Vangrails op zee. Afbeelding: MARIN

Vangrails op zee moeten windturbines, schepen en mensen beschermen

Afbeelding: MARIN

De recente aanvaring van een vrachtschip op drift met windturbines op zee heeft geleid tot de ontwikkeling van drie concepten voor ‘vangrails op zee’. De drie innovatieve barrières zijn door Maritiem Research Instituut Nederland (MARIN) getest en de eerste resultaten zijn hoopgevend.

Het incident dat de directe aanleiding is voor de ontwikkeling van deze vangrails vond begin februari van dit jaar plaats. Vrachtschip Julietta D dobberde toen enkele uren stuurloos tussen de in aanbouw zijnde turbines van windpark Hollandse Kust Zuid. Dat bleef uiteindelijk niet zonder gevolgen, want het schip kwam met één van de turbines in aanraking en het object raakte daarbij flink beschadigd. Ook een transformatorplatform kwam niet ongeschonden uit de strijd.

Bij het voorval in februari raakte niemand gewond, maar dat had bij zo’n aanvaring best gekund. “Geïnstalleerde windturbines kunnen bij een aanvaring op een schip vallen, met groot gevaar voor bemanning, passagiers, het schip zelf en het milieu”, legt MARIN uit. Elk jaar raakt er zo’n tachtig keer een schip op drift op de Noordzee en bij de huidige stand van zaken, met ongeveer 2.500 windmolens in dat gebied, leidt dat 1,5 tot 2,5 keer per jaar tot aanvaringen met windturbines. Omdat er steeds meer windparken op zee worden gebouwd, is het niet ondenkbaar dat er vaker incidenten voorvallen zoals recent met de Julietta D.

Oplossingen op schaal gebouwd

Nog geen drie weken na dat voorval vond er een bijeenkomst plaats waarbij twintig experts samen met MARIN drie concepten voor drijvende barrières bedachten. Het eerste concept is een met sleepankers verankerde boeienlijn bovenwater. Het tweede betreft een slim opgehangen net tussen vaste palen en het derde concept is een verankerde haaklijn onderwater om het anker van het driftende schip op te vangen. MARIN heeft de drie oplossingen op schaal gebouwd en testte op 17 en 18 maart 2022 in zijn Offshore Bassin of deze barrières een schaalmodel vergelijkbaar met de Julietta D konden tegenhouden in stormcondities.

Voors en tegens op een rijtje

En de eerste resultaten zijn hoopgevend, legt William Otto van MARIN uit: “We hebben gezien dat alle drie de concepten in staat zijn het schip op te vangen. De slepende ankers van de boeienlijn voeren de driftenergie mooi gelijkelijk af. Het schip blijft in de lijn dwars op de golven liggen. Bij de onderwaterhaaklijn draait het schip als vanzelf met de kop in de golven, waardoor het in de eindstand nauwelijks slingert en met relatief lage krachten op zijn plek blijft liggen. Het net hing in eerste instantie te veel door, maar na wat finetuning hebben we deze ook werkend gekregen. De komende maanden gaan we de voors en tegens goed op een rijtje zetten.”

“De concepten en resultaten van alle tests worden als open innovatieproject gedeeld en de meest veelbelovende concepten kunnen daarna verder worden ontwikkeld”, legt MARIN verder uit. “Ook vanuit het buitenland is veel belangstelling voor dit initiatief.” Aan het project wordt meegewerkt door experts van Bluewater Energy Services, Mooreast, Vuyk Engineering, Heerema Marine Contractors, Boskalis, GustoMSC, KRVE (Rotterdam Boatmen), Pinkster Marine Hydrodynamics, Huisman Equipment, Orca Offshore en SBM Offshore.

Lees ook:

Onderwerpen: , , ,

Auteur: Vincent Krabbendam

Vangrails op zee moeten windturbines, schepen en mensen beschermen | Infrasite
Vangrails op zee. Afbeelding: MARIN

Vangrails op zee moeten windturbines, schepen en mensen beschermen

Afbeelding: MARIN

De recente aanvaring van een vrachtschip op drift met windturbines op zee heeft geleid tot de ontwikkeling van drie concepten voor ‘vangrails op zee’. De drie innovatieve barrières zijn door Maritiem Research Instituut Nederland (MARIN) getest en de eerste resultaten zijn hoopgevend.

Het incident dat de directe aanleiding is voor de ontwikkeling van deze vangrails vond begin februari van dit jaar plaats. Vrachtschip Julietta D dobberde toen enkele uren stuurloos tussen de in aanbouw zijnde turbines van windpark Hollandse Kust Zuid. Dat bleef uiteindelijk niet zonder gevolgen, want het schip kwam met één van de turbines in aanraking en het object raakte daarbij flink beschadigd. Ook een transformatorplatform kwam niet ongeschonden uit de strijd.

Bij het voorval in februari raakte niemand gewond, maar dat had bij zo’n aanvaring best gekund. “Geïnstalleerde windturbines kunnen bij een aanvaring op een schip vallen, met groot gevaar voor bemanning, passagiers, het schip zelf en het milieu”, legt MARIN uit. Elk jaar raakt er zo’n tachtig keer een schip op drift op de Noordzee en bij de huidige stand van zaken, met ongeveer 2.500 windmolens in dat gebied, leidt dat 1,5 tot 2,5 keer per jaar tot aanvaringen met windturbines. Omdat er steeds meer windparken op zee worden gebouwd, is het niet ondenkbaar dat er vaker incidenten voorvallen zoals recent met de Julietta D.

Oplossingen op schaal gebouwd

Nog geen drie weken na dat voorval vond er een bijeenkomst plaats waarbij twintig experts samen met MARIN drie concepten voor drijvende barrières bedachten. Het eerste concept is een met sleepankers verankerde boeienlijn bovenwater. Het tweede betreft een slim opgehangen net tussen vaste palen en het derde concept is een verankerde haaklijn onderwater om het anker van het driftende schip op te vangen. MARIN heeft de drie oplossingen op schaal gebouwd en testte op 17 en 18 maart 2022 in zijn Offshore Bassin of deze barrières een schaalmodel vergelijkbaar met de Julietta D konden tegenhouden in stormcondities.

Voors en tegens op een rijtje

En de eerste resultaten zijn hoopgevend, legt William Otto van MARIN uit: “We hebben gezien dat alle drie de concepten in staat zijn het schip op te vangen. De slepende ankers van de boeienlijn voeren de driftenergie mooi gelijkelijk af. Het schip blijft in de lijn dwars op de golven liggen. Bij de onderwaterhaaklijn draait het schip als vanzelf met de kop in de golven, waardoor het in de eindstand nauwelijks slingert en met relatief lage krachten op zijn plek blijft liggen. Het net hing in eerste instantie te veel door, maar na wat finetuning hebben we deze ook werkend gekregen. De komende maanden gaan we de voors en tegens goed op een rijtje zetten.”

“De concepten en resultaten van alle tests worden als open innovatieproject gedeeld en de meest veelbelovende concepten kunnen daarna verder worden ontwikkeld”, legt MARIN verder uit. “Ook vanuit het buitenland is veel belangstelling voor dit initiatief.” Aan het project wordt meegewerkt door experts van Bluewater Energy Services, Mooreast, Vuyk Engineering, Heerema Marine Contractors, Boskalis, GustoMSC, KRVE (Rotterdam Boatmen), Pinkster Marine Hydrodynamics, Huisman Equipment, Orca Offshore en SBM Offshore.

Lees ook:

Onderwerpen: , , ,

Auteur: Vincent Krabbendam