Infrastructuur

Infrastructuur omvat alle voorzieningen die onder, op en boven het landschap getroffen zijn voor het kunnen verplaatsen van mensen, fauna, goederen, vloeistoffen, en nutsvoorzieningen als bijvoorbeeld gassen en elektriciteit.

De infrastructuur kan worden onderverdeeld naar de verschillende vervoersvormen, die elk van een eigen infrastructuur gebruik maken:

  • Wegverkeer: wegen
  • Spoorverkeer:spoorwegen Spoorwegnet
  • Scheepvaart: Waterwegen, havens
  • Luchtvaart: vliegvelden
  • Toerisme: fietsroutes, wandelroutes
  • Trekkende Fauna: onderdoorgangen en ecoducten

Daarnaast is er infrastructuur die in zichzelf een vervoersmodaliteit is:

  • Leidingen, voor vloeistoffen en gassen (olie, aardgas, drinkwater, riolering)
  • Open afwateringen en opslag voor hemelwater zoals meren, rivieren, kanalen, grachten, watergangen, en sloten
  • Hoog-, midden- en laagspanningsleidingen voor elektriciteit
  • Leidingen, open ruimte en straalpaden voor elektrische signalen

Meestal is het benodigde ruimtebeslag [planologisch vastgelegd|Planologie in bestemmingsplannen. Andere vormen van ruimtebeslag zijn bijvoorbeeld woongebieden, recreatiegebieden en natuurgebieden voor flora en fauna.

Kruisende spoorinfrastructuur

Voor de spoorwereld is hoofdzakelijk de spoorinfrastructuur van belang. Deze omvat alle Spoorvoorzieningen ten behoeve van Treinen, Lightrail, Trams en [metro’s|Metro. In het buitenland kan ook nog aan de tandradbaan gedacht worden.

De andere vormen van infrastructuur krijgen extra betekenis voor de spoorinfrastructuur als ze elkaar kruisen of beïnvloeden en er maatregelen getroffen dienen te worden:

  • Wegverkeer: Overwegen, Kunstwerken (zoals bruggen en, onderdoorgangen, viaducten), Stations
  • Treinverkeer: Tunnels, bruggen, [fly overs|Fly over, [dive unders|Dive under
  • Dieren: ecoducten, Aquaducten, Duikers, [looprichels|Looprichel, ontwijken van gebieden (omleggingen, scheppen van een nieuwe habitat elders ([compensatiegebieden|Compensatie)
  • Scheepvaart: kunstwerken (zoals brugen en aquaducten)
  • Luchtvaart: kunstwerken (onderdoorgangen, alleen waar landingsbanen en sporen elkaar snijden)
  • Leidingen: kunstwerken (zoals [zettingsvrije platen|Zettingsvrije plaat)
  • Waterafvoer: kunstwerken
  • Electrische signalen: kunstwerken, of juist het afwezig zijn van (spoorinfra-)objecten bij straalpaden.
  • Andere planologische bestemmingen: afhankelijk van de bestemming gelden hiervor in Nederland vaak regels die de aard en omvang van maatregelen bepalen (zoals geluidschermen, omleidingen en kunstwerken).

Zoals dat bij alle infrastructuren het geval is, wordt er voortdurend aan de spoorinfrastructuur gewerkt. De meest voorkomende werkzaamheden zijn: onderhoud van bestaand spoor, de [bouw van nieuw spoor|Nieuwbouw van spoorinfrastructuur en de bouw van kunstwerken. Hier houden zich tientallen organisaties mee bezig. Zie de Lijst van organisaties.

Vervoersketen

De spoorinfrastructuur maakt deel uit van het Spoorvervoersysteem, dat zelf weer deel uitmaakt van een vervoersketen.

Infrastructuur | Infrasite

Infrastructuur

Infrastructuur omvat alle voorzieningen die onder, op en boven het landschap getroffen zijn voor het kunnen verplaatsen van mensen, fauna, goederen, vloeistoffen, en nutsvoorzieningen als bijvoorbeeld gassen en elektriciteit.

De infrastructuur kan worden onderverdeeld naar de verschillende vervoersvormen, die elk van een eigen infrastructuur gebruik maken:

  • Wegverkeer: wegen
  • Spoorverkeer:spoorwegen Spoorwegnet
  • Scheepvaart: Waterwegen, havens
  • Luchtvaart: vliegvelden
  • Toerisme: fietsroutes, wandelroutes
  • Trekkende Fauna: onderdoorgangen en ecoducten

Daarnaast is er infrastructuur die in zichzelf een vervoersmodaliteit is:

  • Leidingen, voor vloeistoffen en gassen (olie, aardgas, drinkwater, riolering)
  • Open afwateringen en opslag voor hemelwater zoals meren, rivieren, kanalen, grachten, watergangen, en sloten
  • Hoog-, midden- en laagspanningsleidingen voor elektriciteit
  • Leidingen, open ruimte en straalpaden voor elektrische signalen

Meestal is het benodigde ruimtebeslag [planologisch vastgelegd|Planologie in bestemmingsplannen. Andere vormen van ruimtebeslag zijn bijvoorbeeld woongebieden, recreatiegebieden en natuurgebieden voor flora en fauna.

Kruisende spoorinfrastructuur

Voor de spoorwereld is hoofdzakelijk de spoorinfrastructuur van belang. Deze omvat alle Spoorvoorzieningen ten behoeve van Treinen, Lightrail, Trams en [metro’s|Metro. In het buitenland kan ook nog aan de tandradbaan gedacht worden.

De andere vormen van infrastructuur krijgen extra betekenis voor de spoorinfrastructuur als ze elkaar kruisen of beïnvloeden en er maatregelen getroffen dienen te worden:

  • Wegverkeer: Overwegen, Kunstwerken (zoals bruggen en, onderdoorgangen, viaducten), Stations
  • Treinverkeer: Tunnels, bruggen, [fly overs|Fly over, [dive unders|Dive under
  • Dieren: ecoducten, Aquaducten, Duikers, [looprichels|Looprichel, ontwijken van gebieden (omleggingen, scheppen van een nieuwe habitat elders ([compensatiegebieden|Compensatie)
  • Scheepvaart: kunstwerken (zoals brugen en aquaducten)
  • Luchtvaart: kunstwerken (onderdoorgangen, alleen waar landingsbanen en sporen elkaar snijden)
  • Leidingen: kunstwerken (zoals [zettingsvrije platen|Zettingsvrije plaat)
  • Waterafvoer: kunstwerken
  • Electrische signalen: kunstwerken, of juist het afwezig zijn van (spoorinfra-)objecten bij straalpaden.
  • Andere planologische bestemmingen: afhankelijk van de bestemming gelden hiervor in Nederland vaak regels die de aard en omvang van maatregelen bepalen (zoals geluidschermen, omleidingen en kunstwerken).

Zoals dat bij alle infrastructuren het geval is, wordt er voortdurend aan de spoorinfrastructuur gewerkt. De meest voorkomende werkzaamheden zijn: onderhoud van bestaand spoor, de [bouw van nieuw spoor|Nieuwbouw van spoorinfrastructuur en de bouw van kunstwerken. Hier houden zich tientallen organisaties mee bezig. Zie de Lijst van organisaties.

Vervoersketen

De spoorinfrastructuur maakt deel uit van het Spoorvervoersysteem, dat zelf weer deel uitmaakt van een vervoersketen.