Kamervragen over gebruiksvergoeding spoor

Den Haag – Op 7 december 2006 heeft Minister Peijs van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat een brief gezonden aan de Tweede Kamer met daarin beantwoording van vragen inzake de voortgang van de onderhandelingen gebruiksvergoeding spoorgoederenvervoer.

Hieronder leest u de volledig brief br.9432 Antwoord Kamervragen lid Gerkens over de voortgang van de onderhandelingen gebruiksvergoeding spoorgoederenvervoer.

Geachte voorzitter,

Hierbij doe ik u de antwoorden toekomen op de schriftelijke vragen van het lid Gerkens
over de onderhandelingen gebruiksvergoedingstarieven spoor (“spoortax”).

  • 1. Kunt u aangeven waarom de vervoerders en spoorwegbeheerder ProRail geen
    akkoord kunnen bereiken over de tarieven voor het goederenvervoer?*
    1. Conform de Spoorwegwet zijn de vervoerders en ProRail in juni 2006 gestart met de
    onderhandelingen over de gebruiksvergoedingstarieven 2007-2011 onder toezicht
    van de NMa. De partijen zijn sindsdien meerdere malen bijeengekomen om nader tot
    elkaar te komen. Het onderhandelen over de gebruiksvergoeding is nieuw voor beide
    partijen. Punten van discussie zijn onder meer de gehanteerde tariefsystematiek en de
    mate waarin de tarieven jaarlijks stijgen. Vooralsnog hebben de partijen geen overeen-
    stemming weten te bereiken binnen het daarvoor beschikbare budgettaire kader van
    maximaal € 31-€ 33 miljoen (€ 10 miljoen ProRail, € 23 miljoen V&W). Overigens is het niet ongebruikelijk dat partijen in onderhandelingen tot op het laatste moment
    zullen proberen een voor hen zo goed mogelijk resultaat te behalen. Daarnaast onderhandelen de vervoerders en ProRail over het gebruiksvergoedings-
    tarief 2006. Beide partijen zijn in december 2005 een tijdelijk gebruiksvergoedings-
    tarief overeengekomen van € 0,96 per treinkilometer in afwachting van lopende
    procedures bij de NMa. Dit bedrag ligt lager dan het in de netverklaring opgenomen
    tarief van gemiddeld € 1,10 – € 1,12. De NMa heeft op 11 mei 2006 geoordeeld dat ProRail een verzoek om onderhandeling over de toegangsovereenkomst (waaronder de gebruiksvergoeding) niet kan afwijzen. De onderhandelingen over de gebruiksvergoeding voor 2006 zijn een apart onderdeel van de lopende onderhandelingen en vallen buiten het bovengenoemde budgettaire kader.
    * www.rtlnieuws.nl 15 november 2006
  • 2. Is het waar dat tussen Railion en u afgesproken is dat de spoortax voor 2007 € 1,10 per treinkilometer zal bedragen? Zo neen, welke afspraken zijn wel gemaakt?
    2. Conform de Spoorwegwet is het aan ProRail en de vervoerders om te onderhandelen over de gebruiksvergoeding. In een gesprek tussen mijn departement en Railion is aangegeven dat V&W geen partner is in de onderhandelingen en dat de rol van het ministerie beperkt is tot het vaststellen van het budgettaire kader voor ProRail. Aangegeven is dat het BRG voorstel van de vervoerders een uitgangspunt vormt voor de onderhandelingen, maar dat de uiteindelijke overgangsregeling moet passen binnen het daarvoor gestelde budgettaire kader. Het budgettaire kader van € 31- € 33 mln. subsidie voor de periode 2007 tot en met 2011 ter dekking van de tussen ProRail en de vervoerders overeen te komen korting is gebaseerd op de overgangsregeling “Gestage Groei”, zoals vastgelegd in mijn brief aan de Tweede Kamer van 30 maart 2006. De overgangsregeling Gestage Groei is onder meer op basis van een analyse van de vraaguitval in relatie tot de financiële ffecten tot stand gekomen.
  • 3. Is het waar dat ProRail nu wil afwijken van eerder gemaakte afspraken en alsnog een forse tariefdifferentiatie naar gewicht wil invoeren? Kunt u uw antwoord toelichten?
    3. ProRail heeft in het kader van de onderhandelingen in november 2006 een bod voorgelegd aan de vervoerders. ProRail stelt hierin een gemiddeld tarief voor van 1,20 in 2007 gevolgd door een jaarlijkse stijging van de gemiddelde tarieven met 15%. ProRail hanteert daarbij een vergelijkbare systematiek als bij de strategie “Gestage Groei”, zijnde een ton- en treinkilometertarief met een korting van 100% boven een bepaalde tonnagegrens (“price cap”). Gelet op de Europese richtlijn moet ProRail de aan het gebruik gerelateerde kosten doorberekenen. Gewicht is hierbij een belangrijke component. Vergeleken met de maximumtarieven van het tariefvoorstel “Gestage Groei” vallen de tarieven voor zwaardere treinen hiermee lager uit in de eerdere jaren en hoger uit in latere jaren. Hiermee wordt tegemoet gekomen aan de wens van de vervoerders om een sterke tariefsprong in 2007 te voorkomen. Een consequentie hiervan is dat het tarief in de jaren daarna sneller stijgt om binnen het budgettaire kader te blijven. Door de vervoerders wordt gewezen op deze maximum tarieven in latere jaren. Het is aan de vervoerders en ProRail om verder te onderhandelen over de gedane voorstellen en hier gezamenlijk overeenstemming over te bereiken.
  • 4. Welke maatregelen gaat u nemen om ervoor te zorgen dat er alsnog een spoortax zal komen die aansluit bij de wensen die de Kamer in april 2006 kenbaar heeft gemaakt?
    4. In het VAO van 24 mei 2006 heb ik aangegeven mogelijkheden te zien om het voorstel voor de overgangsregeling “Gestage Groei” uit mijn brief van 30 maart 2006 verder te optimaliseren. De optimalisatie bestaat uit een verlaging van de tarieven in 2007 en een snellere stijging van tarieven in latere jaren. Hiermee komt ook de door de vervoerders gewenste tariefontwikkeling dichterbij. Voor de totale overgangsperiode is uitgaande van de verwachte volumes een budget van € 31-33 miljoen euro beschikbaar gesteld ((€ 10 miljoen ProRail, € 23 miljoen V&W).
    Vervoerders en ProRail zijn vervolgens onder toezicht van de NMa onderhandelingen gestart om de overgangsregeling binnen deze randvoorwaarden verder te optimaliseren. De overeengekomen gebruiksvergoeding moet op grond van artikel 62 lid 7 van de Spoorwegwet voldoen aan richtlijn 2001/14/EG. De NMA ziet hierop toe.
    Evenals de Kamer hecht ik er zeer aan dat de partijen overeenstemming bereiken over de gebruiksvergoedingstarieven 2007-2011. Ik heb daarom bij de partijen aangedrongen op het aanstellen van een mediator om de onderhandelingen vlot te trekken en de partijen nader tot elkaar te brengen. Ik heb daarbij aangegeven de kosten van een mediator voor mijn rekening te willen nemen. Vooralsnog ga ik ervan uit dat de partijen, eventueel met behulp van een mediator, hun verantwoordelijkheid nemen om de onderhandelingen tot een goed resultaat te brengen.

Hoogachtend,

DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
Karla Peijs

Achtergrondinformatie (verzorgd door de redactie van Infrasite)
NMa: onderhandelplicht ProRail gebruiksvergoeding

Kamervragen gebruiksvergoeding spoor 2007 t/m 2011
ProRail brengt Netverklaring 2007 uit
Constructief overleg gebruiksvergoeding spoor

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding

Kamervragen over gebruiksvergoeding spoor | Infrasite

Kamervragen over gebruiksvergoeding spoor

Den Haag – Op 7 december 2006 heeft Minister Peijs van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat een brief gezonden aan de Tweede Kamer met daarin beantwoording van vragen inzake de voortgang van de onderhandelingen gebruiksvergoeding spoorgoederenvervoer.

Hieronder leest u de volledig brief br.9432 Antwoord Kamervragen lid Gerkens over de voortgang van de onderhandelingen gebruiksvergoeding spoorgoederenvervoer.

Geachte voorzitter,

Hierbij doe ik u de antwoorden toekomen op de schriftelijke vragen van het lid Gerkens
over de onderhandelingen gebruiksvergoedingstarieven spoor (“spoortax”).

  • 1. Kunt u aangeven waarom de vervoerders en spoorwegbeheerder ProRail geen
    akkoord kunnen bereiken over de tarieven voor het goederenvervoer?*
    1. Conform de Spoorwegwet zijn de vervoerders en ProRail in juni 2006 gestart met de
    onderhandelingen over de gebruiksvergoedingstarieven 2007-2011 onder toezicht
    van de NMa. De partijen zijn sindsdien meerdere malen bijeengekomen om nader tot
    elkaar te komen. Het onderhandelen over de gebruiksvergoeding is nieuw voor beide
    partijen. Punten van discussie zijn onder meer de gehanteerde tariefsystematiek en de
    mate waarin de tarieven jaarlijks stijgen. Vooralsnog hebben de partijen geen overeen-
    stemming weten te bereiken binnen het daarvoor beschikbare budgettaire kader van
    maximaal € 31-€ 33 miljoen (€ 10 miljoen ProRail, € 23 miljoen V&W). Overigens is het niet ongebruikelijk dat partijen in onderhandelingen tot op het laatste moment
    zullen proberen een voor hen zo goed mogelijk resultaat te behalen. Daarnaast onderhandelen de vervoerders en ProRail over het gebruiksvergoedings-
    tarief 2006. Beide partijen zijn in december 2005 een tijdelijk gebruiksvergoedings-
    tarief overeengekomen van € 0,96 per treinkilometer in afwachting van lopende
    procedures bij de NMa. Dit bedrag ligt lager dan het in de netverklaring opgenomen
    tarief van gemiddeld € 1,10 – € 1,12. De NMa heeft op 11 mei 2006 geoordeeld dat ProRail een verzoek om onderhandeling over de toegangsovereenkomst (waaronder de gebruiksvergoeding) niet kan afwijzen. De onderhandelingen over de gebruiksvergoeding voor 2006 zijn een apart onderdeel van de lopende onderhandelingen en vallen buiten het bovengenoemde budgettaire kader.
    * www.rtlnieuws.nl 15 november 2006
  • 2. Is het waar dat tussen Railion en u afgesproken is dat de spoortax voor 2007 € 1,10 per treinkilometer zal bedragen? Zo neen, welke afspraken zijn wel gemaakt?
    2. Conform de Spoorwegwet is het aan ProRail en de vervoerders om te onderhandelen over de gebruiksvergoeding. In een gesprek tussen mijn departement en Railion is aangegeven dat V&W geen partner is in de onderhandelingen en dat de rol van het ministerie beperkt is tot het vaststellen van het budgettaire kader voor ProRail. Aangegeven is dat het BRG voorstel van de vervoerders een uitgangspunt vormt voor de onderhandelingen, maar dat de uiteindelijke overgangsregeling moet passen binnen het daarvoor gestelde budgettaire kader. Het budgettaire kader van € 31- € 33 mln. subsidie voor de periode 2007 tot en met 2011 ter dekking van de tussen ProRail en de vervoerders overeen te komen korting is gebaseerd op de overgangsregeling “Gestage Groei”, zoals vastgelegd in mijn brief aan de Tweede Kamer van 30 maart 2006. De overgangsregeling Gestage Groei is onder meer op basis van een analyse van de vraaguitval in relatie tot de financiële ffecten tot stand gekomen.
  • 3. Is het waar dat ProRail nu wil afwijken van eerder gemaakte afspraken en alsnog een forse tariefdifferentiatie naar gewicht wil invoeren? Kunt u uw antwoord toelichten?
    3. ProRail heeft in het kader van de onderhandelingen in november 2006 een bod voorgelegd aan de vervoerders. ProRail stelt hierin een gemiddeld tarief voor van 1,20 in 2007 gevolgd door een jaarlijkse stijging van de gemiddelde tarieven met 15%. ProRail hanteert daarbij een vergelijkbare systematiek als bij de strategie “Gestage Groei”, zijnde een ton- en treinkilometertarief met een korting van 100% boven een bepaalde tonnagegrens (“price cap”). Gelet op de Europese richtlijn moet ProRail de aan het gebruik gerelateerde kosten doorberekenen. Gewicht is hierbij een belangrijke component. Vergeleken met de maximumtarieven van het tariefvoorstel “Gestage Groei” vallen de tarieven voor zwaardere treinen hiermee lager uit in de eerdere jaren en hoger uit in latere jaren. Hiermee wordt tegemoet gekomen aan de wens van de vervoerders om een sterke tariefsprong in 2007 te voorkomen. Een consequentie hiervan is dat het tarief in de jaren daarna sneller stijgt om binnen het budgettaire kader te blijven. Door de vervoerders wordt gewezen op deze maximum tarieven in latere jaren. Het is aan de vervoerders en ProRail om verder te onderhandelen over de gedane voorstellen en hier gezamenlijk overeenstemming over te bereiken.
  • 4. Welke maatregelen gaat u nemen om ervoor te zorgen dat er alsnog een spoortax zal komen die aansluit bij de wensen die de Kamer in april 2006 kenbaar heeft gemaakt?
    4. In het VAO van 24 mei 2006 heb ik aangegeven mogelijkheden te zien om het voorstel voor de overgangsregeling “Gestage Groei” uit mijn brief van 30 maart 2006 verder te optimaliseren. De optimalisatie bestaat uit een verlaging van de tarieven in 2007 en een snellere stijging van tarieven in latere jaren. Hiermee komt ook de door de vervoerders gewenste tariefontwikkeling dichterbij. Voor de totale overgangsperiode is uitgaande van de verwachte volumes een budget van € 31-33 miljoen euro beschikbaar gesteld ((€ 10 miljoen ProRail, € 23 miljoen V&W).
    Vervoerders en ProRail zijn vervolgens onder toezicht van de NMa onderhandelingen gestart om de overgangsregeling binnen deze randvoorwaarden verder te optimaliseren. De overeengekomen gebruiksvergoeding moet op grond van artikel 62 lid 7 van de Spoorwegwet voldoen aan richtlijn 2001/14/EG. De NMA ziet hierop toe.
    Evenals de Kamer hecht ik er zeer aan dat de partijen overeenstemming bereiken over de gebruiksvergoedingstarieven 2007-2011. Ik heb daarom bij de partijen aangedrongen op het aanstellen van een mediator om de onderhandelingen vlot te trekken en de partijen nader tot elkaar te brengen. Ik heb daarbij aangegeven de kosten van een mediator voor mijn rekening te willen nemen. Vooralsnog ga ik ervan uit dat de partijen, eventueel met behulp van een mediator, hun verantwoordelijkheid nemen om de onderhandelingen tot een goed resultaat te brengen.

Hoogachtend,

DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
Karla Peijs

Achtergrondinformatie (verzorgd door de redactie van Infrasite)
NMa: onderhandelplicht ProRail gebruiksvergoeding

Kamervragen gebruiksvergoeding spoor 2007 t/m 2011
ProRail brengt Netverklaring 2007 uit
Constructief overleg gebruiksvergoeding spoor

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding