Het Porthos-project mag doorgaan. Dat maakt de Raad van State op woensdagochtend bekend. De bouw van de leiding door het Rotterdamse havengebied naar de Noordzee heeft geen “significante gevolgen” voor omliggende natuurgebieden, laten de rechters weten. Daarmee is de eerste schop in de grond een stap dichterbij.     

De initiatiefnemers van het project willen een leiding aanleggen door het Rotterdamse havengebied naar lege gasvelden onder de Noordzee. De leiding moet CO2 uit de Rotterdamse industrie gaan vervoeren voor opslag in de gasvelden. Het gaat om het Havenbedrijf Rotterdam, Energiebeheer Nederland en de Gasunie.

De toekomst van het project was in de afgelopen maanden onzeker. Om vergunningen te krijgen voor de aanleg van de leiding werd tot vorig jaar een beroep gedaan op de bouwvrijstelling. Dat was een uitzondering in een Nederlandse natuurwet die het mogelijk maakte om zonder vergunningen tijdelijk stikstof uit te stoten tijdens bouwprojecten. Dit veranderde in november 2022, toen de Raad van State oordeelde dat de bouwvrijstelling niet meer gebruikt mocht worden voor het Porthos- en andere bouwprojecten.

De initiatiefnemers moesten zien te bewijzen dat het project tijdens de bouwfase geen “significante gevolgen” heeft voor omliggende natuurgebieden. De berekeningen hiervoor werden in de afgelopen maanden door de Raad van State gecontroleerd. Die laat nu weten dat het bewijsmateriaal volgens de wet klopt. “Dat betekent dat het Porthos-project mag doorgaan”, laat de Raad van State op woensdagochtend weten in een online nieuwsbericht.

‘Meer duidelijkheid voor de sector’

Bouwend Nederland zegt blij te zijn met de uitspraak. “Dit betekent meer duidelijkheid voor de bouwsector over wat vergund kan worden”, zegt de branchevereniging op haar website. “Zeker voor bouwprojecten die, net als bij het Porthos-project, een haast onmeetbaar effect op de natuur hebben. Samen met de recente uitspraak van de Raad van State over de rekenafstand van 25 kilometer ontstaat langzaam juridische zekerheid over wat wél kan.”

Met dat laatste doelt Bouwend Nederland op een uitspraak in de zaak ViA15. Daarmee werd eerder dit jaar vastgesteld dat de uitstoot van stikstof op een afstand van 25 kilometer berekend mag worden om vergunningen te krijgen voor projecten in de bouw en infra. De rekenafstand was eerder onzeker, waardoor veel projecten vertraging opliepen of dreigden te vertragen.

Reacties van het kabinet

Ook het demissionair kabinet is “ontzettend blij” dat het Porthos-project mag doorgaan. Dat zeggen ministers Micky Adriaansens (Economische Zaken) en Rob Jetten (Klimaat) in een gezamenlijke reactie op de uitspraak. “Belangrijk nieuws voor de energietransitie en het klimaat”, vindt Jetten. “Het klimaat wacht niet, en Porthos levert een grote bijdrage aan het halen van onze klimaatdoelen van 2030.”

In dat jaar moet de CO2-uitstoot met zeker 55 procent zijn verminderd ten opzichte van 1990, om schadelijke klimaatverandering te beperken. Het Porthos-project kan de CO2-uitstoot van Nederland met 2,5 megaton per jaar verlagen. Adriaansens noemt de uitspraak “een hele goede ontwikkeling”. De bewindsvrouw spreekt van “een mooie dag voor de Rotterdamse en Nederlandse industrie”.

Lees ook:

• Bouwvrijstelling stikstof van tafel, maar geen algehele bouwstop
• Raad van State geeft groen licht voor stikstofberekeningen ViA15