Gouda – Het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid (EIB) verwacht dat de bouw in 2005 uit het dal klimt en houdt rekening met een toename van de bouwproductie met 2 procent. Bouwend Nederland waarschuwt voor een al te groot optimisme: voor veel bedrijven wordt het erop of eronder dit jaar. Dit meldt Bouwend Nederland Podium, het tweewekelijks periodiek van de vereniging van bouw- en infrabedrijven dat op 28 januari 2005 is verschenen.

Bouwend Nederland is blij met de gematigde positieve prognose over de economische ontwikkeling in de bouw. Voor de woning- en utiliteitsbouw houdt EIB rekening met een productietoename van 3 procent. De productie van de gww-sector stijgt minder vanwege uitblijvende investeringen in de infrastructuur. Wel komt er meer aandacht voor onderhoud. De werkgelegenheid stijgt in 2005 naar 458.000 arbeidsplaatsen.

Bouwend Nederland-voorzitter Brinkman wijst op de bedreigingen die op de bouw af komen in 2005. “Met name de gww-sector baart zorgen. Veel bedrijven beconcurreren elkaar letterlijk kapot door bij aanbestedingen onder de kostprijs te gaan zitten. Het motto ”werk is belangrijker dan omzet” houdt niemand lang vol. Op een bepaald moment komt de continuïteit van de onderneming toch in het geding.” Om te overleven, maken steeds meer bedrijven gebruik van inleenkrachten. Bouwbedrijven die werken in het grensgebied met Duitsland hebben in toenemende mate last van concurrentie van over de grens. En bouwers worden geconfronteerd met een snel veranderende samenleving. Brinkman: “De wereld verandert. Zaken als integriteit, kwaliteit en klantgerichtheid worden steeds belangrijker. De bouw zal op deze behoefte moeten inspelen.” Dan is er nog de afwikkeling van de bouwaffaire. De boetes van de NMa en juridische stappen van het OM zal voor sommige bedrijven een behoorlijke belasting opleveren. “We moeten onszelf niet rijk rekenen” waarschuwt Brinkman. “Zeker niet op basis van al het werk dat door de overheid in het vooruitzicht wordt gesteld. Minister Dekker roept weliswaar dat er meer gebouwd moet worden en dat er meer moet worden geïnvesteerd, maar daar merkt de bouw in de praktijk nog bar weinig van. Het is te hopen dat na een lange periode van nota”s schrijven en beleid discussiëren, nu eens concreet met de uitvoering van al die plannen wordt begonnen.”