Nieuwe bijdragen rijk aan kades in Limburg

Den Haag – Staatssecretaris van verkeer en waterstaat Mw. Schultz van Haegen schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat verwacht wordt dat het rijk in de periode 2003 t/m 2015 nog eens ruim € 400 miljoen zal uitgeven in verband met de opgetreden hoogwaterstanden op de Maas. Tot en met 2002 is daaraan door het rijk in totaal € 421 miljoen aan Limburg bijgedragen

Zij wil ook nog naar de verdere toekomst kijken. Het overeengekomen beschermings-niveau van 1/250e zal gehandhaafd moeten worden, wanneer onder invloed van klimaatverandering de maatgevende afvoeren stijgen. Zij is bereid om ook de daarmee verband houdende kosten te betalen.
Om die reden heeft zij voorgesteld om de Limburgse kades onder het regime van de wet op de waterkering te brengen, waarmee de financiering van de toekomstige versterkingen door het rijk gewaarborgd is. Gelijktijdig voorzien de gemaakte afspraken in de bekostiging van het beheer en onderhoud door de waterkeringbeheerder.

De situatie wordt hierbij nog gecompliceerder, nu naar voren komt dat het aanpassen van de kades om ze te laten voldoen aan de eisen die voortvloeien uit de wet op de waterkering, aanzienlijk meer gaat kosten dan eertijds begroot. Enerzijds zullen de bestaande kades die voor een deel als tijdelijke kades aangelegd zijn, verbeterd moeten worden om als permanente kades te kunnen functioneren, anderzijds zullen de kades geschikt gemaakt moeten worden om in de toekomst verder versterkt te kunnen worden. Dit speelt bijvoorbeeld in sterke mate bij de constructie van de demontabele kades.
De extra kosten worden op dit moment in beeld gebracht, maar bedragen meerdere tientallen miljoenen euro’s.

Zij acht deze uitgave niet verantwoord zolang er geen overeenstemming bestaat tussen rijk, provincie en waterschap om de Limburgse kades onder de wet op de waterkering te brengen. Dit impliceert dat op dit moment de uitgangspunten voor het ontwerp van de kadeaanpassingen nog niet vastliggen en dat nog geen begin met de werkzaamheden gemaakt kan worden.

Om er toch voor te zorgen dat in 2005 de geformuleerde beschermingsdoelstelling (70% van de achter de kades wonende bewoners zijn beschermd op een niveau van 1/250e) bereikt wordt, moeten op korte termijn beslissingen worden genomen. Zij vindt het hierbij vanzelfsprekend dat dit in overleg met de waterschappen geschiedt, zo schrijft de staatssecretaris.

De kadeuitbreiding is een onderdeel van het project De Maaswerken.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding

Nieuwe bijdragen rijk aan kades in Limburg | Infrasite

Nieuwe bijdragen rijk aan kades in Limburg

Den Haag – Staatssecretaris van verkeer en waterstaat Mw. Schultz van Haegen schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat verwacht wordt dat het rijk in de periode 2003 t/m 2015 nog eens ruim € 400 miljoen zal uitgeven in verband met de opgetreden hoogwaterstanden op de Maas. Tot en met 2002 is daaraan door het rijk in totaal € 421 miljoen aan Limburg bijgedragen

Zij wil ook nog naar de verdere toekomst kijken. Het overeengekomen beschermings-niveau van 1/250e zal gehandhaafd moeten worden, wanneer onder invloed van klimaatverandering de maatgevende afvoeren stijgen. Zij is bereid om ook de daarmee verband houdende kosten te betalen.
Om die reden heeft zij voorgesteld om de Limburgse kades onder het regime van de wet op de waterkering te brengen, waarmee de financiering van de toekomstige versterkingen door het rijk gewaarborgd is. Gelijktijdig voorzien de gemaakte afspraken in de bekostiging van het beheer en onderhoud door de waterkeringbeheerder.

De situatie wordt hierbij nog gecompliceerder, nu naar voren komt dat het aanpassen van de kades om ze te laten voldoen aan de eisen die voortvloeien uit de wet op de waterkering, aanzienlijk meer gaat kosten dan eertijds begroot. Enerzijds zullen de bestaande kades die voor een deel als tijdelijke kades aangelegd zijn, verbeterd moeten worden om als permanente kades te kunnen functioneren, anderzijds zullen de kades geschikt gemaakt moeten worden om in de toekomst verder versterkt te kunnen worden. Dit speelt bijvoorbeeld in sterke mate bij de constructie van de demontabele kades.
De extra kosten worden op dit moment in beeld gebracht, maar bedragen meerdere tientallen miljoenen euro’s.

Zij acht deze uitgave niet verantwoord zolang er geen overeenstemming bestaat tussen rijk, provincie en waterschap om de Limburgse kades onder de wet op de waterkering te brengen. Dit impliceert dat op dit moment de uitgangspunten voor het ontwerp van de kadeaanpassingen nog niet vastliggen en dat nog geen begin met de werkzaamheden gemaakt kan worden.

Om er toch voor te zorgen dat in 2005 de geformuleerde beschermingsdoelstelling (70% van de achter de kades wonende bewoners zijn beschermd op een niveau van 1/250e) bereikt wordt, moeten op korte termijn beslissingen worden genomen. Zij vindt het hierbij vanzelfsprekend dat dit in overleg met de waterschappen geschiedt, zo schrijft de staatssecretaris.

De kadeuitbreiding is een onderdeel van het project De Maaswerken.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Neem nu een Infrasite Premium abonnement voor € 12,- per maand.

ABONNEREn