Tweede deltaprogramma aan de kamer aangeboden

Staatssecretaris Joop Atsma (IenM) heeft vandaag het Tweede Deltaprogramma ‘Werk aan de Delta. Maatregelen van nu, voorbereiding voor morgen’, aan de Tweede Kamer aangeboden. Daaruit blijkt dat de zoetwatervoorraad in het IJsselmeer voorlopig groot genoeg is en een nieuw peilbesluit op de korte termijn nog niet nodig is. Ook grootschalige kustuitbreiding is niet nodig voor de veiligheid voor de komende vijftig jaar. Met de jaarlijkse zandsuppleties, aangepast aan de actuele stand van de zeespiegel, blijven we de kust op orde houden. De droogteperiodes in 2003 en 2011 illustreren dat we met het huidige zoetwatersysteem tegen onze grenzen aanlopen. Met voorrang zal in het kader van het Deltaprogramma het rijk doelen formuleren voor een maatschappelijk duurzame en economisch doelmatige zoetwatervoorziening voor de toekomst.

Het tweede Deltaprogramma is als onderdeel van de begrotingsstukken van het ministerie van Infrastructuur en Milieu aan de Tweede Kamer aangeboden. Deze rapportage, het DP2012, is in opdracht van het kabinet opgesteld door deltacommissaris Wim Kuijken. In dit Deltaprogramma zijn de opgaven op het gebied van waterveiligheid en zoetwatervoorziening onderzocht en geanalyseerd. Daarnaast adviseert de deltacommissaris voor de eerste keer over de financiering van het Deltaprogramma op de lange termijn.

IJsselmeerpeil

Op korte termijn is een nieuw peilbesluit, zoals aangekondigd in het Nationaal Waterplan niet nodig. De zoetwatervoorraad in het IJsselmeer is voldoende om in een extreem droog jaar te voorzien in de vraag naar zoet water. Voor de korte termijn kan de zoetwatervoorraad worden vergroot door het watersysteem flexibeler te maken, zonder opties voor de toekomst uit te sluiten. Het is zaak eerst de doelen voor zoetwatervoorziening voor de lange termijn vast te stellen en de daarbij behorende veiligheidsopgave. Daarna kan gekeken worden op welke wijze dat kan worden gerealiseerd. Daarbij komen nadrukkelijk ook andere oplossingsvarianten dan de peilstijging tot 1,5 meter in beeld, zoals het kunnen beïnvloeden van het watergebruik.

Veiligheidsnormen

Eind 2011 komt er inzicht in de actualisering van de waterveiligheidsnormen op basis van de aangekondigde analyses van slachtofferrisico’s en maatschappelijke en economische schade. Actualisering van de waterveiligheidsnormen kan de komende decennia op sommige plaatsen leiden tot een beschermingsniveau dat beter dan het huidige beschermingsniveau past bij de toename van het aantal mensen en de toename van de economische waarde achter de dijken. Ook de resultaten van de derde toetsing van de waterkeringen en de te verwachten effecten van klimaatverandering en bodemdaling worden betrokken bij de op te stellen veiligheidsstrategieën voor de verschillende gebieden. Daarbij staat de waterveiligheid voorop, maar waar mogelijk worden bijdragen vanuit ruimtelijke inrichting en de rampenbeheersing in de beschouwing betrokken.

Zoetwater

Voor het eerst is er een breed gedragen nationale én regionale analyse van de knelpunten voor de zoetwatervoorziening beschikbaar. Ons huidige watersysteem, het beheer en het beleid blijken tegen hun grenzen aan te lopen. Om schade zoveel mogelijk te voorkomen ligt voor de korte termijn de focus op meer flexibiliteit in het systeem (bijvoorbeeld tijdelijke peilopzet of alternatieve wateraanvoer). Het beleid is nu gericht op incidentele droogte. Wat nu incidenteel is kan straks veel vaker voorkomen. Voor de lange termijn is een fundamenteel andere benadering nodig. Daarvoor is het noodzakelijk dat doelen worden geformuleerd die gericht zijn op een maatschappelijk duurzame en economisch doelmatige zoetwatervoorziening.

Kustuitbreiding

Grootschalige kustuitbreiding is niet nodig voor de veiligheid, tenminste voor de komende vijftig jaar. Deze conclusie staat in het recent uitgebrachte Nationaal Kader Kust. Op basis van studies uitgevoerd binnen het Deelprogramma Kust is de grootschalige kustuitbreiding ingekaderd. Met de jaarlijkse zandsuppleties, aangepast aan de actuele stand van de zeespiegel, blijven we de kust op orde houden.

Deltafonds

Met de oprichting van het Deltafonds wordt voorzien in structurele middelen om huidige en toekomstige generaties in ons land te beschermen tegen water en om te zorgen voor een adequate zoetwatervoorziening. Voor deze kabinetsperiode zijn er hiervoor voldoende middelen gereserveerd. In zijn advies aan de staatssecretaris over de borging van de financiering van het Deltaprogramma voorziet de deltacommissaris dat het een uitdaging wordt om de huidige en toekomstige opgaven op het gebied van waterveiligheid en zoetwatervoorziening voor 2050 uit te voeren. Tot 2020 zijn alle middelen al belegd. Voor de periode 2021-2028 heeft het Deltafonds een omvang van € 9,7 miljard. Een groot deel hiervan is reeds opzij gezet voor projecten als het Hoogwaterbeschermingsprogramma, de versterking van de Afsluitdijk en voor het beheer en onderhoud van bijvoorbeeld onze waterkeringen.

Deltabeslissingen

Het Deltaprogramma – een nieuw Deltaplan – heeft als doel ons land nu en in de toekomst te beschermen tegen hoog water. Maar ook om de zoetwatervoorziening op orde te houden. Het is een nationaal programma. De deltacommissaris is door het kabinet benoemd als verbindende factor, en om tempo te maken. Hij doet jaarlijks een voorstel voor het Deltaprogramma. De deltacommissaris bereidt vijf deltabeslissingen voor die in 2014 worden voorgelegd aan het kabinet. Deze beslissingen gaan over de normen van onze belangrijkste dijken en andere waterkeringen en over gebiedsgerichte veiligheidsstrategieën, over de strategieën voor zoetwater, over het peil van het IJsselmeer, over de manier waarop het Rijnmondgebied veilig kan blijven met een goede zoetwatervoorziening zonder aan economische waarde in te boeten en over hoe bij de ontwikkeling van buurten en wijken rekening kan worden gehouden met water. De deltabeslissing over de normen en veiligheidsstrategieën vormt de basis voor het waterveiligheidsprogramma dat in 2014 voor het eerst als onderdeel van het Deltaprogramma zal worden opgeleverd.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding

Auteur: Redactie Infrasite

Bron: Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (I&W)

Tweede deltaprogramma aan de kamer aangeboden | Infrasite

Tweede deltaprogramma aan de kamer aangeboden

Staatssecretaris Joop Atsma (IenM) heeft vandaag het Tweede Deltaprogramma ‘Werk aan de Delta. Maatregelen van nu, voorbereiding voor morgen’, aan de Tweede Kamer aangeboden. Daaruit blijkt dat de zoetwatervoorraad in het IJsselmeer voorlopig groot genoeg is en een nieuw peilbesluit op de korte termijn nog niet nodig is. Ook grootschalige kustuitbreiding is niet nodig voor de veiligheid voor de komende vijftig jaar. Met de jaarlijkse zandsuppleties, aangepast aan de actuele stand van de zeespiegel, blijven we de kust op orde houden. De droogteperiodes in 2003 en 2011 illustreren dat we met het huidige zoetwatersysteem tegen onze grenzen aanlopen. Met voorrang zal in het kader van het Deltaprogramma het rijk doelen formuleren voor een maatschappelijk duurzame en economisch doelmatige zoetwatervoorziening voor de toekomst.

Het tweede Deltaprogramma is als onderdeel van de begrotingsstukken van het ministerie van Infrastructuur en Milieu aan de Tweede Kamer aangeboden. Deze rapportage, het DP2012, is in opdracht van het kabinet opgesteld door deltacommissaris Wim Kuijken. In dit Deltaprogramma zijn de opgaven op het gebied van waterveiligheid en zoetwatervoorziening onderzocht en geanalyseerd. Daarnaast adviseert de deltacommissaris voor de eerste keer over de financiering van het Deltaprogramma op de lange termijn.

IJsselmeerpeil

Op korte termijn is een nieuw peilbesluit, zoals aangekondigd in het Nationaal Waterplan niet nodig. De zoetwatervoorraad in het IJsselmeer is voldoende om in een extreem droog jaar te voorzien in de vraag naar zoet water. Voor de korte termijn kan de zoetwatervoorraad worden vergroot door het watersysteem flexibeler te maken, zonder opties voor de toekomst uit te sluiten. Het is zaak eerst de doelen voor zoetwatervoorziening voor de lange termijn vast te stellen en de daarbij behorende veiligheidsopgave. Daarna kan gekeken worden op welke wijze dat kan worden gerealiseerd. Daarbij komen nadrukkelijk ook andere oplossingsvarianten dan de peilstijging tot 1,5 meter in beeld, zoals het kunnen beïnvloeden van het watergebruik.

Veiligheidsnormen

Eind 2011 komt er inzicht in de actualisering van de waterveiligheidsnormen op basis van de aangekondigde analyses van slachtofferrisico’s en maatschappelijke en economische schade. Actualisering van de waterveiligheidsnormen kan de komende decennia op sommige plaatsen leiden tot een beschermingsniveau dat beter dan het huidige beschermingsniveau past bij de toename van het aantal mensen en de toename van de economische waarde achter de dijken. Ook de resultaten van de derde toetsing van de waterkeringen en de te verwachten effecten van klimaatverandering en bodemdaling worden betrokken bij de op te stellen veiligheidsstrategieën voor de verschillende gebieden. Daarbij staat de waterveiligheid voorop, maar waar mogelijk worden bijdragen vanuit ruimtelijke inrichting en de rampenbeheersing in de beschouwing betrokken.

Zoetwater

Voor het eerst is er een breed gedragen nationale én regionale analyse van de knelpunten voor de zoetwatervoorziening beschikbaar. Ons huidige watersysteem, het beheer en het beleid blijken tegen hun grenzen aan te lopen. Om schade zoveel mogelijk te voorkomen ligt voor de korte termijn de focus op meer flexibiliteit in het systeem (bijvoorbeeld tijdelijke peilopzet of alternatieve wateraanvoer). Het beleid is nu gericht op incidentele droogte. Wat nu incidenteel is kan straks veel vaker voorkomen. Voor de lange termijn is een fundamenteel andere benadering nodig. Daarvoor is het noodzakelijk dat doelen worden geformuleerd die gericht zijn op een maatschappelijk duurzame en economisch doelmatige zoetwatervoorziening.

Kustuitbreiding

Grootschalige kustuitbreiding is niet nodig voor de veiligheid, tenminste voor de komende vijftig jaar. Deze conclusie staat in het recent uitgebrachte Nationaal Kader Kust. Op basis van studies uitgevoerd binnen het Deelprogramma Kust is de grootschalige kustuitbreiding ingekaderd. Met de jaarlijkse zandsuppleties, aangepast aan de actuele stand van de zeespiegel, blijven we de kust op orde houden.

Deltafonds

Met de oprichting van het Deltafonds wordt voorzien in structurele middelen om huidige en toekomstige generaties in ons land te beschermen tegen water en om te zorgen voor een adequate zoetwatervoorziening. Voor deze kabinetsperiode zijn er hiervoor voldoende middelen gereserveerd. In zijn advies aan de staatssecretaris over de borging van de financiering van het Deltaprogramma voorziet de deltacommissaris dat het een uitdaging wordt om de huidige en toekomstige opgaven op het gebied van waterveiligheid en zoetwatervoorziening voor 2050 uit te voeren. Tot 2020 zijn alle middelen al belegd. Voor de periode 2021-2028 heeft het Deltafonds een omvang van € 9,7 miljard. Een groot deel hiervan is reeds opzij gezet voor projecten als het Hoogwaterbeschermingsprogramma, de versterking van de Afsluitdijk en voor het beheer en onderhoud van bijvoorbeeld onze waterkeringen.

Deltabeslissingen

Het Deltaprogramma – een nieuw Deltaplan – heeft als doel ons land nu en in de toekomst te beschermen tegen hoog water. Maar ook om de zoetwatervoorziening op orde te houden. Het is een nationaal programma. De deltacommissaris is door het kabinet benoemd als verbindende factor, en om tempo te maken. Hij doet jaarlijks een voorstel voor het Deltaprogramma. De deltacommissaris bereidt vijf deltabeslissingen voor die in 2014 worden voorgelegd aan het kabinet. Deze beslissingen gaan over de normen van onze belangrijkste dijken en andere waterkeringen en over gebiedsgerichte veiligheidsstrategieën, over de strategieën voor zoetwater, over het peil van het IJsselmeer, over de manier waarop het Rijnmondgebied veilig kan blijven met een goede zoetwatervoorziening zonder aan economische waarde in te boeten en over hoe bij de ontwikkeling van buurten en wijken rekening kan worden gehouden met water. De deltabeslissing over de normen en veiligheidsstrategieën vormt de basis voor het waterveiligheidsprogramma dat in 2014 voor het eerst als onderdeel van het Deltaprogramma zal worden opgeleverd.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding

Auteur: Redactie Infrasite

Bron: Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (I&W)