Viaduct, fietspad

‘Overheidsbeleid te veel gericht op uitbreiding van infrastructuur’

Foto: ProMedia / Vincent Krabbendam

In beleidsafwegingen om Nederland bereikbaar te houden, wordt te veel gekeken naar infrastructurele oplossingen. Het potentieel van andere bereikbaarheidsoplossingen blijft daardoor onbenut, concludeert de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) in een advies aan de Tweede Kamer.

Het wordt tijd dat het klassieke denken wordt losgelaten en actiever wordt ingespeeld op maatschappelijke trends en technologische ontwikkelingen, stelt de raad. Oplossingen zoals spreiding gedurende de dag, digitale alternatieven en slim verstedelijkingsbeleid zouden daarom zwaarder mee moeten wegen bij keuzes om de bereikbaarheid te verbeteren.

De Rli overhandigde het advies ‘Naar een integraal bereikbaarheidsbeleid’ woensdag aan Agnes Mulder, voorzitter dan de Vaste Commissie voor Infrastructuur en Waterstaat. De Tweede Kamer verzocht de onafhankelijke adviesraad afgelopen najaar om dit advies uit te brengen.

Plichtmatig onderzocht

Niet-infrastructurele oplossingen zijn weliswaar al langer onderdeel van het overheidsbeleid, ziet de raad, maar dat gebeurt vaak in de vorm van tijdelijke programma’s en pilots. Deze opties zouden al snel afvallen nadat ze plichtmatig zijn onderzocht, of liggen politiek dermate gevoelig dat ze niet eens worden meegenomen in de afweging (zoals rekeningrijden of spitsheffing).

Dit bevestigt volgens de adviesraad de dominantie van de standaardfocus op de aanleg van nieuwe of uitbreiding van bestaande infrastructuur, terwijl dit slechts een van de oplossingen is. De aanbeveling is dan ook om alle beleidsalternatieven volwaardig en nevengeschikt te maken bij het maken van beleidskeuzes.

Dat geldt bijvoorbeeld voor digitale bereikbaarheid als alternatief voor fysieke verplaatsingen. Door de coronamaatregelen zijn zaken als online thuiswerken, videovergaderen en het online bijwonen van concerten en voorstellingen in hoog tempo gemeengoed geworden. Daaruit zijn volgens de adviesraad zowel positieve als negatieve lessen te trekken die in de komende kabinetsperiode versneld een plek moeten krijgen in het beleid.

Mobility as a Service

Bij zo’n integrale benadering zou ook beter moeten worden gekeken naar de ruimtelijke keuzes in de verstedelijkingsopgave. Een goed ruimtelijk ontwerp en slimme locatiekeuzes kunnen de bereikbaarheid namelijk vergroten zonder dat op grote schaal nieuwe infrastructuur moet worden aangelegd. Desondanks spelen beleidskeuzes uit het verleden – zoals het onderscheid tussen OV en auto – in veel programma’s nog een te grote rol, aldus de Rli.

Daarbij wordt onder meer gewezen op de transitie naar Mobility as a Service (MaaS), waarmee bestaande modaliteiten en infrastructuur efficiënter kunnen worden gebruikt. De overheid zou er ook verstandig aan doen door een sturende positie in te nemen om spreiding te realiseren. De coronamaatregelen daargelaten, gebeurt dit voornamelijk op basis van vrijwillige afspraken met werkgevers en opleidingsinstellingen. Als voorbeeld noemt de adviesraad het sturen op prijsbeleid, zoals een dalurentarief in het OV.

Wisselwerking andere opgaven

De Rli beveelt ook aan om andere opgaven dan het oplossen van verkeersknelpunten nadrukkelijker te betrekken bij het bereikbaarheidsbeleid. Er bestaat namelijk wisselwerking tussen bereikbaarheidsbeleid en opgaven op het gebied van klimaat, milieu, verstedelijking, veiligheid en sociale opgaven. Meer mobiliteit kan bijvoorbeeld ook meer geluidoverlast betekenen. Het vergroten van de welvaart in de breedste zin van het woord zou daarom het ijkpunt moeten zijn om de juiste afwegingen te maken in de hele beleidscyclus, van visievorming tot uitvoering.

Daarbij zouden maatschappelijke kosten-batenanalyses veel eerder en meer consistent moeten worden ingezet bij besluitvormingsprocessen. Dit dient volgens de adviesraad al te gebeuren bij de later dit jaar te verschijnen analyse van de benodigde capaciteit van wegen, vaarwegen, spoorwegen en het OV op lange termijn. Deze moeten recht doen aan alle aspecten die uit het oogpunt van brede welvaart relevant zijn en geen prioriteitenlijst moeten zijn voor infrastructurele oplossingen.

Gezamenlijk optrekken

Bij het volwaardig meenemen van alle beleidsalternatieven vervult de Tweede Kamer een sleutelrol, aldus de Rli, maar de nadruk in het debat en besluitvorming ligt nog te vaak op afzonderlijke projecten. Als controleur van de regering zou de Kamer er juist op toe moeten zien dat gebruikte afwegingskaders en beslisinstrumenten voldoende zijn ingericht op het maken van integrale afwegingen.

In dit opzicht moet kabinetsbeleid ook nadrukkelijker worden beoordeeld op verbindingen met ander relevant beleid en samenwerking, besluit de adviesraad. Op dit moment domineert, al in een vroege fase, de sectorale projectgerichte aanpak bij de verschillende ministeries. Bereikbaarheidsbeleid is echter een gezamenlijke en samenhangende opgave en er zou dan ook Rijksbreed en met de regio’s moeten worden opgetrokken.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding

Onderwerpen: ,

Auteur: Dylan Metselaar

Dylan Metselaar is vaste redacteur van OVPro.nl en schrijft voor verschillende andere vakbladen van ProMedia Group, waaronder Infrasite.nl.

‘Overheidsbeleid te veel gericht op uitbreiding van infrastructuur’ | Infrasite
Viaduct, fietspad

‘Overheidsbeleid te veel gericht op uitbreiding van infrastructuur’

Foto: ProMedia / Vincent Krabbendam

In beleidsafwegingen om Nederland bereikbaar te houden, wordt te veel gekeken naar infrastructurele oplossingen. Het potentieel van andere bereikbaarheidsoplossingen blijft daardoor onbenut, concludeert de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) in een advies aan de Tweede Kamer.

Het wordt tijd dat het klassieke denken wordt losgelaten en actiever wordt ingespeeld op maatschappelijke trends en technologische ontwikkelingen, stelt de raad. Oplossingen zoals spreiding gedurende de dag, digitale alternatieven en slim verstedelijkingsbeleid zouden daarom zwaarder mee moeten wegen bij keuzes om de bereikbaarheid te verbeteren.

De Rli overhandigde het advies ‘Naar een integraal bereikbaarheidsbeleid’ woensdag aan Agnes Mulder, voorzitter dan de Vaste Commissie voor Infrastructuur en Waterstaat. De Tweede Kamer verzocht de onafhankelijke adviesraad afgelopen najaar om dit advies uit te brengen.

Plichtmatig onderzocht

Niet-infrastructurele oplossingen zijn weliswaar al langer onderdeel van het overheidsbeleid, ziet de raad, maar dat gebeurt vaak in de vorm van tijdelijke programma’s en pilots. Deze opties zouden al snel afvallen nadat ze plichtmatig zijn onderzocht, of liggen politiek dermate gevoelig dat ze niet eens worden meegenomen in de afweging (zoals rekeningrijden of spitsheffing).

Dit bevestigt volgens de adviesraad de dominantie van de standaardfocus op de aanleg van nieuwe of uitbreiding van bestaande infrastructuur, terwijl dit slechts een van de oplossingen is. De aanbeveling is dan ook om alle beleidsalternatieven volwaardig en nevengeschikt te maken bij het maken van beleidskeuzes.

Dat geldt bijvoorbeeld voor digitale bereikbaarheid als alternatief voor fysieke verplaatsingen. Door de coronamaatregelen zijn zaken als online thuiswerken, videovergaderen en het online bijwonen van concerten en voorstellingen in hoog tempo gemeengoed geworden. Daaruit zijn volgens de adviesraad zowel positieve als negatieve lessen te trekken die in de komende kabinetsperiode versneld een plek moeten krijgen in het beleid.

Mobility as a Service

Bij zo’n integrale benadering zou ook beter moeten worden gekeken naar de ruimtelijke keuzes in de verstedelijkingsopgave. Een goed ruimtelijk ontwerp en slimme locatiekeuzes kunnen de bereikbaarheid namelijk vergroten zonder dat op grote schaal nieuwe infrastructuur moet worden aangelegd. Desondanks spelen beleidskeuzes uit het verleden – zoals het onderscheid tussen OV en auto – in veel programma’s nog een te grote rol, aldus de Rli.

Daarbij wordt onder meer gewezen op de transitie naar Mobility as a Service (MaaS), waarmee bestaande modaliteiten en infrastructuur efficiënter kunnen worden gebruikt. De overheid zou er ook verstandig aan doen door een sturende positie in te nemen om spreiding te realiseren. De coronamaatregelen daargelaten, gebeurt dit voornamelijk op basis van vrijwillige afspraken met werkgevers en opleidingsinstellingen. Als voorbeeld noemt de adviesraad het sturen op prijsbeleid, zoals een dalurentarief in het OV.

Wisselwerking andere opgaven

De Rli beveelt ook aan om andere opgaven dan het oplossen van verkeersknelpunten nadrukkelijker te betrekken bij het bereikbaarheidsbeleid. Er bestaat namelijk wisselwerking tussen bereikbaarheidsbeleid en opgaven op het gebied van klimaat, milieu, verstedelijking, veiligheid en sociale opgaven. Meer mobiliteit kan bijvoorbeeld ook meer geluidoverlast betekenen. Het vergroten van de welvaart in de breedste zin van het woord zou daarom het ijkpunt moeten zijn om de juiste afwegingen te maken in de hele beleidscyclus, van visievorming tot uitvoering.

Daarbij zouden maatschappelijke kosten-batenanalyses veel eerder en meer consistent moeten worden ingezet bij besluitvormingsprocessen. Dit dient volgens de adviesraad al te gebeuren bij de later dit jaar te verschijnen analyse van de benodigde capaciteit van wegen, vaarwegen, spoorwegen en het OV op lange termijn. Deze moeten recht doen aan alle aspecten die uit het oogpunt van brede welvaart relevant zijn en geen prioriteitenlijst moeten zijn voor infrastructurele oplossingen.

Gezamenlijk optrekken

Bij het volwaardig meenemen van alle beleidsalternatieven vervult de Tweede Kamer een sleutelrol, aldus de Rli, maar de nadruk in het debat en besluitvorming ligt nog te vaak op afzonderlijke projecten. Als controleur van de regering zou de Kamer er juist op toe moeten zien dat gebruikte afwegingskaders en beslisinstrumenten voldoende zijn ingericht op het maken van integrale afwegingen.

In dit opzicht moet kabinetsbeleid ook nadrukkelijker worden beoordeeld op verbindingen met ander relevant beleid en samenwerking, besluit de adviesraad. Op dit moment domineert, al in een vroege fase, de sectorale projectgerichte aanpak bij de verschillende ministeries. Bereikbaarheidsbeleid is echter een gezamenlijke en samenhangende opgave en er zou dan ook Rijksbreed en met de regio’s moeten worden opgetrokken.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Neem nu een Infrasite Premium abonnement voor € 12,- per maand.

ABONNEREn

Onderwerpen: ,

Auteur: Dylan Metselaar

Dylan Metselaar is vaste redacteur van OVPro.nl en schrijft voor verschillende andere vakbladen van ProMedia Group, waaronder Infrasite.nl.