Donderdag was de laatste dag van de Infra Relatiedagen 2023. Grond-, weg- en waterbouw stond van 7 tot en met 9 februari centraal op de beurs in Hardenberg. Meer dan 300 bedrijven boekten dit jaar een stand. Infrasite was aanwezig. Vergroening en circulariteit keken in elke zaal om de hoek, maar GWW-bedrijven hebben meer aan het hoofd dan duurzaamheid alleen.

Dealers pronkten met de nieuwste machines. Aannemers presenteerden de laatste projecten. Ook aan (herbruikbare) bouwmaterialen was geen tekort. Naast honderden stands werd de beursvloer gevuld met een handvol exposities, waaronder een tentoonstelling van materieel uit heden en verleden. Graafmachines en dumpers met dieselmotoren deelden de ruimte met hybride modellen, acculaadwagens en mobiele zonnepanelen.

In de evenementenhal lag het Straatwerkplein, een centraal punt voor de bestratingsector met demo’s en kennissessies over verduurzaming. Verderop troffen we een hub voor openbare verlichting. Ook hier zette uitstootvermindering de toon.

De exposities waren zienswaardig, maar wij kwamen voor de exposanten. De opkomst van dit jaar bestond uit een mooie doorsnee van de sector. We spraken met dealers over de elektrificatie van machines en hoorden geluiden over nieuwe marktplaatsen voor herbruikbaar bouwmateriaal.

Grond-, weg- en waterbouwbedrijven hebben meer aan het hoofd dan duurzaamheid alleen. Het merendeel van de partijen die we spraken vindt vergroenen belangrijk, maar signaleert tegelijkertijd dat het nog jaren kan duren voordat duurzaamheid de norm is voor aanbestedingen.

Tijd en geld

Grote opdrachtgevers vragen steeds vaker om het gebruik van duurzaam materiaal en materieel, maar de gemiddelde aanbesteding is vandaag de dag allesbehalve groen. Elektrificering kost tijd en geld. Hetzelfde geldt voor de transitie naar herbruikbaar bouwmateriaal.

We spraken bijvoorbeeld met een dealer van grote graafmachines die aangaf dat slechts vijf procent van zijn aanbod elektrische motoren bevat. Dat heeft onder andere te maken met de vraag naar diesel- en benzinemachines. Die is groter dan de vraag naar groene alternatieven.

Een woordvoerster van een fabrikant van verdichtingsmachines schatte dat ongeveer 30 procent van haar aanbod elektrische motoren bevat. De grootte van de verdichtingsmachines speelt een rol, zei de woordvoerster, aangezien grote elektrische motoren meer hordes opwerpen dan kleine elektrische motoren.

Hordes

We verwachten dat het aanbod van materieelfabrikanten verder elektrificeert naarmate de vraag naar groen materieel toeneemt. Dat wordt op zijn beurt beïnvloed door de voorwaarden die grote opdrachtgevers aan aanbestedingen hangen. Aanbestedingen met groen materieel- en materiaalgebruik nemen toe, maar absoluut niet elke aanbesteding is groen.

De redenen daarvoor zijn complex. Dat leerden we in gesprek met de ontwikkelaar van een marktplaats voor herbruikbare bouwmaterialen. Volgens hem heeft de sector bijvoorbeeld nog geen geaccepteerde methode voor het omrekenen van MKI-waarden (milieukostenindicator) naar MPG-waarden (milieuprestatie gebouwen). Als gevolg is het moeilijk voor GWW-bedrijven om herbruikbare bouwmaterialen met bouwbedrijven uit te wisselen.

Het is duidelijk dat de sector mettertijd vergroent, maar niemand kan precies zeggen waar we over vijf jaar staan. Tot die tijd bouwen we door. Soms met stoffen en materieel die in het toekomstbeeld passen — en soms niet.

Lees ook:

• Forse subsidie voor groeiende betonfabriek
• Duurzaam asfalt grootschalig toegepast op A2 en A12