Windenergie. Foto: Ivo Ketelaar Fotografie

Zorgen om vertraging windparken na uitspraak Raad van State

Foto: Ivo Ketelaar Fotografie

De Nederlandse regering moet een milieubeoordeling maken voor windturbinenormen. Dat volgt uit een tussenuitspraak van de Raad van State. De Nederlandse WindEnergie Associatie (NWEA) is blij dat er duidelijkheid is, maar vreest wel vertraging van projecten en de energietransitie als geheel.

De uitspraak gaat concreet over het bestemmingsplan ‘Windpark Delfzijl Uitbreiding 2020’ en de omgevingsvergunning voor de bouw van zestien windturbines. Maar de gevolgen gelden ook voor vergelijkbare ruimtelijke besluiten voor windparken in Nederland, onderstreept de Raad van State.

Aanleiding is het zogenaamde Nevele-arrest. Daarin oordeelde het Europees Hof dat inzake een Belgisch windturbinepark voor een aantal windturbinenormen een milieubeoordeling moest worden gemaakt en dat dit ten onrechte was nagelaten. Het gaat dan om normen voor geluid, slagschaduw en veiligheid die gelden voor de bouw en het gebruik van windturbines. Het Europese Hof baseerde zijn uitspraak op de Europese richtlijn voor Strategische Milieubeoordeling.

Milieubeoordeling moet inderdaad

Bezwaarmakers in diverse procedures over windturbines bij de Raad van State voerden aan dat het Nevele-arrest ook gevolgen heeft voor windprojecten in Nederland. Volgens hen moet ook voor Nederlandse windturbinenormen een milieubeoordeling moet worden gemaakt. En dat moet inderdaad, oordeelt de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Hierdoor mogen overheden de windturbinenormen in het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling niet gebruiken voor windturbineparken totdat een milieubeoordeling is gemaakt.

“De regering is nu aan zet om zo’n milieubeoordeling te maken. Als die beoordeling op juiste wijze is afgerond, dan staat het overheden weer vrij om aan te sluiten bij de windturbinenormen die dan mogelijk zijn gewijzigd.” Dat betekent niet dat er intussen geen nieuwe besluiten over windparken genomen kunnen worden. Gemeenten hoeven de windturbinenormen uit het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling namelijk niet te volgen. In een bestemmingsplan kunnen eigen normen worden gesteld, als die maar goed worden gemotiveerd – een mogelijkheid die de gemeente Eemsdelta inzake het windpark in Delfzijl ook wil gaan benutten.

Windsector roept op tot snelheid

De NWEA vindt het goed dat er nu duidelijkheid is over de gevolgen van het Nevele-arrest voor de Nederlandse situatie. De overheid is nu zoals gezegd aan zet – meer specifiek het ministerie van Economische Zaken en Klimaat –  en dat zal niet in een paar weken geregeld zijn, ziet de brancheorganisatie in.

“Dat proces kost tijd en daarmee is er een risico dat de energietransitie wordt vertraagd. Het is nu aan het Rijk om dit voortvarend op te pakken. De windsector roept hierbij op tot snelheid, zodat procedures voor nieuwe projecten geen lange en onnodige vertraging opleveren. Wij gaan graag met de overheid in gesprek hoe vertraging en financiële risico’s voor lopende trajecten zoveel mogelijk beperkt kunnen worden.”

Lees ook:

Auteur: Vincent Krabbendam

Zorgen om vertraging windparken na uitspraak Raad van State | Infrasite
Windenergie. Foto: Ivo Ketelaar Fotografie

Zorgen om vertraging windparken na uitspraak Raad van State

Foto: Ivo Ketelaar Fotografie

De Nederlandse regering moet een milieubeoordeling maken voor windturbinenormen. Dat volgt uit een tussenuitspraak van de Raad van State. De Nederlandse WindEnergie Associatie (NWEA) is blij dat er duidelijkheid is, maar vreest wel vertraging van projecten en de energietransitie als geheel.

De uitspraak gaat concreet over het bestemmingsplan ‘Windpark Delfzijl Uitbreiding 2020’ en de omgevingsvergunning voor de bouw van zestien windturbines. Maar de gevolgen gelden ook voor vergelijkbare ruimtelijke besluiten voor windparken in Nederland, onderstreept de Raad van State.

Aanleiding is het zogenaamde Nevele-arrest. Daarin oordeelde het Europees Hof dat inzake een Belgisch windturbinepark voor een aantal windturbinenormen een milieubeoordeling moest worden gemaakt en dat dit ten onrechte was nagelaten. Het gaat dan om normen voor geluid, slagschaduw en veiligheid die gelden voor de bouw en het gebruik van windturbines. Het Europese Hof baseerde zijn uitspraak op de Europese richtlijn voor Strategische Milieubeoordeling.

Milieubeoordeling moet inderdaad

Bezwaarmakers in diverse procedures over windturbines bij de Raad van State voerden aan dat het Nevele-arrest ook gevolgen heeft voor windprojecten in Nederland. Volgens hen moet ook voor Nederlandse windturbinenormen een milieubeoordeling moet worden gemaakt. En dat moet inderdaad, oordeelt de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Hierdoor mogen overheden de windturbinenormen in het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling niet gebruiken voor windturbineparken totdat een milieubeoordeling is gemaakt.

“De regering is nu aan zet om zo’n milieubeoordeling te maken. Als die beoordeling op juiste wijze is afgerond, dan staat het overheden weer vrij om aan te sluiten bij de windturbinenormen die dan mogelijk zijn gewijzigd.” Dat betekent niet dat er intussen geen nieuwe besluiten over windparken genomen kunnen worden. Gemeenten hoeven de windturbinenormen uit het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling namelijk niet te volgen. In een bestemmingsplan kunnen eigen normen worden gesteld, als die maar goed worden gemotiveerd – een mogelijkheid die de gemeente Eemsdelta inzake het windpark in Delfzijl ook wil gaan benutten.

Windsector roept op tot snelheid

De NWEA vindt het goed dat er nu duidelijkheid is over de gevolgen van het Nevele-arrest voor de Nederlandse situatie. De overheid is nu zoals gezegd aan zet – meer specifiek het ministerie van Economische Zaken en Klimaat –  en dat zal niet in een paar weken geregeld zijn, ziet de brancheorganisatie in.

“Dat proces kost tijd en daarmee is er een risico dat de energietransitie wordt vertraagd. Het is nu aan het Rijk om dit voortvarend op te pakken. De windsector roept hierbij op tot snelheid, zodat procedures voor nieuwe projecten geen lange en onnodige vertraging opleveren. Wij gaan graag met de overheid in gesprek hoe vertraging en financiële risico’s voor lopende trajecten zoveel mogelijk beperkt kunnen worden.”

Lees ook:

Auteur: Vincent Krabbendam