In het voorjaar van 2018 stelde de minister Van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat het voorkeursalternatief vast voor de krib- en oeververlaging van het Pannerdensch Kanaal.

Hierin is vastgelegd dat in het Kanaal tussen Pannerdensche Kop en de tunnel van de Betuweroute 38 kribben en 5 oevers worden verlaagd met als doel om in hoogwatersituaties 5 centimeter waterstandsdaling te realiseren.

Planuitwerking krib- en oeververlaging van het Pannerdensch Kanaal

De volgende stap is om het voorkeursalternatief krib- en oeververlaging van het Pannerdensch Kanaal verder uit te werken tot een concreet en vergunbaar plan. Deze planuitwerking is gestart met een aanbestedingsprocedure om een marktpartij te contracteren. De geselecteerde marktpartij neemt zowel de procedurele voorbereiding als de feitelijke realisatie ter hand. Door deze vroegtijdige samenwerking kan de geselecteerde marktpartij bij de voorbereiding van de plannen gelijk rekening houden met praktische zaken zoals werkvolgorde en tijdelijke opslag van grond en materiaal. Bovendien kan na vaststelling van het definitieve plan de uitvoering ervan direct worden voorbereid.

Onderzoek Pannerdensch Kanaal

In de komende fase is veel onderzoek nodig, onder andere naar de bodemopbouw van de kribben en oevers, effecten op het gedrag van de rivier (stroming) en effecten op natuur. Ook worden vergunningen voorbereid en ter inzage gelegd.

Naar verwachting is in het voorjaar van 2019 bekend welke markpartij het project verder uitwerkt en realiseert. Vanaf dat moment gaat het projectteam weer in gesprek met medeoverheden, bewoners en belanghebbenden. De benodigde vergunningen liggen naar verwachting eind 2020 ter inzage. In 2021 start de realisatiefase, waarbij minimalisering van hinder voor de omgeving centraal staat. De oplevering is gepland in 2023.