Spoorweg

Een spoorweg is een weg, bestaande uit twee parallelle stalen staven (rails) die zich op een constante afstand van elkaar bevinden. De rails zijn onderling verbonden door dwarsliggers. Een spoorweg is aangelegd zodanig dat zich hierover treinen kunnen voortbewegen. Een trein staat met stalen wielen op de rails, de wielen zijn voorzien van flenzen om de trein op de rails te houden.

Geschiedenis

Spoorwegen zijn in het begin van de 19e eeuw in Engeland ontstaan als innovatie in de mijnbouw. Werk in kolenmijnen was zwaar en gevaarlijk, en dus bestond er grote behoefte aan hulpmiddelen om dit werk te verlichten. Een hulpmiddel was het gebruik van karretjes die over spoor reden, om de kolen in te vervoeren; dan hoefden de kolen niet meer in manden op de rug vervoerd te worden. Aanvankelijk werden houten rails gebruikt, later kwamen rails van gietijzer beschikbaar. Het gebruik van rails zorgde ervoor dat de rolweerstand laag was, zo konden meer kolen vervoerd worden. De karretjes werden verplaatst met handkracht, met paardenkracht of door ze op zwaartekracht van de helling te laten rollen. Een ander hulpmiddel was de stoommachine. In de mijnen was behoefte aan kracht om grondwater weg te pompen en om liften te bewegen. Aanvankelijk werd hiervoor handkracht, paardenkracht of waterkracht gebruikt.

Uiteraard bedacht men dat je de stoommachine ook voor het vervoer van de kolenkarretjes zou kunnen gebruiken. Richard Trevithick was in 1804 de eerste die een stoommachine op rails zette. Zijn probleem was dat de gietijzeren rails niet bestand waren tegen het gewicht van de stoommachine en geregeld braken. Later is dit opgelost door gewalste stalen rails te gebruiken.

In 1825 opende de Stockton and Darlington Railway, bedoeld als verbinding om kolen van de mijn naar de haven te brengen. Locomotiefbouwer George Stephenson bewerkstelligde dat voor deze verbinding stoomtractie en geen paardentractie gebruikt werd. Bovendien werd besloten de lijn openbaar toegankelijk te maken, zodat hij ook voor andere zaken dan het vervoer van kolen gebruikt kon worden. Het was min of meer een verrassing dat de lijn ook voor reizigersvervoer erg in trek bleek. Door dit succes werd de lijn een voorbeeld voor andere spoorwegen, die spoedig volgden.
In 1835 reed de eerste trein op het Europese vasteland: tussen Mechelen en Brussel

Zoals begin 21e eeuw de telecommunicatie als de drijvende industrie wordt gezien, gold dat in de 19e eeuw voor de spoorwegen.

Spoorwegen in Nederland

In Nederland reed op 20 september 1839 de eerste trein tussen Amsterdam en Haarlem. Het was een initiatief van de Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maatschappij (HIJSM). De locomotief De Arend vertrok die dag vanuit station d’Eenhonderd Roe aan de rand van Amsterdam met een sleep van negen rijtuigen. Ook stoomlocomotief De Snelheid reed mee voor het geval dat een van de twee locomotieven uit zou vallen. Na een klein half uur arriveerde de collonne onder muzikale begeleiding en een groot aantal genodigden, in Haarlem. Het afgelegde traject bedroeg zestien kilometer. De rit was zeer succesvol en de machinisten, stokers en conducteurs werden beloond met een bonus ter hoogte van een half weekloon. Vier dagen later werd de lijn voor het publiek opengesteld.
De eerste concrete stappen voor een

Spoorweg | Infrasite

Spoorweg

Een spoorweg is een weg, bestaande uit twee parallelle stalen staven (rails) die zich op een constante afstand van elkaar bevinden. De rails zijn onderling verbonden door dwarsliggers. Een spoorweg is aangelegd zodanig dat zich hierover treinen kunnen voortbewegen. Een trein staat met stalen wielen op de rails, de wielen zijn voorzien van flenzen om de trein op de rails te houden.

Geschiedenis

Spoorwegen zijn in het begin van de 19e eeuw in Engeland ontstaan als innovatie in de mijnbouw. Werk in kolenmijnen was zwaar en gevaarlijk, en dus bestond er grote behoefte aan hulpmiddelen om dit werk te verlichten. Een hulpmiddel was het gebruik van karretjes die over spoor reden, om de kolen in te vervoeren; dan hoefden de kolen niet meer in manden op de rug vervoerd te worden. Aanvankelijk werden houten rails gebruikt, later kwamen rails van gietijzer beschikbaar. Het gebruik van rails zorgde ervoor dat de rolweerstand laag was, zo konden meer kolen vervoerd worden. De karretjes werden verplaatst met handkracht, met paardenkracht of door ze op zwaartekracht van de helling te laten rollen. Een ander hulpmiddel was de stoommachine. In de mijnen was behoefte aan kracht om grondwater weg te pompen en om liften te bewegen. Aanvankelijk werd hiervoor handkracht, paardenkracht of waterkracht gebruikt.

Uiteraard bedacht men dat je de stoommachine ook voor het vervoer van de kolenkarretjes zou kunnen gebruiken. Richard Trevithick was in 1804 de eerste die een stoommachine op rails zette. Zijn probleem was dat de gietijzeren rails niet bestand waren tegen het gewicht van de stoommachine en geregeld braken. Later is dit opgelost door gewalste stalen rails te gebruiken.

In 1825 opende de Stockton and Darlington Railway, bedoeld als verbinding om kolen van de mijn naar de haven te brengen. Locomotiefbouwer George Stephenson bewerkstelligde dat voor deze verbinding stoomtractie en geen paardentractie gebruikt werd. Bovendien werd besloten de lijn openbaar toegankelijk te maken, zodat hij ook voor andere zaken dan het vervoer van kolen gebruikt kon worden. Het was min of meer een verrassing dat de lijn ook voor reizigersvervoer erg in trek bleek. Door dit succes werd de lijn een voorbeeld voor andere spoorwegen, die spoedig volgden.
In 1835 reed de eerste trein op het Europese vasteland: tussen Mechelen en Brussel

Zoals begin 21e eeuw de telecommunicatie als de drijvende industrie wordt gezien, gold dat in de 19e eeuw voor de spoorwegen.

Spoorwegen in Nederland

In Nederland reed op 20 september 1839 de eerste trein tussen Amsterdam en Haarlem. Het was een initiatief van de Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maatschappij (HIJSM). De locomotief De Arend vertrok die dag vanuit station d’Eenhonderd Roe aan de rand van Amsterdam met een sleep van negen rijtuigen. Ook stoomlocomotief De Snelheid reed mee voor het geval dat een van de twee locomotieven uit zou vallen. Na een klein half uur arriveerde de collonne onder muzikale begeleiding en een groot aantal genodigden, in Haarlem. Het afgelegde traject bedroeg zestien kilometer. De rit was zeer succesvol en de machinisten, stokers en conducteurs werden beloond met een bonus ter hoogte van een half weekloon. Vier dagen later werd de lijn voor het publiek opengesteld.
De eerste concrete stappen voor een