Voertuigbegeleider

Voertuigbegeleider

Het VVW geeft (in par. 8.1) aan dat aan de hand van een risico analyse bepaald moet worden of een voertuig dat binnen de buitendienststelling rijdt, moet worden begeleid door een WTB.

Deze analyse kan er toe leiden dat wordt vastgesteld dat een voertuig niet door een WTB begeleid hoeft te worden, c.q. dat geen WTI verplicht is. In het merendeel van de gevallen zal dat het geval zijn als er geen bijzondere infraelementen hoeven te worden gepasseerd.

Een aannemer zal er echter vervolgens vanuit zijn werkgeversverantwoordelijkheid voor moeten zorgen dat eventuele "andere" risico’s van het rijden met het voertuig binnen de BD, worden beheerst en dat daarvoor afdoende maatregelen worden genomen.

Een aantal bedrijven heeft dit ingevuld door het instellen van de functie van de Voertuigebegeleider (VB). Het betreft hier een door een werkgever (vanuit zijn verantwoordelijkheid) gekozen beheersmaatregel (weliswaar in de vorm van een persoon) voor het beheersen van de risico’s van het rijden met een voertuig binnen een Buitendienststelling.

De VB is geen (NVW-) veiligheidskritische functie; opleiding en (eventuele) certificering van de VB is dus verder een zaak van de werkgever.

Uitgangspunt voor de inzet van de VB is dat als een VB een voertuig begeleidt dat bijzondere infra elementen moet passeren en in dat verband (één van) de veiligheidskritische taken van de WTB uit paragraaf 2.7.6 van het VVW uitoefent, de inzet van de VB niet conform NVW is. De inzet van een VB is in dit geval dus niet toegestaan.