Germieco plukt vruchten van combinatie infra- en hovenierswerk
Germieco is zowel GWW-aannemer als hovenier, iets wat directeur-eigenaar Rob Konijn “een vrij unieke combinatie” noemt die bovendien veel voordelen oplevert. “In de openbare ruimte en uitvragen komen infra en groen vaak samen. Opdrachtgevers zien het vaak als een meerwaarde dat wij een totaalpakket bieden.”
Anno 2021 haalt het bedrijf zo’n 80 procent van de omzet binnen met infra-activiteiten en de rest met hovenierswerk. Maar dat maakt dat laatste niet minder belangrijk. “Het hovenierswerk levert weer uitnodigingen op voor infra-opdrachten, dus de combinatie maakt ons echt compleet”, aldus Konijn. Een project op IJburg in Amsterdam is een mooi voorbeeld. “Die opdracht kregen we gegund vanwege onze Groenkeur-certificaten. Maar in het bestek was 30 tot 40 procent groen gerelateerd en de rest was infra.”
Germieco heeft zo’n vijftig mensen vast in dienst en dagelijks ongeveer honderd mensen aan het werk. Er wordt vaak een beroep op onderaannemers en partners gedaan voor een deel van de uitvoering en diverse voertuigen en machines worden ingehuurd. Die flexibiliteit maakt het mogelijk om soepel om te gaan met het winnen of verliezen van aanbestedingen. Bovendien is het hovenierswerk in sterke mate seizoensgebonden.
Wat daar dan weer niet echt speelt, en in het GWW-werk juist wel, zijn de dossiers stikstof en PFAS. “PFAS is een stofje dat in allerlei producten zit. Opeens was het een enorm en acuut probleem dat dit vaak in de bodem zit, waardoor wij bepaalde grond niet kwijt konden. Stikstof is daarentegen een probleem van de langere termijn. Maar ze hebben ook iets met elkaar gemeen: we zullen er mee moeten omgaan.”
Voordelen in aanbestedingen
Volgens Rob Konijn betekent dit voor de infrasector de eigen uitstoot zoveel mogelijk verminderen. Hij stelt dat opdrachtgevers dit ook inzien, wat leidt tot voordelen in aanbestedingen voor bedrijven die hun werk duurzaam uitvoeren. En die lage CO2-uitstoot kun je realiseren door elektrisch aangedreven voertuigen en materieel in te zetten. Germieco heeft al de nodige elektrische stratenmakersbussen (pickups) in gebruik en ook op het gebied van met name kleine elektrische machines als shovels wordt de vloot gestaag uitgebreid.
Het artikel gaat verder onder de foto
“Die pickups zijn ook voorzien van een volledig elektrische trilplaat en bandenzaag, zodat je een stratenmakerskoppel hebt dat geen CO2 uitstoot”, legt Konijn uit. “De voertuigen en kleine machines laden we hier zelf elke dag op en daarvoor hebben we ook 250 zonnepanelen op het dak liggen. Dan komen er geen fossiele brandstoffen aan te pas en voor mij is dat de meest optimale vorm van duurzaamheid.”
Zo duurzaam mogelijk
Feit is ook dat het zware bouwmaterieel nog niet of nauwelijks volledig elektrisch beschikbaar is. Knijperauto’s en vrachtwagens rijden over het algemeen nog altijd op diesel. Daar zal de elektrificering in delen gaan, met bijvoorbeeld eerste de kraan op zo’n wagen. Konijn denkt wel dat waterstof uiteindelijk voor de zware voertuigen en machines echt uitkomst zal bieden, maar dan moet er wel werk worden gemaakt van het aanbod en de tanklocaties.
“We doen er alles aan om zo duurzaam mogelijk te zijn. Wat daarbij helpt, zijn meerjarige contracten zoals in Amsterdam Nieuw-West waar we de samenwerking voor vier jaar zijn aangegaan. Want die maken het makkelijker om investeringen deels terug te verdienen. Maar duurzaamheid moet er ook weer niet toe leiden dat de manier waarop iets wordt aangelegd belangrijker wordt dan de kwaliteit van het geleverde werk.”
Veel winnen in aanwas vakmensen
Dat sluit ook aan op de bedrijfsfilosofie die Rob Konijn hanteert. Hij geeft aan dat zijn bedrijf staat voor betrouwbaarheid en vakmanschap. “En dat laatste is zeker in het infrawerk wel een uitdaging, en een risico voor de toekomst. Het werken aan straten en wegen lijkt toch een beetje een uitstervend beroep, terwijl het een prachtig vak is. Er zijn ook best wat jonge stratenmakers, maar zodra ze het een beetje in de vingers hebben, gaan ze vaak als zzp’er aan de slag. Dan kun je ze wel weer inhuren, maar dat is toch anders dan vakmensen aan je bedrijf binden.”
Het artikel gaat verder onder de foto
Hij denkt dat er in de aanwas veel te winnen valt door het beeld bij te stellen van wat werken in de GWW eigenlijk is. “Het wordt vaak gezien als nachtwerk langs snelwegen, maar dat is maar één van de vele vormen van infra. Het kan ook het aanleggen van een straat of dorpsplein zijn. En in tegenstelling tot in veel andere sectoren heb je altijd een tastbaar resultaat van je inspanningen. Als ons werk erop zit, ziet de buitenruimte er beter en mooier uit. Dat maakt het mooi en dankbaar werk, en dat proberen we ook zoveel mogelijk uit te dragen.”
Germieco doet dat onder meer door voorlichting te geven op scholen en door de samenwerking met SPG Infra Vakopleidingen. Met name dat laatste levert met enige regelmaat nieuwe medewerkers op, al gaat het dan soms maar om één persoon per jaar. Toch is dat hard nodig. “De spoeling is dun, zowel in de werkvoorbereiding als de uitvoering. Het gebrek aan vakmensen werkt in de hele keten door. We kunnen dus ook niet oneindig een beroep op onderaannemers doen en je wilt toch ook zelf grip op de bedrijfsvoering houden.”
Positief gestemd
Van de coronapandemie heeft Germieco in eerste instantie weinig last gehad omdat er nog veel werk op voorraad was. Intussen is de fase aangebroken van kleinere budgetten en dus ook minder (grote) aanbestedingen vanuit overheden. Toch stemt dat Konijn niet pessimistisch.
“Zowel voor de korte als de langere termijn ben ik positief gestemd. Die enorme opgave in woningbouw gaat niet weg, en zonder omringende infrastructuur heb je weinig aan die huizen. Hetzelfde geldt voor beheer en onderhoud: daar komt alleen maar meer werk in de komende jaren. Dus wij houden echt wel werk, waarbij we zoals gezegd dan wel moeten zorgen voor voldoende vakmensen om het ook uit te voeren.”
Lees ook onze recente specials:
