Goederentrein

Een goederentrein kan de meest uiteenlopende ladingen hebben. Om al deze treinen te rijden en de ladingen van herkomst naar bestemming te brengen, zijn een 4-tal logistieke concepten ontwikkeld. De concepten zullen kort toegelicht worden.

Wagenladingvervoer

Het wagenladingvervoer kenmerkt zich vooral door de verscheidenheid aan goederenwagens in een goederentrein. De herkomst van de wagens is variërend. Het wagenladingvervoer bestaat uit een netwerk van bedienpunten waar vandaan goederenwagens worden opgehaald en worden samengesteld tot een trein. Vaak gaan de goederenwagens met meerdere goederentreinen mee om zo uiteindelijk bij hun eindbestemming te komen. Iedere individuele goederenwagen of een groepje goederenwagens heeft vaak zijn eigen bestemming.

Een voorbeeld: In de Botlek worden een aantal bedrijven bediend welke bij elkaar 17 goederenwagens leveren. De wagens worden op emplacement Botlek gecombineerd, waarna de trein in zijn geheel naar Kijfhoek gaat. Dergelijke treinen vanuit het havengebied rijden meermaals per dag. Op Kijfhoek worden de wagens gesorteerd m.b.v. het heuvelen. Op deze manier worden de wagens van diverse treinen gesorteerd en worden er nieuwe treinen samengesteld. Wanneer een trein ‘klaar’ is, kan deze vertrekken richting het achterland. De unit cargo treinen vanaf Kijfhoek gaan naar België, Duitsland en Frankrijk. Een bekende bestemming voor deze treinen is Köln Gremberg (D). Wanneer een trein daar is aangekomen, worden de wagens wederom verdeeld over andere treinen en gecombineerd met andere goederenwagens. Dit proces blijft zich herhalen tot dat de betreffende goederenwagens hun bestemming hebben bereikt, wat doorgaans ook weer gebeurt met een lokale bediening van een bedrijf.

Deeltreinen

Een deeltrein bestaat uit minimaal 2 treindelen die samen 1 trein vormen. Een goederentrein wordt onderweg gecombineerd met een of meerdere treindelen en rijdt daarmee naar zijn uiteindelijke bestemming(en). Er zal in dit geval geen overstap op andere goederentreinen plaatsvinden.

Enkele voorbeelden: Een voorbeeld van een deeltrein, is de Brescia-shuttle (huckepack) van Rail 4 Chem. De trein vertrekt van Waalhaven Zuid, waarna er een tussenstop is bij de terminal in Ede-Wageningen om een treindeel bij te plaatsen. Daarna gaat de trein door naar zijn eindbestemming Brescia. Een ander voorbeeld is het vervoer tussen Rotterdam en Limburg. Vanuit de Rotterdamse havens worden 2 treindelen samengevoegd (containers en ketelwagens), welke als één trein naar Sittard vertrekken. In Sittard worden de twee treindelen weer gesplitst. Het treindeel met de containers gaat naar de Rail Terminal Born (RTB) en de het treindeel met de ketels gaat naar de DSM in Geleen Lutterade.

Ideaalshuttles

Zoals de naam het al zegt, gaat het hierbij om de meest ideale situatie. Een ideaalshuttle wordt ook wel chartervervoer genoemd. Een ideaalshuttle is een doorgaans vaste set goederenwagens en rijdt in zijn geheel van bestemming naar eindpunt, zonder dat er treindelen aan- of afgekoppeld hoeven te worden. Hierdoor ligt de gemiddelde snelheid van een ideaalshuttle het hoogst van alle treinen. Een ideaalshuttle zou je kunnen zien als een soort pendeltrein.

Enkele voorbeelden: Een bekend voorbeeld van een ideaalshuttle is het ertsvervoer tussen de Maasvlakte en Dillingen in Duitsland. Andere voorbeelden zijn de Opelonderdelentrein tussen Bochum (D) en Antwerpen (B) en de dolime treinen tussen Veendam en Hermalle (B).

Opstapshuttles

Een opstapshuttle is grotendeels gelijk aan een ideaalshuttle. Een trein rijdt in zijn volle lengte van A naar B, alleen een opstapshuttle stopt dan ook nog in C en misschien ook wel D etc.

Voorbeeld: Een opstapshuttle is meestal terug te vinden in het containervervoer. Een containertrein vertrekt bijvoorbeeld bij de ECT op de Maasvlakte. De trein is bij vertrek voor 50% beladen. De overige 50% kan dan beladen worden op andere locaties in de Rotterdamse havens, zoals de P&O in de Europoort en het RSC Waalhaven. Het RSC Waalhaven is een bekende opstapterminal, waar veel treinen een tussenstop inlassen. Wanneer de trein zijn terminals voorbij is, kan er naar het eindpunt gereden worden. Ook dat kunnen meerdere terminals zijn, waar per terminal een aantal containers van de trein worden gehaald. De trein is echter van de beginterminal t/m de eindterminal dezelfde lengte.

Externe link:

http://nl.wikipedia.org/wiki/Goederentrein

Eerste tekst geschreven door: Gertjan Rhebergen

Goederentrein | Infrasite

Goederentrein

Een goederentrein kan de meest uiteenlopende ladingen hebben. Om al deze treinen te rijden en de ladingen van herkomst naar bestemming te brengen, zijn een 4-tal logistieke concepten ontwikkeld. De concepten zullen kort toegelicht worden.

Wagenladingvervoer

Het wagenladingvervoer kenmerkt zich vooral door de verscheidenheid aan goederenwagens in een goederentrein. De herkomst van de wagens is variërend. Het wagenladingvervoer bestaat uit een netwerk van bedienpunten waar vandaan goederenwagens worden opgehaald en worden samengesteld tot een trein. Vaak gaan de goederenwagens met meerdere goederentreinen mee om zo uiteindelijk bij hun eindbestemming te komen. Iedere individuele goederenwagen of een groepje goederenwagens heeft vaak zijn eigen bestemming.

Een voorbeeld: In de Botlek worden een aantal bedrijven bediend welke bij elkaar 17 goederenwagens leveren. De wagens worden op emplacement Botlek gecombineerd, waarna de trein in zijn geheel naar Kijfhoek gaat. Dergelijke treinen vanuit het havengebied rijden meermaals per dag. Op Kijfhoek worden de wagens gesorteerd m.b.v. het heuvelen. Op deze manier worden de wagens van diverse treinen gesorteerd en worden er nieuwe treinen samengesteld. Wanneer een trein ‘klaar’ is, kan deze vertrekken richting het achterland. De unit cargo treinen vanaf Kijfhoek gaan naar België, Duitsland en Frankrijk. Een bekende bestemming voor deze treinen is Köln Gremberg (D). Wanneer een trein daar is aangekomen, worden de wagens wederom verdeeld over andere treinen en gecombineerd met andere goederenwagens. Dit proces blijft zich herhalen tot dat de betreffende goederenwagens hun bestemming hebben bereikt, wat doorgaans ook weer gebeurt met een lokale bediening van een bedrijf.

Deeltreinen

Een deeltrein bestaat uit minimaal 2 treindelen die samen 1 trein vormen. Een goederentrein wordt onderweg gecombineerd met een of meerdere treindelen en rijdt daarmee naar zijn uiteindelijke bestemming(en). Er zal in dit geval geen overstap op andere goederentreinen plaatsvinden.

Enkele voorbeelden: Een voorbeeld van een deeltrein, is de Brescia-shuttle (huckepack) van Rail 4 Chem. De trein vertrekt van Waalhaven Zuid, waarna er een tussenstop is bij de terminal in Ede-Wageningen om een treindeel bij te plaatsen. Daarna gaat de trein door naar zijn eindbestemming Brescia. Een ander voorbeeld is het vervoer tussen Rotterdam en Limburg. Vanuit de Rotterdamse havens worden 2 treindelen samengevoegd (containers en ketelwagens), welke als één trein naar Sittard vertrekken. In Sittard worden de twee treindelen weer gesplitst. Het treindeel met de containers gaat naar de Rail Terminal Born (RTB) en de het treindeel met de ketels gaat naar de DSM in Geleen Lutterade.

Ideaalshuttles

Zoals de naam het al zegt, gaat het hierbij om de meest ideale situatie. Een ideaalshuttle wordt ook wel chartervervoer genoemd. Een ideaalshuttle is een doorgaans vaste set goederenwagens en rijdt in zijn geheel van bestemming naar eindpunt, zonder dat er treindelen aan- of afgekoppeld hoeven te worden. Hierdoor ligt de gemiddelde snelheid van een ideaalshuttle het hoogst van alle treinen. Een ideaalshuttle zou je kunnen zien als een soort pendeltrein.

Enkele voorbeelden: Een bekend voorbeeld van een ideaalshuttle is het ertsvervoer tussen de Maasvlakte en Dillingen in Duitsland. Andere voorbeelden zijn de Opelonderdelentrein tussen Bochum (D) en Antwerpen (B) en de dolime treinen tussen Veendam en Hermalle (B).

Opstapshuttles

Een opstapshuttle is grotendeels gelijk aan een ideaalshuttle. Een trein rijdt in zijn volle lengte van A naar B, alleen een opstapshuttle stopt dan ook nog in C en misschien ook wel D etc.

Voorbeeld: Een opstapshuttle is meestal terug te vinden in het containervervoer. Een containertrein vertrekt bijvoorbeeld bij de ECT op de Maasvlakte. De trein is bij vertrek voor 50% beladen. De overige 50% kan dan beladen worden op andere locaties in de Rotterdamse havens, zoals de P&O in de Europoort en het RSC Waalhaven. Het RSC Waalhaven is een bekende opstapterminal, waar veel treinen een tussenstop inlassen. Wanneer de trein zijn terminals voorbij is, kan er naar het eindpunt gereden worden. Ook dat kunnen meerdere terminals zijn, waar per terminal een aantal containers van de trein worden gehaald. De trein is echter van de beginterminal t/m de eindterminal dezelfde lengte.

Externe link:

http://nl.wikipedia.org/wiki/Goederentrein

Eerste tekst geschreven door: Gertjan Rhebergen