Afspraken Mainportontwikkeling Rotterdam akkoord

Den Haag – De ministerraad heeft een besluit genomen over het pakket met afspraken voor het Project Mainportontwikkeling Rotterdam (PMR). In dit pakket zijn de afspraken opgenomen over de uitvoering en financiering van de drie deelprojecten van PMR: de landaanwinning (aanleg Tweede Maasvlakte) met bijbehorende natuurcompensatie, de aanleg van 750 hectare natuur- en recreatiegebied en een serie projecten onder de noemer ’Bestaand Rotterdams Gebied’ (BRG) om het ruimtegebruik beter te benutten en de leefomgeving in de Rotterdamse regio te verbeteren.

Met de gemeente Rotterdam, de stadsregio Rotterdam, het Havenbedrijf Rotterdam NV en de provincie Zuid-Holland is in uitwerkingsovereenkomsten vastgelegd, wie wat uitvoert en hoe de verantwoordelijkheden en risico’s zijn verdeeld. In het pakket zijn ook afspraken opgenomen over de deelneming van het Rijk in het Havenbedrijf per 1 januari 2006.

Het pakket wordt ter instemming aan de gemeenteraad van Rotterdam, Provinciale Staten van Zuid-Holland en de Tweede Kamer voorgelegd. Als deze instemmen met het pakket, zijn alle afspraken over de uitvoering rond. De uitvoering kan pas daadwerkelijk starten na herstel van de door de Raad van State geconstateerde gebreken in de Planologische Kernbeslissing Plus (PKB-plus). In november 2005 zijn de eerste resultaten van de onderzoeken, die in het kader van dat herstel worden uitgevoerd, beschikbaar.

Het kabinet stuurt de herstelde PKB-plus naar verwachting in september 2006 naar Tweede Kamer. Na parlementaire goedkeuring van de herstelde PKB-plus starten de activiteiten voor de deelprojecten BRG en 750 hectare en start de uitvoering van het deelproject natuurcompensatie. De aanleg van de Tweede Maasvlakte kan starten nadat de PKB-plus onherroepelijk is. Dit is naar verwachting begin 2008.

Uitwerkingsovereenkomsten
Centraal uitgangspunt van de afspraken in de uitwerkingsovereenkomsten is dat de verantwoordelijkheid voor de uitvoering ligt bij de partij die daartoe het beste in staat is. Hieruit volgt dat het Rijk verantwoordelijk is voor de planologische en politieke randvoorwaarden en bovendien een grote financiële bijdrage levert. De verantwoordelijkheid voor de Landaanwinning (Tweede Maasvlakte), de 750 hectare en BRG liggen respectievelijk bij het Havenbedrijf Rotterdam, de provincie Zuid-Holland en de gemeente Rotterdam. De natuurcompensatie die gekoppeld is aan de Landaanwinning wordt door het Rijk uitgevoerd en gefinancierd.

Het kabinet heeft ervoor gekozen om de deelneming van het Rijk in het Havenbedrijf Rotterdam in twee stappen te laten verlopen. Per 1 januari 2006 wordt het Rijk aandeelhouder voor een bedrag van 50 miljoen euro met een stemrecht van 25 procent. Na een onherroepelijke PKB-Plus en een onomkeerbaar besluit over de aanleg van de Tweede Maasvlakte verhoogt het Rijk het bedrag naar 500 miljoen euro en neemt het aandelenbelang toe tot 33,3 procent. Het kabinet heeft dit besluit genomen na een uitvoerig onderzoek naar de financiële positie van het Havenbedrijf Rotterdam. Naar aanleiding hiervan is onder andere afgesproken dat het Rijk geen financieel risico loopt in verband met de afwikkeling van de RDM-affaire.

Bijdragen Rijk en regio
De kosten van het totale project zijn ruim 3,6 miljard euro. Zoals eerder overeengekomen in het Bestuursakkoord van 25 juni 2004 stelt het Rijk voor de aanleg van de Tweede Maasvlakte in totaal 726 miljoen euro beschikbaar. Dit wordt verspreid over 2011 en 2012 uitgekeerd. De overige investeringen, van ruim 2 miljard euro komen van het Havenbedrijf.

Voor de aanleg van 750 hectare natuur- en recreatiegebied in de Rotterdamse regio stelt het Rijk 139 miljoen euro beschikbaar. De provincie Zuid-Holland, de stadsregio Rotterdam en de gemeente Rotterdam dragen samen 36 miljoen euro bij.

Voor de verbetering van de leefbaarheid door maatregelen in Bestaand Rotterdams Gebied is 165 miljoen euro geraamd. Het Rijk draagt hieraan bij via bestaande subsidieregelingen en een extra bijdrage van maximaal 32 miljoen euro. De gemeente Rotterdam, Havenbedrijf Rotterdam, de provincie Zuid Holland en de stadsregio Rotterdam investeren hierin samen 48 miljoen euro. Projecten om het havengebied beter te benutten, gericht op 200 hectare ruimtewinst, kosten maximaal 176 miljoen euro. Deze projecten worden gefinancierd door het Havenbedrijf Rotterdam.

Het kabinet hecht grote waarde aan de totstandkoming van PMR. De aanleg van de Tweede Maasvlakte is van grote betekenis voor de versterking van de internationale concurrentiepositie en voor de toekomst van de Rotterdamse haven. Daarmee levert het project een belangrijke bijdrage aan de economische structuur van Nederland.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding

Auteur: Redactie Infrasite

Bron: Persbericht Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Afspraken Mainportontwikkeling Rotterdam akkoord | Infrasite

Afspraken Mainportontwikkeling Rotterdam akkoord

Den Haag – De ministerraad heeft een besluit genomen over het pakket met afspraken voor het Project Mainportontwikkeling Rotterdam (PMR). In dit pakket zijn de afspraken opgenomen over de uitvoering en financiering van de drie deelprojecten van PMR: de landaanwinning (aanleg Tweede Maasvlakte) met bijbehorende natuurcompensatie, de aanleg van 750 hectare natuur- en recreatiegebied en een serie projecten onder de noemer ’Bestaand Rotterdams Gebied’ (BRG) om het ruimtegebruik beter te benutten en de leefomgeving in de Rotterdamse regio te verbeteren.

Met de gemeente Rotterdam, de stadsregio Rotterdam, het Havenbedrijf Rotterdam NV en de provincie Zuid-Holland is in uitwerkingsovereenkomsten vastgelegd, wie wat uitvoert en hoe de verantwoordelijkheden en risico’s zijn verdeeld. In het pakket zijn ook afspraken opgenomen over de deelneming van het Rijk in het Havenbedrijf per 1 januari 2006.

Het pakket wordt ter instemming aan de gemeenteraad van Rotterdam, Provinciale Staten van Zuid-Holland en de Tweede Kamer voorgelegd. Als deze instemmen met het pakket, zijn alle afspraken over de uitvoering rond. De uitvoering kan pas daadwerkelijk starten na herstel van de door de Raad van State geconstateerde gebreken in de Planologische Kernbeslissing Plus (PKB-plus). In november 2005 zijn de eerste resultaten van de onderzoeken, die in het kader van dat herstel worden uitgevoerd, beschikbaar.

Het kabinet stuurt de herstelde PKB-plus naar verwachting in september 2006 naar Tweede Kamer. Na parlementaire goedkeuring van de herstelde PKB-plus starten de activiteiten voor de deelprojecten BRG en 750 hectare en start de uitvoering van het deelproject natuurcompensatie. De aanleg van de Tweede Maasvlakte kan starten nadat de PKB-plus onherroepelijk is. Dit is naar verwachting begin 2008.

Uitwerkingsovereenkomsten
Centraal uitgangspunt van de afspraken in de uitwerkingsovereenkomsten is dat de verantwoordelijkheid voor de uitvoering ligt bij de partij die daartoe het beste in staat is. Hieruit volgt dat het Rijk verantwoordelijk is voor de planologische en politieke randvoorwaarden en bovendien een grote financiële bijdrage levert. De verantwoordelijkheid voor de Landaanwinning (Tweede Maasvlakte), de 750 hectare en BRG liggen respectievelijk bij het Havenbedrijf Rotterdam, de provincie Zuid-Holland en de gemeente Rotterdam. De natuurcompensatie die gekoppeld is aan de Landaanwinning wordt door het Rijk uitgevoerd en gefinancierd.

Het kabinet heeft ervoor gekozen om de deelneming van het Rijk in het Havenbedrijf Rotterdam in twee stappen te laten verlopen. Per 1 januari 2006 wordt het Rijk aandeelhouder voor een bedrag van 50 miljoen euro met een stemrecht van 25 procent. Na een onherroepelijke PKB-Plus en een onomkeerbaar besluit over de aanleg van de Tweede Maasvlakte verhoogt het Rijk het bedrag naar 500 miljoen euro en neemt het aandelenbelang toe tot 33,3 procent. Het kabinet heeft dit besluit genomen na een uitvoerig onderzoek naar de financiële positie van het Havenbedrijf Rotterdam. Naar aanleiding hiervan is onder andere afgesproken dat het Rijk geen financieel risico loopt in verband met de afwikkeling van de RDM-affaire.

Bijdragen Rijk en regio
De kosten van het totale project zijn ruim 3,6 miljard euro. Zoals eerder overeengekomen in het Bestuursakkoord van 25 juni 2004 stelt het Rijk voor de aanleg van de Tweede Maasvlakte in totaal 726 miljoen euro beschikbaar. Dit wordt verspreid over 2011 en 2012 uitgekeerd. De overige investeringen, van ruim 2 miljard euro komen van het Havenbedrijf.

Voor de aanleg van 750 hectare natuur- en recreatiegebied in de Rotterdamse regio stelt het Rijk 139 miljoen euro beschikbaar. De provincie Zuid-Holland, de stadsregio Rotterdam en de gemeente Rotterdam dragen samen 36 miljoen euro bij.

Voor de verbetering van de leefbaarheid door maatregelen in Bestaand Rotterdams Gebied is 165 miljoen euro geraamd. Het Rijk draagt hieraan bij via bestaande subsidieregelingen en een extra bijdrage van maximaal 32 miljoen euro. De gemeente Rotterdam, Havenbedrijf Rotterdam, de provincie Zuid Holland en de stadsregio Rotterdam investeren hierin samen 48 miljoen euro. Projecten om het havengebied beter te benutten, gericht op 200 hectare ruimtewinst, kosten maximaal 176 miljoen euro. Deze projecten worden gefinancierd door het Havenbedrijf Rotterdam.

Het kabinet hecht grote waarde aan de totstandkoming van PMR. De aanleg van de Tweede Maasvlakte is van grote betekenis voor de versterking van de internationale concurrentiepositie en voor de toekomst van de Rotterdamse haven. Daarmee levert het project een belangrijke bijdrage aan de economische structuur van Nederland.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding

Auteur: Redactie Infrasite

Bron: Persbericht Ministerie van Verkeer en Waterstaat