Leefomgeving en infrastructuur: Nederland kan leren van buitenland

blijkt uit rapport ECORYS

Nederlandse overheden kunnen veel leren van de ons omringende landen als het gaat om oplossingen voor problematiek op het gebied van leefomgeving en infrastructuur. Onder meer op terreinen als duurzaamheid, waterbeheer, mobiliteit, ruimtelijke ontwikkeling en innovatiebeleid loopt Nederland achter op het buitenland. Dit blijkt uit het rapport ”Brede heroverwegingen: de internationale dimensie” dat Ecorys heeft geschreven in opdracht van de Raden voor de Leefomgeving en Infrastructuur (RLI).

Nederland staat niet alleen in de aanpak van een groot aantal maatschappelijke opgaven op het gebied van leefomgeving en infrastructuur. Deze leiden nationaal maar ook internationaal tot nieuwe gezichtspunten, maar ook tot nieuwe aanpakken in beleidsvorming en beleidsuitvoering. Daardoor heen spelen nationale en historisch gegroeide bestuursstructuren. De wijze waarop overheden zijn georganiseerd en met elkaar omgaan, de mate van marktwerking in van oudsher publieke taken, de mogelijkheden voor burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties om zelf met innovatieve oplossingen te komen voor maatschappelijke problemen verschillen internationaal sterk van elkaar.

Analyse van best practices
Ecorys heeft verschillende internationale ‘best practices’ geïnventariseerd en vergeleken en onderzocht in hoeverre buitenlandse ervaringen als leerprocessen voor Nederlandse overheden kunnen gelden. De best practices zijn geanalyseerd aan de hand van een zestal veranderingsprincipes:

  • De Rijksoverheid definieert scherp haar kerntaken en de overheid kiest beleidsinstrumenten gedifferentieerd naar taak;<.li>
  • Decentraal wat kan, centraal wat moet;
  • Werk met adaptief beleid;
  • Zorg voor herkenbare geldstromen;
  • Eerst benutten, dan toevoegen;
  • Organiseer de uitvoering van taken in de samenhang van ketens.

Nederland loopt achter op buitenland
De Ecorys-studie laat interessante buitenlandse bestuursmodellen en manieren zien om met problemen om te gaan en gaat in op concrete voorbeelden van best practices. Wij noemen er hier twee.

In vrijwel alle bestudeerde landencases wordt gewerkt met adaptief beleid. Een uitzondering hierop is Finland, dat het nieuwe algemene innovatiebeleid in de jaren ’90 is gestart met een ‘sense of urgency’ over de economische verwachtingen voor dit land. Dit heeft geleid tot een ‘grand design’ voor de totstandkoming van een nieuwe kenniseconomie met een groot aantal maatregelen en wetgeving onder leiding van de Finse president.

Er zijn ook concrete voorbeelden rond het zorgdragen voor herkenbare geldstromen, zoals rond energie (CO2-heffing op verbruik fossiele energie in Zweden), water (evidence base voor waterefficiency in het Verenigd Koninkrijk), beprijzing van mobiliteit (bijv. heffingen in Londen, Stockholm, Portugal en Duitsland).

De algemene conclusie is dat Nederland nog veel kan leren van de aanpak in het buitenland en dat het buitenland vaak een aantal stappen verder is dan wij. Door besluitvorming en uitvoering slimmer te organiseren kunnen ook in Nederland betere oplossingen voor hardnekkige vraagstukken worden bereikt.

Meer informatie
Het rapport ”Brede heroverwegingen: de internationale dimensie” kunt u downloaden via de website van ECORYS

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Neem nu een Infrasite Premium abonnement voor € 12,- per maand.

ABONNEREn

Auteur: Redactie Infrasite

Bron: Ecorys Nederland