TenneT intensiveert investeringen voor energietransitie

Foto: Ivo Ketelaar

TenneT versnelt de realisatie van grootschalige, duurzame hoogspanningsprojecten op Nederlandse Noordzee en Duitse vasteland.

Eerste helft van 2018 is EUR 904 miljoen (eerste halfjaar 2017: EUR 750 miljoen) geïnvesteerd in Nederlandse en Duitse hoogspanningsnetten.

Onderliggend bedrijfsresultaat (EBIT) gedaald van EUR 478 miljoen (eerste halfjaar 2017) naar EUR 362 miljoen in het eerste halfjaar van 2018.

Uitgifte van EUR 1,25 miljard (2017: EUR 2 miljard) aan ‘groene’ obligaties.

TenneT heeft in het eerste halfjaar van 2018 opnieuw belangrijke stappen gezet in het mogelijk maken van de energietransitie in Nederland en Duitsland. Zo ontwikkelt TenneT in Nederland in hoog tempo een net op zee, waarmee naar verwachting in 2030 in totaal 11,5 gigawatt (GW)1) aan offshore windenergie wordt aangesloten op TenneT’s hoogspanningsnet aan land. Daarnaast is TenneT bezig met het realiseren van onshore-projecten om het transport van duurzame opgewekte elektriciteit te waarborgen. In Duitsland bereidt TenneT aanbestedingsprocedures voor de projecten SuedLink (700 km) en SuedOstLink2) (580 km) voor. Deze ondergronds aan te leggen gelijkstroomsnelwegen zullen een gezamenlijke capaciteit van 6 GW krijgen, vergelijkbaar met zes kerncentrales. Vanaf circa 2025 zullen deze kabelverbindingen grote hoeveelheden duurzame windenergie vanuit het noorden gaan transporteren naar de grote verbruikscentra in het zuiden van het land.

1) 3,5 GW volgend uit het Energieakkoord voor Duurzame Groei (2013) en 7 GW volgend uit de Routekaart Wind op Zee 2024-2030 (2018).

2) SuedLink wordt ontwikkeld door TenneT en TransnetBW, SuedOstLink door TenneT en 50Hertz.

Mel Kroon, CEO van TenneT: ‘De energietransitie bevindt zich, nu ook in Nederland, in een stroomversnelling. De achterstand van Nederland ten opzichte van Duitsland zal naar verwachting snel worden ingelopen. Er ontstaat daarmee een nieuwe situatie waarin TenneT, marktpartijen en eindgebruikers van elektriciteit om zullen moeten gaan met grotere, weersafhankelijke productie van wind- en zonne-energie. Dit betekent niet alleen het bouwen van nieuwe infrastructuur, zoals aansluitingen voor vele windparken op zee en grote verbindingen op land, maar ook het ontwikkelen van innovatieve hard- en softwaresystemen die het variabele aanbod van groene stroom direct afstemmen op de vraag. Met haar centrale positie in de energietransitie én in samenwerking met al haar belanghebbenden staat TenneT voor een fantastische uitdaging.’

Onderliggend bedrijfsresultaat

De onderliggende omzet is in het eerste half jaar van 2018 met EUR 1.966 gelijk gebleven aan de omzet in het eerste half jaar van 2017. Hogere compensatie voor feed-in management kosten (kosten die worden gemaakt om overaanbod van elektriciteit op het net te voorkomen) werden gedeeltelijk gecompenseerd door lagere vergoedingen voor de offshore exploitatiekosten in Duitsland. De afgenomen EBITA in 2018 (EUR 699 miljoen) ten opzichte van 2017 (EUR 796 miljoen) is voornamelijk veroorzaakt door gewijzigde regulering in Nederland. Met het oog op het handhaven van de balans binnen het transportsysteem sluit TenneT contracten af met elektriciteitsleveranciers om in reservevermogen te voorzien. De methode voor de gereguleerde vergoeding van deze zogeheten ‘systeemdiensten’ is in 2017 veranderd van een doorbelastingssysteem naar een systeem op budgetbasis. Door een toename van de benodigde volumes en hogere prijzen overschreden de werkelijke kosten het bedrag dat TenneT in de eerste helft van 2018 via de tarieven (en dus inkomsten) mocht doorberekenen. Gebaseerd op de praktijk in het verleden zal het gereguleerde budget voor 2020 voor dit soort uitgaven worden gebaseerd op de werkelijke kosten die in 2018 zijn gemaakt.

TenneT heeft met succes hoger beroep aangetekend tegen de wijziging in de methode voor de gereguleerde vergoeding van systeemdiensten vanaf 2017. Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven (CBb) heeft op 24 juli een besluit gepubliceerd met betrekking tot het beroep van TenneT. Op een groot aantal belangrijke punten oordeelde het CBb in het voordeel van TenneT, wat betekent dat de Nederlandse toezichthouder ACM de gevolgen van deze uitspraak zal moeten vertalen in de huidige systematiek voor vergoedingen.

Financiering

TenneT gaf in maart opnieuw een groene obligatielening in twee tranches uit van in totaal EUR 1,25 miljard. Deze obligatielening zal worden gebruikt voor investeringen in het transport van duurzame elektriciteit van windparken op zee naar het elektriciteitsnet aan land. Voor het eerst zijn ook twee Nederlandse offshore-projecten (Borssele Alpha en Borssele Beta) toegevoegd aan het met groene obligaties gefinancierde portfolio, dat tot nu toe ook negen offshore-projecten in Duitsland omvat. De pagina ‘Groene financieringsinstrumenten‘ op de TenneT-website biedt een overzicht van de elf offshore-projecten die met de opbrengsten worden gefinancierd. TenneT heeft tot nu toe EUR 6,25 miljard aan groene obligaties uitgegeven.

De toegenomen uitgifte van groene obligaties en leningen past bij TenneT’s omvangrijke investeringsportfolio van circa EUR 28 miljard in de komende tien jaar. TenneT-CFO Otto Jager: ‘De energietransitie bepaalt grotendeels het tempo en de omvang van onze investeringen, die wij vanuit onze maatschappelijke verantwoordelijkheid graag ook met groene financieringsinstrumenten invullen. Los van het aantrekken van vreemd vermogen zal, vanwege het grote investeringsportfolio, ook behoefte zijn aan aanvullend eigen vermogen. Hierover zijn wij in continue gesprek met onze aandeelhouder, de Nederlandse Staat.’

TenneT keerde onlangs EUR 147 miljoen aan dividend uit aan de aandeelhouder. Het totaal aan uitgekeerd dividend vanaf 1998 komt daarmee op EUR 1.052 miljoen.

TenneT’s kredietwaardigheidsscores zijn gelijk gebleven, te weten een A-beoordeling / stabiele vooruitzichten van Standard & Poor’s, en een A3-beoordeling / stabiele vooruitzichten van Moody’s Investor Service.

Achtergrond informatie

Sterke groei windenergie op zee

In maart 2018 heeft de Nederlandse overheid haar ambities voor de ontwikkeling van windparken op zee van 2024 tot 2030 bekend gemaakt in de Routekaart Windenergie op Zee 2030. TenneT sluit tot en met 2023 al 3,5 GW aan offshore windvermogen aan. Dit zal aan de hand van de Routekaart naar verwachting toenemen naar 11,5 GW in 2030. Hierbij zal in eerste instantie gebruik worden gemaakt van TenneT’s gestandaardiseerde 700 MW-wisselstroomconcept (Alternating Current, AC). Vanwege de grotere afstand tot een windgebied als IJmuiden Ver zal later gelijkstroom in beeld komen, al dan niet in combinatie met een eiland dat converterstations kan huisvesten én via Engelse windparken verbonden kan worden met de Britse elektriciteitsmarkt. Op die manier kunnen de kabels voor transport van windenergie ook worden gebruikt voor elektriciteitshandel tussen Nederland en het Verenigd Koninkrijk. Dit zal sterk bijdragen aan de efficiëntie van een dergelijke verbindingen. TenneT doet op dit moment samen met het Europese energiebedrijf Vattenfall onderzoek naar de haalbaarheid. Voor de langere termijn bekijkt TenneT met het energiebedrijf innogy – ook actief op de Europese energiemarkt – de ontwerpmogelijkheden, financiële modellen en wettelijke vereisten voor de aansluiting van offshore-windenergie op interconnectoren in een North Sea Wind Power Hub-systeem.

In de Duitse Noordzee heeft TenneT tien offshore-netaansluitingssystemen met een totale capaciteit van 5.332 megawatt (MW) voor het transport van windenergie van zee naar land. Hiermee heeft TenneT nu meer dan 82% bereikt van doelstelling van de Duitse federale regering om 6.500 megawatt offshore windvermogen te realiseren in 2020. Tegen het einde van 2023 zal TenneT nog eens drie extra netaansluitingssystemen gereed hebben, waarmee de totale aansluitcapaciteit voor offshore windparken op 8.032 MW zal komen. Eind 2027 zal de transmissiecapaciteit in de Duitse Noordzee naar verwachting toenemen tot bijna 11.000 MW, aangezien TenneT tegen 2025 nog twee verbindingen voorbereidt en – volgens de ontwerpversie van het landontwikkelingsplan van het Duitse Federale Maritieme en Hydrografische Agentschap (BSH) – daarna nog een derde verwacht te ontwikkelen.

Grensoverschrijdende integratie van hoogspanningsnetten

TenneT pleit voor grensoverschrijdende integratie van elektriciteitsnetten voor verdere kostenreductie voor de maatschappij. Zo zou het volgens TenneT goed zijnom Duitse windparken in het westelijke deel van de Duitse Noordzee in de toekomst te koppelen aan het Nederlandse elektriciteitsnet. Een dergelijke kosteneffectieve oplossing zou een verbinding met Eemshaven kunnen zijn. Omdat dit netaansluitpunt direct aan de kust ligt, zou het mogelijk zijn om 100 kilometer ondergrondse kabels in Duitsland en dus ongeveer EUR 200 miljoen te besparen, terwijl tegelijkertijd knelpunten in het Duitse elektriciteitsnet op het land worden omzeild. De nodige rechtszekerheid kan worden bereikt door een Duits-Nederlands verdrag, dat bepaalt dat Duitse windparken onder de Duitse aansprakelijkheidsregelingen blijven vallen.

Energietransitie vergt nieuw energiesysteem

De sterke groei van zonne- en windenergie vraagt, naast investeringen in elektriciteitsverbindingen aan land en op zee, om een ander energiesysteem op basis van vergaande elektrificatie van de industrie en groene waterstof uit elektrolyse. Dit systeem moet ervoor zorgen dat de grote hoeveelheden groene stroom efficiënt benut worden en dat ook andere, moeilijker te verduurzamen sectoren kunnen worden vergroend.

De industrie, grootverbruiker van aardgas, kan op grote schaal elektrificeren. Dit creëert extra vraag naar elektriciteit, die wordt ingevuld door de vele te bouwen windparken op zee. Inzet van groene waterstof, gemaakt uit duurzame elektriciteit in plaats van aardgas, gaat ook de vraag naar elektriciteit stimuleren. Omdat het kan worden opgeslagen, levert groene waterstof bovendien flexibiliteit en draagt het op die manier bij aan de leveringszekerheid.

Met groene waterstof krijgen ook sectoren als transport aan land en op zee de mogelijkheid om hun CO2-uitstoot drastisch te verminderen. Volgens een analyse van TenneT kan de productiecapaciteit voor groene waterstof met een factor tien per vijf jaar groeien en kunnen de investeringskosten met 40 procent per vijf jaar dalen. Deze kostenreducties zijn nodig om het gebruik van groene waterstof mogelijk te maken. Mel Kroon: ‘Na de succesvolle ontwikkeling van windenergie op zee is het belangrijk om nu de productie van groene waterstof te stimuleren om zo opslag voor langere perioden te creëren en industrie en transport sterk te vergroenen. Een tendersysteem, zoals bij windenergie op zee succesvol wordt toegepast, kan model staan voor de ontwikkeling van groene waterstof.’

Meer weten over TenneT nu en in de toekomst? Klik hier.

Lees het uitgebreide bericht hier.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Profiteer nu van de introductieaanbieding voor € 10,- per maand.

Bekijk de aanbieding

Auteur: Redactie Infrasite

Bron: Tennet Transmission System Operator BV

TenneT intensiveert investeringen voor energietransitie | Infrasite

TenneT intensiveert investeringen voor energietransitie

Foto: Ivo Ketelaar

TenneT versnelt de realisatie van grootschalige, duurzame hoogspanningsprojecten op Nederlandse Noordzee en Duitse vasteland.

Eerste helft van 2018 is EUR 904 miljoen (eerste halfjaar 2017: EUR 750 miljoen) geïnvesteerd in Nederlandse en Duitse hoogspanningsnetten.

Onderliggend bedrijfsresultaat (EBIT) gedaald van EUR 478 miljoen (eerste halfjaar 2017) naar EUR 362 miljoen in het eerste halfjaar van 2018.

Uitgifte van EUR 1,25 miljard (2017: EUR 2 miljard) aan ‘groene’ obligaties.

TenneT heeft in het eerste halfjaar van 2018 opnieuw belangrijke stappen gezet in het mogelijk maken van de energietransitie in Nederland en Duitsland. Zo ontwikkelt TenneT in Nederland in hoog tempo een net op zee, waarmee naar verwachting in 2030 in totaal 11,5 gigawatt (GW)1) aan offshore windenergie wordt aangesloten op TenneT’s hoogspanningsnet aan land. Daarnaast is TenneT bezig met het realiseren van onshore-projecten om het transport van duurzame opgewekte elektriciteit te waarborgen. In Duitsland bereidt TenneT aanbestedingsprocedures voor de projecten SuedLink (700 km) en SuedOstLink2) (580 km) voor. Deze ondergronds aan te leggen gelijkstroomsnelwegen zullen een gezamenlijke capaciteit van 6 GW krijgen, vergelijkbaar met zes kerncentrales. Vanaf circa 2025 zullen deze kabelverbindingen grote hoeveelheden duurzame windenergie vanuit het noorden gaan transporteren naar de grote verbruikscentra in het zuiden van het land.

1) 3,5 GW volgend uit het Energieakkoord voor Duurzame Groei (2013) en 7 GW volgend uit de Routekaart Wind op Zee 2024-2030 (2018).

2) SuedLink wordt ontwikkeld door TenneT en TransnetBW, SuedOstLink door TenneT en 50Hertz.

Mel Kroon, CEO van TenneT: ‘De energietransitie bevindt zich, nu ook in Nederland, in een stroomversnelling. De achterstand van Nederland ten opzichte van Duitsland zal naar verwachting snel worden ingelopen. Er ontstaat daarmee een nieuwe situatie waarin TenneT, marktpartijen en eindgebruikers van elektriciteit om zullen moeten gaan met grotere, weersafhankelijke productie van wind- en zonne-energie. Dit betekent niet alleen het bouwen van nieuwe infrastructuur, zoals aansluitingen voor vele windparken op zee en grote verbindingen op land, maar ook het ontwikkelen van innovatieve hard- en softwaresystemen die het variabele aanbod van groene stroom direct afstemmen op de vraag. Met haar centrale positie in de energietransitie én in samenwerking met al haar belanghebbenden staat TenneT voor een fantastische uitdaging.’

Onderliggend bedrijfsresultaat

De onderliggende omzet is in het eerste half jaar van 2018 met EUR 1.966 gelijk gebleven aan de omzet in het eerste half jaar van 2017. Hogere compensatie voor feed-in management kosten (kosten die worden gemaakt om overaanbod van elektriciteit op het net te voorkomen) werden gedeeltelijk gecompenseerd door lagere vergoedingen voor de offshore exploitatiekosten in Duitsland. De afgenomen EBITA in 2018 (EUR 699 miljoen) ten opzichte van 2017 (EUR 796 miljoen) is voornamelijk veroorzaakt door gewijzigde regulering in Nederland. Met het oog op het handhaven van de balans binnen het transportsysteem sluit TenneT contracten af met elektriciteitsleveranciers om in reservevermogen te voorzien. De methode voor de gereguleerde vergoeding van deze zogeheten ‘systeemdiensten’ is in 2017 veranderd van een doorbelastingssysteem naar een systeem op budgetbasis. Door een toename van de benodigde volumes en hogere prijzen overschreden de werkelijke kosten het bedrag dat TenneT in de eerste helft van 2018 via de tarieven (en dus inkomsten) mocht doorberekenen. Gebaseerd op de praktijk in het verleden zal het gereguleerde budget voor 2020 voor dit soort uitgaven worden gebaseerd op de werkelijke kosten die in 2018 zijn gemaakt.

TenneT heeft met succes hoger beroep aangetekend tegen de wijziging in de methode voor de gereguleerde vergoeding van systeemdiensten vanaf 2017. Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven (CBb) heeft op 24 juli een besluit gepubliceerd met betrekking tot het beroep van TenneT. Op een groot aantal belangrijke punten oordeelde het CBb in het voordeel van TenneT, wat betekent dat de Nederlandse toezichthouder ACM de gevolgen van deze uitspraak zal moeten vertalen in de huidige systematiek voor vergoedingen.

Financiering

TenneT gaf in maart opnieuw een groene obligatielening in twee tranches uit van in totaal EUR 1,25 miljard. Deze obligatielening zal worden gebruikt voor investeringen in het transport van duurzame elektriciteit van windparken op zee naar het elektriciteitsnet aan land. Voor het eerst zijn ook twee Nederlandse offshore-projecten (Borssele Alpha en Borssele Beta) toegevoegd aan het met groene obligaties gefinancierde portfolio, dat tot nu toe ook negen offshore-projecten in Duitsland omvat. De pagina ‘Groene financieringsinstrumenten‘ op de TenneT-website biedt een overzicht van de elf offshore-projecten die met de opbrengsten worden gefinancierd. TenneT heeft tot nu toe EUR 6,25 miljard aan groene obligaties uitgegeven.

De toegenomen uitgifte van groene obligaties en leningen past bij TenneT’s omvangrijke investeringsportfolio van circa EUR 28 miljard in de komende tien jaar. TenneT-CFO Otto Jager: ‘De energietransitie bepaalt grotendeels het tempo en de omvang van onze investeringen, die wij vanuit onze maatschappelijke verantwoordelijkheid graag ook met groene financieringsinstrumenten invullen. Los van het aantrekken van vreemd vermogen zal, vanwege het grote investeringsportfolio, ook behoefte zijn aan aanvullend eigen vermogen. Hierover zijn wij in continue gesprek met onze aandeelhouder, de Nederlandse Staat.’

TenneT keerde onlangs EUR 147 miljoen aan dividend uit aan de aandeelhouder. Het totaal aan uitgekeerd dividend vanaf 1998 komt daarmee op EUR 1.052 miljoen.

TenneT’s kredietwaardigheidsscores zijn gelijk gebleven, te weten een A-beoordeling / stabiele vooruitzichten van Standard & Poor’s, en een A3-beoordeling / stabiele vooruitzichten van Moody’s Investor Service.

Achtergrond informatie

Sterke groei windenergie op zee

In maart 2018 heeft de Nederlandse overheid haar ambities voor de ontwikkeling van windparken op zee van 2024 tot 2030 bekend gemaakt in de Routekaart Windenergie op Zee 2030. TenneT sluit tot en met 2023 al 3,5 GW aan offshore windvermogen aan. Dit zal aan de hand van de Routekaart naar verwachting toenemen naar 11,5 GW in 2030. Hierbij zal in eerste instantie gebruik worden gemaakt van TenneT’s gestandaardiseerde 700 MW-wisselstroomconcept (Alternating Current, AC). Vanwege de grotere afstand tot een windgebied als IJmuiden Ver zal later gelijkstroom in beeld komen, al dan niet in combinatie met een eiland dat converterstations kan huisvesten én via Engelse windparken verbonden kan worden met de Britse elektriciteitsmarkt. Op die manier kunnen de kabels voor transport van windenergie ook worden gebruikt voor elektriciteitshandel tussen Nederland en het Verenigd Koninkrijk. Dit zal sterk bijdragen aan de efficiëntie van een dergelijke verbindingen. TenneT doet op dit moment samen met het Europese energiebedrijf Vattenfall onderzoek naar de haalbaarheid. Voor de langere termijn bekijkt TenneT met het energiebedrijf innogy – ook actief op de Europese energiemarkt – de ontwerpmogelijkheden, financiële modellen en wettelijke vereisten voor de aansluiting van offshore-windenergie op interconnectoren in een North Sea Wind Power Hub-systeem.

In de Duitse Noordzee heeft TenneT tien offshore-netaansluitingssystemen met een totale capaciteit van 5.332 megawatt (MW) voor het transport van windenergie van zee naar land. Hiermee heeft TenneT nu meer dan 82% bereikt van doelstelling van de Duitse federale regering om 6.500 megawatt offshore windvermogen te realiseren in 2020. Tegen het einde van 2023 zal TenneT nog eens drie extra netaansluitingssystemen gereed hebben, waarmee de totale aansluitcapaciteit voor offshore windparken op 8.032 MW zal komen. Eind 2027 zal de transmissiecapaciteit in de Duitse Noordzee naar verwachting toenemen tot bijna 11.000 MW, aangezien TenneT tegen 2025 nog twee verbindingen voorbereidt en – volgens de ontwerpversie van het landontwikkelingsplan van het Duitse Federale Maritieme en Hydrografische Agentschap (BSH) – daarna nog een derde verwacht te ontwikkelen.

Grensoverschrijdende integratie van hoogspanningsnetten

TenneT pleit voor grensoverschrijdende integratie van elektriciteitsnetten voor verdere kostenreductie voor de maatschappij. Zo zou het volgens TenneT goed zijnom Duitse windparken in het westelijke deel van de Duitse Noordzee in de toekomst te koppelen aan het Nederlandse elektriciteitsnet. Een dergelijke kosteneffectieve oplossing zou een verbinding met Eemshaven kunnen zijn. Omdat dit netaansluitpunt direct aan de kust ligt, zou het mogelijk zijn om 100 kilometer ondergrondse kabels in Duitsland en dus ongeveer EUR 200 miljoen te besparen, terwijl tegelijkertijd knelpunten in het Duitse elektriciteitsnet op het land worden omzeild. De nodige rechtszekerheid kan worden bereikt door een Duits-Nederlands verdrag, dat bepaalt dat Duitse windparken onder de Duitse aansprakelijkheidsregelingen blijven vallen.

Energietransitie vergt nieuw energiesysteem

De sterke groei van zonne- en windenergie vraagt, naast investeringen in elektriciteitsverbindingen aan land en op zee, om een ander energiesysteem op basis van vergaande elektrificatie van de industrie en groene waterstof uit elektrolyse. Dit systeem moet ervoor zorgen dat de grote hoeveelheden groene stroom efficiënt benut worden en dat ook andere, moeilijker te verduurzamen sectoren kunnen worden vergroend.

De industrie, grootverbruiker van aardgas, kan op grote schaal elektrificeren. Dit creëert extra vraag naar elektriciteit, die wordt ingevuld door de vele te bouwen windparken op zee. Inzet van groene waterstof, gemaakt uit duurzame elektriciteit in plaats van aardgas, gaat ook de vraag naar elektriciteit stimuleren. Omdat het kan worden opgeslagen, levert groene waterstof bovendien flexibiliteit en draagt het op die manier bij aan de leveringszekerheid.

Met groene waterstof krijgen ook sectoren als transport aan land en op zee de mogelijkheid om hun CO2-uitstoot drastisch te verminderen. Volgens een analyse van TenneT kan de productiecapaciteit voor groene waterstof met een factor tien per vijf jaar groeien en kunnen de investeringskosten met 40 procent per vijf jaar dalen. Deze kostenreducties zijn nodig om het gebruik van groene waterstof mogelijk te maken. Mel Kroon: ‘Na de succesvolle ontwikkeling van windenergie op zee is het belangrijk om nu de productie van groene waterstof te stimuleren om zo opslag voor langere perioden te creëren en industrie en transport sterk te vergroenen. Een tendersysteem, zoals bij windenergie op zee succesvol wordt toegepast, kan model staan voor de ontwikkeling van groene waterstof.’

Meer weten over TenneT nu en in de toekomst? Klik hier.

Lees het uitgebreide bericht hier.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Neem nu een Infrasite Premium abonnement voor € 12,- per maand.

ABONNEREn

Auteur: Redactie Infrasite

Bron: Tennet Transmission System Operator BV