Nederland heeft voorlopig genoeg elektriciteit beschikbaar

Foto: Ivo Ketelaar
  • Binnenlands aanbod (productie) van elektriciteit kan binnenlandse vraag ruimschoots dekken
  • TenneT’s groeiende importcapaciteit kan eventueel tekort aan zelfvoorzienend elektriciteitsproductievermogen na 2021 opheffen
  • Markt terughoudend met investeringen in thermische elektriciteitsproductie
  • Vooral gasgestookte centrales verder onder druk

Nederland heeft de komende zeven jaar ruim voldoende productievermogen van elektriciteit om te kunnen voldoen aan de binnenlandse vraag naar elektriciteit. Voor de lange(re) termijn ziet TenneT een aantal onzekerheden op de elektriciteitsmarkt. Dat blijkt uit het jaarlijkse Rapport Monitoring Leveringszekerheid1 dat hoogspanningsnetbeheerder TenneT vandaag heeft gepubliceerd.

Hoewel de vraag naar elektriciteit de afgelopen jaren gestaag daalde, valt op basis van CPB-prognoses van de economische groei (0,75 procent in 2014) te verwachten dat die vraag weer iets zal toenemen. Het binnenlandse aanbod van elektriciteit, het opgestelde operationele productievermogen, is op dit moment circa 28,7 GW. Dit bestaat voor ruim 25 GW uit thermisch productievermogen (kern-, kolen-, gas- en biomassacentrales) en voor 3,4 GW uit wind- en zonne-energie. Daarnaast staat er nog voor 2,7 GW aan vermogen geconserveerd; in de mottenballen.

Energieproducenten hebben productievermogen uit bedrijf genomen en gaan dat de komende jaren ook doen, zowel definitief (amovering) als ter conservering (mothballing). Ook zijn er nieuwbouwplannen geannuleerd. Maar, omdat de nieuwbouw van productievermogen (9,4 GW) in de afgelopen jaren dit vooralsnog compenseert, levert dit de komende jaren geen problemen op om aan de binnenlandse vraag te kunnen voldoen.

Ontwikkelingen van 2015-2021

Begin 2014 werd er circa 1,6 GW nieuw kolenvermogen in bedrijf genomen. Dit vermogen wordt in de beoordeling van de leveringszekerheid meegenomen in kalenderjaar 2015. Daarboven zijn er in de periode tot 2021 nieuwbouwplannen van thermisch vermogen gepland ter grootte van 1 GW, waarvan 0,3 GW in kleinschalige projecten. Bij investeringen in nieuw opwekvermogen is er sprake van vervanging van oud vermogen, sanering naar kleiner vermogen of concentratie van warmtekrachtkoppeling (wkk) vermogen in geclusterde bedrijven in de tuinbouwsector.

Als gevolg van het Energieakkoord van september 2013 vindt in Nederland een uitfasering plaats van de technisch minst efficiënte eenheden met een totale capaciteit van 2,66 GW. Daarnaast zijn elektriciteitsproducenten voornemens om 0,7 GW te conserveren (mothballing) en circa 0,6 GW te amoveren (sluiten) in de periode 2014 tot en met 2020. Na 2020 wordt nog eens 2,9 GW voor conservering aangemerkt.

Verhoging TenneT’s import- (en export) capaciteit zorgt voor extra zekerheid

Het mogelijk toekomstige tekort aan productiecapaciteit in Nederland ten opzichte van de te verwachten binnenlandse vraag naar elektriciteit wordt door TenneT’s investeringen in verbindingen met het buitenland (interconnectoren) te niet gedaan of in grote mate gedempt.

De huidige interconnectiecapaciteit (import en/of export) bedraagt 5.970 MW (5.670 MW plus 300 MW aan intra-day capaciteit). Dit zal de komende jaren groeien naar een totaal van 8.670 MW, een toename van 45 procent. Het gaat daarbij om uitbreiding van de capaciteit met 500 MW van de verbinding tussen Meeden (NL) en Diele (D), een nieuwe interconnector van 1.500 MW tussen Doetinchem (NL) en Wesel (D) en een nieuwe zeekabel (COBRA-kabel) van 700 MW tussen Nederland en Denemarken.

Duurzame energie

Op basis van het Energie akkoord en de Structuurvisie Wind op Land wordt in deze monitoring rekening gehouden met 4,5 GW operationeel windvermogen op zee in 2023 en 6 GW wind op land in 2020. Op basis van het Nationaal Actieplan Zonnestroom gaat TenneT uit van 4 GW geïnstalleerd PV-vermogen in 2020.

Markt afwachtend met investeringen. Gascentrales verder onder druk

De voorgenomen investeringen in grote hoeveelheden gesubsidieerde, duurzame elektriciteitsproductiemiddelen, de slechte marktpositie voor gascentrales, de overcapaciteit in Nederland en de ontwikkeling van capaciteitsmarkten in België, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk zorgen voor grote onzekerheid als het om investeringen in thermisch vermogen gaat. Daarmee is er geen zekerheid of, en op welk moment, de bestaande nog resterende plannen voor nieuw thermisch vermogen zullen worden gerealiseerd. Het zou kunnen dat de komende jaren meer vermogen definitief wordt stilgelegd of in de mottenballen wordt gezet. Door de toename van duurzaam productievermogen op de Noordwest-Europese energiemarkt neemt de bedrijfstijd van bestaand productievermogen – vooral gasgestookt – af en zorgt voor afname van het rendement van gascentrales.

Veel onzekerheden voor lange termijn voorspelling

Hoewel voor een nog verdere blik in de toekomst, het jaar 2029, slechts een indicatie kan worden geven, blijkt dat er dan mogelijk een beperkt vermogenstekort ontstaat om aan de binnenlandse vraag naar elektriciteit te voldoen. Hierbij moet dus wel worden opgemerkt dat zo ver vooruit kijken een grote mate van onzekerheid met zich mee brengt als het gaat om voornemens van energieproducenten om vermogen uit bedrijf te nemen. Ook is het zeer moeilijk om nu al vast te stellen hoe de vraag naar elektriciteit er dan uit zal zien door bijvoorbeeld een grote toename van elektrisch rijden, gebruik van warmtepompen, de staat van de economie of het succes van energiebesparende maatregelen.

Het Rapport Monitoring Leveringszekerheid is hier te downloaden.

1 Doel van de monitoring is om inzicht te geven in de verwachte ontwikkeling van het binnenlandse aanbod ten opzichte van de binnenlandse vraag naar elektriciteit voor de periode van 7 jaren vooruit. Onderzocht wordt de mate waarin het binnenlandse beschikbare vermogen de binnenlandse vraag kan dekken. In de EU-Richtlijn 2005/89/EG wordt voorgeschreven dat de zichtperiode wordt uitgebreid tot 15 jaren vooruit. Daarom is in paragraaf 4.8 van het rapport een vooruitzicht op de mogelijke situatie van 2029 weergegeven.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding

Onderwerpen:

Auteur: Redactie Infrasite

Bron: Tennet Transmission System Operator BV

Nederland heeft voorlopig genoeg elektriciteit beschikbaar | Infrasite

Nederland heeft voorlopig genoeg elektriciteit beschikbaar

Foto: Ivo Ketelaar
  • Binnenlands aanbod (productie) van elektriciteit kan binnenlandse vraag ruimschoots dekken
  • TenneT’s groeiende importcapaciteit kan eventueel tekort aan zelfvoorzienend elektriciteitsproductievermogen na 2021 opheffen
  • Markt terughoudend met investeringen in thermische elektriciteitsproductie
  • Vooral gasgestookte centrales verder onder druk

Nederland heeft de komende zeven jaar ruim voldoende productievermogen van elektriciteit om te kunnen voldoen aan de binnenlandse vraag naar elektriciteit. Voor de lange(re) termijn ziet TenneT een aantal onzekerheden op de elektriciteitsmarkt. Dat blijkt uit het jaarlijkse Rapport Monitoring Leveringszekerheid1 dat hoogspanningsnetbeheerder TenneT vandaag heeft gepubliceerd.

Hoewel de vraag naar elektriciteit de afgelopen jaren gestaag daalde, valt op basis van CPB-prognoses van de economische groei (0,75 procent in 2014) te verwachten dat die vraag weer iets zal toenemen. Het binnenlandse aanbod van elektriciteit, het opgestelde operationele productievermogen, is op dit moment circa 28,7 GW. Dit bestaat voor ruim 25 GW uit thermisch productievermogen (kern-, kolen-, gas- en biomassacentrales) en voor 3,4 GW uit wind- en zonne-energie. Daarnaast staat er nog voor 2,7 GW aan vermogen geconserveerd; in de mottenballen.

Energieproducenten hebben productievermogen uit bedrijf genomen en gaan dat de komende jaren ook doen, zowel definitief (amovering) als ter conservering (mothballing). Ook zijn er nieuwbouwplannen geannuleerd. Maar, omdat de nieuwbouw van productievermogen (9,4 GW) in de afgelopen jaren dit vooralsnog compenseert, levert dit de komende jaren geen problemen op om aan de binnenlandse vraag te kunnen voldoen.

Ontwikkelingen van 2015-2021

Begin 2014 werd er circa 1,6 GW nieuw kolenvermogen in bedrijf genomen. Dit vermogen wordt in de beoordeling van de leveringszekerheid meegenomen in kalenderjaar 2015. Daarboven zijn er in de periode tot 2021 nieuwbouwplannen van thermisch vermogen gepland ter grootte van 1 GW, waarvan 0,3 GW in kleinschalige projecten. Bij investeringen in nieuw opwekvermogen is er sprake van vervanging van oud vermogen, sanering naar kleiner vermogen of concentratie van warmtekrachtkoppeling (wkk) vermogen in geclusterde bedrijven in de tuinbouwsector.

Als gevolg van het Energieakkoord van september 2013 vindt in Nederland een uitfasering plaats van de technisch minst efficiënte eenheden met een totale capaciteit van 2,66 GW. Daarnaast zijn elektriciteitsproducenten voornemens om 0,7 GW te conserveren (mothballing) en circa 0,6 GW te amoveren (sluiten) in de periode 2014 tot en met 2020. Na 2020 wordt nog eens 2,9 GW voor conservering aangemerkt.

Verhoging TenneT’s import- (en export) capaciteit zorgt voor extra zekerheid

Het mogelijk toekomstige tekort aan productiecapaciteit in Nederland ten opzichte van de te verwachten binnenlandse vraag naar elektriciteit wordt door TenneT’s investeringen in verbindingen met het buitenland (interconnectoren) te niet gedaan of in grote mate gedempt.

De huidige interconnectiecapaciteit (import en/of export) bedraagt 5.970 MW (5.670 MW plus 300 MW aan intra-day capaciteit). Dit zal de komende jaren groeien naar een totaal van 8.670 MW, een toename van 45 procent. Het gaat daarbij om uitbreiding van de capaciteit met 500 MW van de verbinding tussen Meeden (NL) en Diele (D), een nieuwe interconnector van 1.500 MW tussen Doetinchem (NL) en Wesel (D) en een nieuwe zeekabel (COBRA-kabel) van 700 MW tussen Nederland en Denemarken.

Duurzame energie

Op basis van het Energie akkoord en de Structuurvisie Wind op Land wordt in deze monitoring rekening gehouden met 4,5 GW operationeel windvermogen op zee in 2023 en 6 GW wind op land in 2020. Op basis van het Nationaal Actieplan Zonnestroom gaat TenneT uit van 4 GW geïnstalleerd PV-vermogen in 2020.

Markt afwachtend met investeringen. Gascentrales verder onder druk

De voorgenomen investeringen in grote hoeveelheden gesubsidieerde, duurzame elektriciteitsproductiemiddelen, de slechte marktpositie voor gascentrales, de overcapaciteit in Nederland en de ontwikkeling van capaciteitsmarkten in België, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk zorgen voor grote onzekerheid als het om investeringen in thermisch vermogen gaat. Daarmee is er geen zekerheid of, en op welk moment, de bestaande nog resterende plannen voor nieuw thermisch vermogen zullen worden gerealiseerd. Het zou kunnen dat de komende jaren meer vermogen definitief wordt stilgelegd of in de mottenballen wordt gezet. Door de toename van duurzaam productievermogen op de Noordwest-Europese energiemarkt neemt de bedrijfstijd van bestaand productievermogen – vooral gasgestookt – af en zorgt voor afname van het rendement van gascentrales.

Veel onzekerheden voor lange termijn voorspelling

Hoewel voor een nog verdere blik in de toekomst, het jaar 2029, slechts een indicatie kan worden geven, blijkt dat er dan mogelijk een beperkt vermogenstekort ontstaat om aan de binnenlandse vraag naar elektriciteit te voldoen. Hierbij moet dus wel worden opgemerkt dat zo ver vooruit kijken een grote mate van onzekerheid met zich mee brengt als het gaat om voornemens van energieproducenten om vermogen uit bedrijf te nemen. Ook is het zeer moeilijk om nu al vast te stellen hoe de vraag naar elektriciteit er dan uit zal zien door bijvoorbeeld een grote toename van elektrisch rijden, gebruik van warmtepompen, de staat van de economie of het succes van energiebesparende maatregelen.

Het Rapport Monitoring Leveringszekerheid is hier te downloaden.

1 Doel van de monitoring is om inzicht te geven in de verwachte ontwikkeling van het binnenlandse aanbod ten opzichte van de binnenlandse vraag naar elektriciteit voor de periode van 7 jaren vooruit. Onderzocht wordt de mate waarin het binnenlandse beschikbare vermogen de binnenlandse vraag kan dekken. In de EU-Richtlijn 2005/89/EG wordt voorgeschreven dat de zichtperiode wordt uitgebreid tot 15 jaren vooruit. Daarom is in paragraaf 4.8 van het rapport een vooruitzicht op de mogelijke situatie van 2029 weergegeven.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding

Onderwerpen:

Auteur: Redactie Infrasite

Bron: Tennet Transmission System Operator BV