PPS gebouwen: meer projecten, verlaging kosten nodig

Zoetermeer – Verhoging van het aanbod van nieuwe projecten en verlaging van de kosten voor het bedrijfsleven zijn de twee succesfactoren van publiek-private samenwerking (PPS) op gebouwniveau. Dat bleek tijdens een bijeenkomst van de Rijksgebouwendienst en Bouwend Nederland in het Bouwhuis.

Sinds 2004 experimenteren de Rijksgebouwendienst en marktpartijen op gebouwniveau met PPS. Voorbeelden zijn het kleinschalige scholenproject Montaigne (investering: 17 miljoen), en de ingrijpende renovatie van het ministerie van Financiën(investering:170 miljoen) in Den Haag.

De ervaringen die de RGD op deze projecten met PPS heeft opgedaan zijn positief, aldus Peter Jägers,directeur-generaal rijksgebouwendienst. ´Het geheel is nog niet voldragen, maar de ontwikkeling verloopt voorspoedig.´

Dat blijkt ook wel uit het feit dat de RGD inmiddels drie nieuwe PPS-projecten heeft aangewezen. Vanuit het bedrijfsleven werd deze ´deal flow´ gezien als een belangrijke succesfactor voor PPS.

Daarnaast is er begrip getoond voor de klacht van het bedrijfsleven over de hoge kosten die met het maken van een ontwerp voor een PPS-project zijn gemoeid. Hiervoor is een ontwerpvergoeding in het leven geroepen.

Prijskaartje
Het maakt dat ook Bouwend Nederland positief is over de eerste ervaringen met PPS. Wel wees voorzitter Elco Brinkman op het belang van een goede risicoverdeling. Herverdeling van de risico´s tussen markt en overheid is op zichzelf prima, maar moet wel gebeuren op realistische gronden, vindt hij.

Erik Hermsen, directeur van Strukton Integrale Projecten en in die hoedanigheid nauw betrokken bij een aantal PPS-projecten, benadrukte op zijn beurt dat met name de zogeheten transactiekosten nog een stuk omlaag zouden moeten. Door standaardisatie van het onderhandelingsproces en de contractvorming, maar ook door alleen bij grotere projecten te kiezen voor PPS.

Beide benadrukten dat het kenniscentrum PPS, dat onder verantwoordelijkheid valt van het ministerie van Financiën en nu dreigt te worden opgeheven, moet blijven bestaan. ´We moeten voorkomen dat de opgedane kennis en ervaring versnippert of zelfs geheel verloren gaat´, aldus Brinkman. ´Nu opheffen gaat veel te snel.´

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding

Auteur: Redactie Infrasite

Bron: Bouwend Nederland (Brancheorganisatie)

PPS gebouwen: meer projecten, verlaging kosten nodig | Infrasite

PPS gebouwen: meer projecten, verlaging kosten nodig

Zoetermeer – Verhoging van het aanbod van nieuwe projecten en verlaging van de kosten voor het bedrijfsleven zijn de twee succesfactoren van publiek-private samenwerking (PPS) op gebouwniveau. Dat bleek tijdens een bijeenkomst van de Rijksgebouwendienst en Bouwend Nederland in het Bouwhuis.

Sinds 2004 experimenteren de Rijksgebouwendienst en marktpartijen op gebouwniveau met PPS. Voorbeelden zijn het kleinschalige scholenproject Montaigne (investering: 17 miljoen), en de ingrijpende renovatie van het ministerie van Financiën(investering:170 miljoen) in Den Haag.

De ervaringen die de RGD op deze projecten met PPS heeft opgedaan zijn positief, aldus Peter Jägers,directeur-generaal rijksgebouwendienst. ´Het geheel is nog niet voldragen, maar de ontwikkeling verloopt voorspoedig.´

Dat blijkt ook wel uit het feit dat de RGD inmiddels drie nieuwe PPS-projecten heeft aangewezen. Vanuit het bedrijfsleven werd deze ´deal flow´ gezien als een belangrijke succesfactor voor PPS.

Daarnaast is er begrip getoond voor de klacht van het bedrijfsleven over de hoge kosten die met het maken van een ontwerp voor een PPS-project zijn gemoeid. Hiervoor is een ontwerpvergoeding in het leven geroepen.

Prijskaartje
Het maakt dat ook Bouwend Nederland positief is over de eerste ervaringen met PPS. Wel wees voorzitter Elco Brinkman op het belang van een goede risicoverdeling. Herverdeling van de risico´s tussen markt en overheid is op zichzelf prima, maar moet wel gebeuren op realistische gronden, vindt hij.

Erik Hermsen, directeur van Strukton Integrale Projecten en in die hoedanigheid nauw betrokken bij een aantal PPS-projecten, benadrukte op zijn beurt dat met name de zogeheten transactiekosten nog een stuk omlaag zouden moeten. Door standaardisatie van het onderhandelingsproces en de contractvorming, maar ook door alleen bij grotere projecten te kiezen voor PPS.

Beide benadrukten dat het kenniscentrum PPS, dat onder verantwoordelijkheid valt van het ministerie van Financiën en nu dreigt te worden opgeheven, moet blijven bestaan. ´We moeten voorkomen dat de opgedane kennis en ervaring versnippert of zelfs geheel verloren gaat´, aldus Brinkman. ´Nu opheffen gaat veel te snel.´

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Neem nu een Infrasite Premium abonnement voor € 12,- per maand.

ABONNEREn

Auteur: Redactie Infrasite

Bron: Bouwend Nederland (Brancheorganisatie)