meer treindata voor een landelijke dekking kan zorgen als het om een compleet beeld voor het vaststellen van energieverliezen gaat, is dat volgens Van der Werf op dit moment geen doel op zich.

‘Op dit moment geven we bij het specificeren aandacht aan welke informatie er in het materieel verzameld moet worden, om zo op een redelijk eenvoudige manier meer inzichten te krijgen. Hierbij beperken we ons niet in alleen inzicht in energieverbruik en energieverlies. (bron: SpoorPro)

Lees ook:

Onderwerpen: ,

Auteur: Redactie

Hotspots energieverliezen in de infra opzoeken met realtime data | Infrasite
SPOORNET

Hotspots energieverliezen in de infra opzoeken met realtime data

Foto: Ivo Ketelaar

Bij spoorbedrijven staan kostenefficiëntie en duurzaamheid hoog op de agenda. Het is daarom voor een partij als ProRail waardevol om te weten waar bijvoorbeeld de meeste energieverliezen in de infrastructuur ontstaan. Daarom is er ProRail Datalab, een initiatief van ProRail om data, kennis en technologie te delen én te combineren. Ricardo Rail in Utrecht brengt onder deze paraplu ‘hotspots energieverliezen in de infra’ in kaart.

In Nederland gaat naar schatting 10 procent van de tractie-energie in de infrastructuur verloren. Naar de oorzaken ervan zijn tot op heden vooral theoretische studies gedaan, waarbij weinig realtime data is gebruikt. Tegenwoordig zijn er echter steeds meer treinen op het spoor die data verzamelen en deze naar de wal kunnen sturen. Denk hierbij aan de VIRM-vloot, de Sprinter NG en dadelijk ook de ICNG van NS. Door gebruik te maken van deze data, is het mogelijk om inzicht in de hotspots te krijgen waar de meeste energieverliezen ontstaan.

Hotspot

‘Let wel: er is verschil tussen vermogensverlies en energieverlies’, zegt Johan van der Werf, principal consultant en projectleider bij Ricardo. ‘Het vermogensverlies is minder interessant en bovendien redelijk eenvoudig met de realtime data van een enkele trein te bepalen. Wat wél interessant is, is het energieverlies, omdat dit uiteindelijk betaald moet worden. Hiervoor hebben we data van meer treinen nodig en speelt de tijd en de frequentie waarmee een stuk spoor wordt bereden een rol. Je wilt dus gegevens van een flink aantal treinen hebben, zodat je bijvoorbeeld kunt zien dat meerdere treinen op een bepaald punt voor energieverlies zorgen. Zo ontstaat het beeld van een hotspot.’

‘Er is vastgesteld dat hoge energieverliezen gekoppeld kunnen worden aan aanzettende treinen en de afstand tussen onderstation en trein. Aan de ene kant een inkopper, maar de real time data pakt eigenlijke alle bepalende factoren samen die in de praktijk ook voorkomen en vertaalt dit dan in ‘interessante’ plekken in de infrastructuur. Dit geeft niet direct een oplossing, maar biedt een uitgangspunt voor gericht onderzoek naar oorzaak en mogelijke oplossing.’ Voorwaarde daarvoor is wel dat het om een significant energieverlies gaat, want anders wegen de kosten van het onderzoek en aanpassing niet op tegen de besparing, stelt Van der Werf.

Innovatiekansen

De spoorbeheerder is blij met inspanningen. ‘Vanuit ProRail hebben we eerder onderzocht wat we kunnen met data uit reizigerstreinen. Zo hebben we laten zien dat we daarmee de bovenleidingsspanning kunnen monitoren. Het is mooi dat Ricardo Rail hier nieuwe mogelijkheden aan koppelt, zoals deze indicatie van energieverliezen. Dat is een mooi voorbeeld van hoe we in de sector kennis delen en innovatiekansen creëren’, aldus het ProRail DataLab.

Ricardo weet dat de huidige methode om data vanuit treinen te gebruiken voor zijn analyses een methode is die werkt. Door in de praktijk op veel ‘normale’ treinen data te verzamelen worden metingen uitgevoerd op normaal voorkomende situaties in het spoor. Ricardo hoeft niet tegen hoge kosten aparte meettreinen in te zetten. Door het vergaarde inzicht zijn grote stappen te zetten in het verbeteren van het spoor.

Treindata

Het project heeft een beter beeld opgeleverd waar je tijdens de uitvoer van dergelijke analyses tegenaan loopt. Bij grote hoeveelheden data is het de uitdaging om de juiste inzichten te genereren. Hoewel meer treindata voor een landelijke dekking kan zorgen als het om een compleet beeld voor het vaststellen van energieverliezen gaat, is dat volgens Van der Werf op dit moment geen doel op zich.

‘Op dit moment geven we bij het specificeren aandacht aan welke informatie er in het materieel verzameld moet worden, om zo op een redelijk eenvoudige manier meer inzichten te krijgen. Hierbij beperken we ons niet in alleen inzicht in energieverbruik en energieverlies. (bron: SpoorPro)

Lees ook:

Onderwerpen: ,

Auteur: Redactie