Vandaag verricht drs. T. de Bruijn, permanent vertegenwoordiger van Nederland bij de Europese Unie de officiële openingshandeling van het lobbykantoor in aanwezigheid van tal van regionale bestuurders zoals de burgemeesters van Maastricht, ’s-Hertogenbosch en Hengelo.

Lobbykantoor
Het lobbykantoor van de vier stedelijke netwerken bevindt zich op de tweede verdieping van het Huis der Nederlandse Provinciën (HNP) aan de Brusselse Aduatukersstraat. Vanuit dit pand werken ook de Nederlandse provincies en de vier grote steden, de G4. BrabantStad, de Stadsregio Arnhem Nijmegen (KAN), Netwerkstad Twente en Tripool Zuid-Limburg zijn al enkele jaren actief op Europees gebied. Vanuit het nieuwe lobbykantoor hopen zij de belangen van hun regio optimaal in Brussel te kunnen vertegenwoordigen, de Europese contacten verder uit te breiden en meer subsidies binnen te halen.

Financiering van concrete projecten
Al tien jaar krijgen de stedelijke netwerken geld uit de Europese Structuurfondsen. Door een korting op de afdrachten van Nederland aan de EU is er voor de komende periode minder geld beschikbaar voor de stedelijke netwerken. De ambities vragen echter om meer financiële ondersteuning. Die hopen de partijen te vinden bij andere EU-fondsen, bijvoorbeeld op het vlak van cultuur, transport en research.

Samenwerking met steden en regio’s
Het kantoor in Brussel is ook een uitstekende uitvalsbasis voor het bouwen aan nieuwe contacten en samenwerking met andere Europese steden en regio’s. De Nederlandse regio’s verwachten enorm veel te leren van andere Europese regio’s. Want sommige hebben een grote voorsprong, bijvoorbeeld op het gebied van infrastructuur en snelle verbindingen.

Ontmoetingsplaats
De deuren van het lobbykantoor staan wijd open voor bestuurders en topambtenaren uit de vier netwerken. Ook bedrijven, ondernemersverenigingen, kennisinstellingen et cetera zijn van harte welkom. De vier stedelijke netwerken zijn van plan regelmatig bijeenkomsten te organiseren rondom specifieke thema’s. Zo staat er onder andere een bijeenkomst over de acquisitie van internationale investeringen op het programma. En iedere twee maanden worden ambtenaren en projectleiders uit de diverse steden in Brussel uitgenodigd. Het kantoor wil zo uitgroeien tot logische en actieve uitvalsbasis om de afstand van de middelgrote steden tot Europa definitief te verkleinen.