EIB Bouwconjunctuur maart 2006

Amsterdam – De omvang van de orderportefeuille is gegroeid, het oordeel over deze omvang is positief en de verwachtingen omtrent prijsherstel en werkgelegenheid zijn eveneens positief. Een dissonant in het positieve beeld vormde in maart wel het aanhoudende winterweer. Een kwart van de bedrijven ondervond hier hinder van. Het sterkst speelde dit in de grond-, water- en wegenbouw, waar ruim 30 % van de bedrijven hinder van het extreme weer ondervond.

Dit constateert het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid in de conjunctuurmeting over de maand maart 2006.

De omvang van de orderportefeuille in de gww is met 0,2 maand toegenomen tot 5,4 maanden. Dit wordt veroorzaakt door een groei van de orderportefeuille in zowel de wegenbouw als de grond- en waterbouw met 0,2 maand.

De orderportefeuille in de b&u is eind maart 2006 gelijk gebleven aan het niveau van een maand eerder; 8,0 maanden. Ook de omvang van de orderportefeuille in de bouwnijverheid als totaal bleef in maart stabiel ten opzichte van vorige maand; 7,5 maanden.

Per saldo geeft een kleine meerderheid van de bedrijven aan, dat zij het onderhanden werk als groot beoordelen. Voor de gww geldt dit echter niet; in deze sector vindt juist een meerderheid van de bedrijven de werkvoorraad klein voor de tijd van het jaar. Toch verwacht in de gww 23% een uitbreiding van het aantal personeelsleden tegenover 1% dat aan een inkrimping denkt. Een maand geleden verwachtten nog evenveel gww-bedrijven in omvang toe te nemen als in omvang af te nemen. Dit kwam vooral doordat een meerderheid van de bedrijven in de grond- en waterbouw een inkrimping van het personeelsbestand verwachtte; eind maart 2006 waren de verwachtingen voor de ontwikkeling van het personeelsbestand echter ook in deze subsector per saldo postitief. In de b&u verwacht 19% van de bouwbedrijven dat het aantal personeelsleden de komende maanden zal groeien terwijl 3% verwacht dat het aantal personeelsleden zal afnemen.

Van de bedrijven in de gww verwacht 45% de komende maanden een prijsstijging tegenover 1% dat verwacht dat de prijzen zullen dalen. In de wegenbouw verwacht zelfs meer dan de helft van de bedrijven (56%) dat de prijzen de komende maanden zullen stijgen. In de b&u denkt 31% van de bedrijven aan een stijging van de afzetprijzen; geen enkel bedrijf in deze sector verwacht een prijsdaling.

Deze gegevens blijken uit de conjunctuurmeting in de bouwnijverheid van maart 2006 van het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid. Deze meting wordt uitgevoerd in opdracht van de Europese Commissie. Aan de conjunctuurmeting verlenen ruim 400 hoofdaannemingsbedrijven met meer dan tien personeelsleden hun medewerking.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding

EIB Bouwconjunctuur maart 2006 | Infrasite

EIB Bouwconjunctuur maart 2006

Amsterdam – De omvang van de orderportefeuille is gegroeid, het oordeel over deze omvang is positief en de verwachtingen omtrent prijsherstel en werkgelegenheid zijn eveneens positief. Een dissonant in het positieve beeld vormde in maart wel het aanhoudende winterweer. Een kwart van de bedrijven ondervond hier hinder van. Het sterkst speelde dit in de grond-, water- en wegenbouw, waar ruim 30 % van de bedrijven hinder van het extreme weer ondervond.

Dit constateert het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid in de conjunctuurmeting over de maand maart 2006.

De omvang van de orderportefeuille in de gww is met 0,2 maand toegenomen tot 5,4 maanden. Dit wordt veroorzaakt door een groei van de orderportefeuille in zowel de wegenbouw als de grond- en waterbouw met 0,2 maand.

De orderportefeuille in de b&u is eind maart 2006 gelijk gebleven aan het niveau van een maand eerder; 8,0 maanden. Ook de omvang van de orderportefeuille in de bouwnijverheid als totaal bleef in maart stabiel ten opzichte van vorige maand; 7,5 maanden.

Per saldo geeft een kleine meerderheid van de bedrijven aan, dat zij het onderhanden werk als groot beoordelen. Voor de gww geldt dit echter niet; in deze sector vindt juist een meerderheid van de bedrijven de werkvoorraad klein voor de tijd van het jaar. Toch verwacht in de gww 23% een uitbreiding van het aantal personeelsleden tegenover 1% dat aan een inkrimping denkt. Een maand geleden verwachtten nog evenveel gww-bedrijven in omvang toe te nemen als in omvang af te nemen. Dit kwam vooral doordat een meerderheid van de bedrijven in de grond- en waterbouw een inkrimping van het personeelsbestand verwachtte; eind maart 2006 waren de verwachtingen voor de ontwikkeling van het personeelsbestand echter ook in deze subsector per saldo postitief. In de b&u verwacht 19% van de bouwbedrijven dat het aantal personeelsleden de komende maanden zal groeien terwijl 3% verwacht dat het aantal personeelsleden zal afnemen.

Van de bedrijven in de gww verwacht 45% de komende maanden een prijsstijging tegenover 1% dat verwacht dat de prijzen zullen dalen. In de wegenbouw verwacht zelfs meer dan de helft van de bedrijven (56%) dat de prijzen de komende maanden zullen stijgen. In de b&u denkt 31% van de bedrijven aan een stijging van de afzetprijzen; geen enkel bedrijf in deze sector verwacht een prijsdaling.

Deze gegevens blijken uit de conjunctuurmeting in de bouwnijverheid van maart 2006 van het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid. Deze meting wordt uitgevoerd in opdracht van de Europese Commissie. Aan de conjunctuurmeting verlenen ruim 400 hoofdaannemingsbedrijven met meer dan tien personeelsleden hun medewerking.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding