EIB Bouwconjunctuur december 2006

Omvang orderportefeuille gww bereikt recordhoogte

Amsterdam – Eind december 2006 bedraagt de orderportefeuille in de grond-, water- en wegenbouw 6,8 maanden. Sinds het begin van de metingen door het EIB (september 1985) is deze nog nooit zo hoog geweest. Ten opzichte van een jaar eerder is de omvang van de orderportefeuille in de gww met ruim een kwart gestegen. In de burgerlijke- en utiliteitsbouw is de stijging in het afgelopen jaar met 10% minder spectaculair. Eind 2006 bedraagt de omvang van de orderportefeuille in de b&u 8,6 maanden. Voor de bouwnijverheid als geheel steeg de orderportefeuille in 2006 met één maand tot 8,3 maanden.

Dit constateert het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid in de conjunctuurmeting over de maand december 2006.

De bouwbedrijven noemen in december 2006 het weer als belangrijkste oorzaak van stagnatie van de werkzaamheden (7%). In de b&u wordt naast het weer ook “overige oorzaken” als belangrijke stagnatieoorzaak genoemd. In deze categorie worden problemen als gevolg van een winterstop/vakantie vaak vermeld.

In de b&u verwacht bijna een kwart van de bouwbedrijven dat zij de komende maanden meer personeel in dienst zullen nemen. Het percentage b&u-bedrijven dat denkt dat het aantal personeelsleden zal verminderen bedraagt slechts 4%. Ook in de gww is men per saldo positief over de te verwachten personele ontwikkeling; 15% verwacht dat het personeelsbestand zal groeien tegenover 6% dat denkt personeel te moeten laten gaan.

Tweederde van de bedrijven in de b&u verwacht een stijging van de afzetprijzen. Slechts 1% van de bedrijven in deze sector denkt dat de prijzen zullen dalen. Van de bedrijven in de gww verwacht 45% een prijsstijging. Alleen in de wegenbouw denkt 1% aan een daling van de prijzen.

De werkvoorraad wordt door 70% van de bedrijven als normaal voor de tijd van het jaar beoordeeld. Het percentage bedrijven dat het onderhanden werk als groot beoordeelt (22%) is echter wel groter dan het percentage dat de werkvoorraad klein vindt voor de tijd van het jaar (8%).

Deze gegevens blijken uit de conjunctuurmeting in de bouwnijverheid van december 2006 van het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid. Deze meting wordt uitgevoerd in opdracht van de Europese Commissie. Aan de conjunctuurmeting verlenen ruim 400 hoofdaannemingsbedrijven met meer dan tien personeelsleden hun medewerking.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding

EIB Bouwconjunctuur december 2006 | Infrasite

EIB Bouwconjunctuur december 2006

Omvang orderportefeuille gww bereikt recordhoogte

Amsterdam – Eind december 2006 bedraagt de orderportefeuille in de grond-, water- en wegenbouw 6,8 maanden. Sinds het begin van de metingen door het EIB (september 1985) is deze nog nooit zo hoog geweest. Ten opzichte van een jaar eerder is de omvang van de orderportefeuille in de gww met ruim een kwart gestegen. In de burgerlijke- en utiliteitsbouw is de stijging in het afgelopen jaar met 10% minder spectaculair. Eind 2006 bedraagt de omvang van de orderportefeuille in de b&u 8,6 maanden. Voor de bouwnijverheid als geheel steeg de orderportefeuille in 2006 met één maand tot 8,3 maanden.

Dit constateert het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid in de conjunctuurmeting over de maand december 2006.

De bouwbedrijven noemen in december 2006 het weer als belangrijkste oorzaak van stagnatie van de werkzaamheden (7%). In de b&u wordt naast het weer ook “overige oorzaken” als belangrijke stagnatieoorzaak genoemd. In deze categorie worden problemen als gevolg van een winterstop/vakantie vaak vermeld.

In de b&u verwacht bijna een kwart van de bouwbedrijven dat zij de komende maanden meer personeel in dienst zullen nemen. Het percentage b&u-bedrijven dat denkt dat het aantal personeelsleden zal verminderen bedraagt slechts 4%. Ook in de gww is men per saldo positief over de te verwachten personele ontwikkeling; 15% verwacht dat het personeelsbestand zal groeien tegenover 6% dat denkt personeel te moeten laten gaan.

Tweederde van de bedrijven in de b&u verwacht een stijging van de afzetprijzen. Slechts 1% van de bedrijven in deze sector denkt dat de prijzen zullen dalen. Van de bedrijven in de gww verwacht 45% een prijsstijging. Alleen in de wegenbouw denkt 1% aan een daling van de prijzen.

De werkvoorraad wordt door 70% van de bedrijven als normaal voor de tijd van het jaar beoordeeld. Het percentage bedrijven dat het onderhanden werk als groot beoordeelt (22%) is echter wel groter dan het percentage dat de werkvoorraad klein vindt voor de tijd van het jaar (8%).

Deze gegevens blijken uit de conjunctuurmeting in de bouwnijverheid van december 2006 van het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid. Deze meting wordt uitgevoerd in opdracht van de Europese Commissie. Aan de conjunctuurmeting verlenen ruim 400 hoofdaannemingsbedrijven met meer dan tien personeelsleden hun medewerking.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Neem nu een Infrasite Premium abonnement voor € 12,- per maand.

ABONNEREn