Trein Observatie en Tracking Systeem

Het Trein Observatie en Tracking Systeem (TROTS) geeft aan waar de treinen zich bevinden. TROTS is de opvolger van het TreinNummerVolgsysteem (TNV).

De Treindienstleider van ProRail bestuurt de treindienst. Om dit goed te kunnen doen, moet hij/zij weten waar de treinen zich bevinden. Momenteel levert het Treinnummer Volgsysteem (TNV) deze informatie. TROTS is de opvolger van TNV. Het biedt een nauwkeuriger bepaling van treinposities en een vollediger dekking over de railinfrastructuur. TROTS is voorbereid om meetgegevens uit allerlei bronnen te verzamelen, door toepassing van verschillende meettechnieken, en verwerkt deze op een uniforme en transparante wijze tot treinposities. Naast positiegegevens zal het systeem in de toekomst ook voorzien in additionele parameters, zoals treinsnelheid, stilstanddetectie, status van de deuren, etc.

Gebruikers van TROTS zijn:

  • Treindienstleiders (via PRL)
  • Netwerkbestuurders en -analisten (via VKL)
  • Omroeper die het huidige BEPAC-systeem gebruiken
  • Diverse functionarissen die nu van TNV-meekijkschermen gebruik maken, zoals knooppuntcontroller, perrondienstleider, medewerkers calamiteitenafhandeling en storingsmonteur NedTrain.

Bedrijfszekerheid

Op het gebied van bedrijfszekerheid kunnen resultaten worden gehaald door voor TROTS instanties kleinere gebieden te definiëren dan de voornamelijk postbrede (m.u.v. de post Utrecht, waar twee TNV’s draaien) aanpak van TNV en TROTS op het VIP21 platform te laten functioneren waarmee een hogere technische beschikbaarheid kan worden gerealiseerd.

Meetgegevens

De huidige versie van TROTS maakt gebruik van dezelfde meetgegevens als TNV, namelijk baangebonden elementmeldingen vanuit de treinbeveiligingssystemen. Dit betreft de status van individuele infra-elementen zoals secties en wissels. TROTS ondersteunt zowel de conventionele beveiliging als de nieuwe beveiliging die in het kader van ERTMS wordt ontwikkeld. De baangebonden meetgegevens worden afgebeeld op een fijnmazig referentiestelsel, zodat de treinposities, vergeleken met TNV, met hogere nauwkeurigheid worden gerapporteerd.

Terwijl TNV de treinpositie altijd afbeeldt op een TNV-positie, wordt in het interne model van TROTS de positie van een trein weergegeven in meters op een tak. Een tak in deze context is een stuk spoor tussen twee knopen, waarbij een knoop een wissel is, of een Stootjuk, of een Terra Incognita. Deze definitie van knopen en takken is anders dan op het OKT-blad), maar sluit wel aan op Infra Atlas. De meterwaarde refereert aan het kilometerlint. TROTS houdt aldus de kop en de staart van de trein bij, en de route daartussen.

Proef

Vanaf 2008 is TROTS in de treindienstleidingspost Groningen operationeel. Bovendien wordt versie 32 of hoger van Procesleiding toegepast die is aangepast op TROTS. Deze is in staat de treinpositie weer te geven in de nauwkeurigheid zoals TROTS hem biedt. TNV-posities bestaan dan dus niet meer voor de Treindienstleider.

Afnemers van treinpositieinformatie zoals VKL, BEPAC, View en InfoPlus gaan nog niet meteen over op TROTS. Deze verwachten nog "oude stijl’ input zoals die door TNV werd geleverd. Hierin wordt voorzien door middel van de TNV Simulator, die grotendeels de vertrouwde gegevens nog biedt, zoalng nioet alle afnemers over zijn.

Met de komst van TROTS wordt TNV-Replay vervangen door TOON.

Ontwikkelingen

Deze release van TROTS vormt een opstap naar het gebruik van nieuwe meet-technieken in volgende releases (zoals b.v. GPS, transponders of odometers) en de rapportage van additionele treinparameters (bijvoorbeeld deuren open/dicht). Deze technieken geven naar verwachting vooral een verbetering in de nauwkeurigheid buiten de Emplacementen. Immers, op het emplacement zijn de secties kort en geeft de traditionele meetbron al behoorlijk nauwkeurige informatie. Op de Vrije baan zijn de Secties lang en bovendien worden de gegevens die in de Beveiliging aanwezig zijn lang niet altijd doorgegegeven aan TROTS.

Terwijl de treindienstleider gebaat is bij een fijnmazige afbeelding van de treinpositie, is het voor andere afnemers juist lastig om de op een fijn raster gerapporteerde positie te interpreteren. Om die reden wordt nagedacht over een module die de treinpositie afbeeld op grotere begrippen zoals Dienstregelpunt en Spoor. Deze ontwikkeling heet SNIP: Systeem voor de Nationale Informatievoorziening van de Positie van treinen. De ontwikkeling van SNIP valt onder het project H1 (binnen het programma Herman voor de vervanging van VKL.

Trein Observatie en Tracking Systeem | Infrasite

Trein Observatie en Tracking Systeem

Het Trein Observatie en Tracking Systeem (TROTS) geeft aan waar de treinen zich bevinden. TROTS is de opvolger van het TreinNummerVolgsysteem (TNV).

De Treindienstleider van ProRail bestuurt de treindienst. Om dit goed te kunnen doen, moet hij/zij weten waar de treinen zich bevinden. Momenteel levert het Treinnummer Volgsysteem (TNV) deze informatie. TROTS is de opvolger van TNV. Het biedt een nauwkeuriger bepaling van treinposities en een vollediger dekking over de railinfrastructuur. TROTS is voorbereid om meetgegevens uit allerlei bronnen te verzamelen, door toepassing van verschillende meettechnieken, en verwerkt deze op een uniforme en transparante wijze tot treinposities. Naast positiegegevens zal het systeem in de toekomst ook voorzien in additionele parameters, zoals treinsnelheid, stilstanddetectie, status van de deuren, etc.

Gebruikers van TROTS zijn:

  • Treindienstleiders (via PRL)
  • Netwerkbestuurders en -analisten (via VKL)
  • Omroeper die het huidige BEPAC-systeem gebruiken
  • Diverse functionarissen die nu van TNV-meekijkschermen gebruik maken, zoals knooppuntcontroller, perrondienstleider, medewerkers calamiteitenafhandeling en storingsmonteur NedTrain.

Bedrijfszekerheid

Op het gebied van bedrijfszekerheid kunnen resultaten worden gehaald door voor TROTS instanties kleinere gebieden te definiëren dan de voornamelijk postbrede (m.u.v. de post Utrecht, waar twee TNV’s draaien) aanpak van TNV en TROTS op het VIP21 platform te laten functioneren waarmee een hogere technische beschikbaarheid kan worden gerealiseerd.

Meetgegevens

De huidige versie van TROTS maakt gebruik van dezelfde meetgegevens als TNV, namelijk baangebonden elementmeldingen vanuit de treinbeveiligingssystemen. Dit betreft de status van individuele infra-elementen zoals secties en wissels. TROTS ondersteunt zowel de conventionele beveiliging als de nieuwe beveiliging die in het kader van ERTMS wordt ontwikkeld. De baangebonden meetgegevens worden afgebeeld op een fijnmazig referentiestelsel, zodat de treinposities, vergeleken met TNV, met hogere nauwkeurigheid worden gerapporteerd.

Terwijl TNV de treinpositie altijd afbeeldt op een TNV-positie, wordt in het interne model van TROTS de positie van een trein weergegeven in meters op een tak. Een tak in deze context is een stuk spoor tussen twee knopen, waarbij een knoop een wissel is, of een Stootjuk, of een Terra Incognita. Deze definitie van knopen en takken is anders dan op het OKT-blad), maar sluit wel aan op Infra Atlas. De meterwaarde refereert aan het kilometerlint. TROTS houdt aldus de kop en de staart van de trein bij, en de route daartussen.

Proef

Vanaf 2008 is TROTS in de treindienstleidingspost Groningen operationeel. Bovendien wordt versie 32 of hoger van Procesleiding toegepast die is aangepast op TROTS. Deze is in staat de treinpositie weer te geven in de nauwkeurigheid zoals TROTS hem biedt. TNV-posities bestaan dan dus niet meer voor de Treindienstleider.

Afnemers van treinpositieinformatie zoals VKL, BEPAC, View en InfoPlus gaan nog niet meteen over op TROTS. Deze verwachten nog "oude stijl’ input zoals die door TNV werd geleverd. Hierin wordt voorzien door middel van de TNV Simulator, die grotendeels de vertrouwde gegevens nog biedt, zoalng nioet alle afnemers over zijn.

Met de komst van TROTS wordt TNV-Replay vervangen door TOON.

Ontwikkelingen

Deze release van TROTS vormt een opstap naar het gebruik van nieuwe meet-technieken in volgende releases (zoals b.v. GPS, transponders of odometers) en de rapportage van additionele treinparameters (bijvoorbeeld deuren open/dicht). Deze technieken geven naar verwachting vooral een verbetering in de nauwkeurigheid buiten de Emplacementen. Immers, op het emplacement zijn de secties kort en geeft de traditionele meetbron al behoorlijk nauwkeurige informatie. Op de Vrije baan zijn de Secties lang en bovendien worden de gegevens die in de Beveiliging aanwezig zijn lang niet altijd doorgegegeven aan TROTS.

Terwijl de treindienstleider gebaat is bij een fijnmazige afbeelding van de treinpositie, is het voor andere afnemers juist lastig om de op een fijn raster gerapporteerde positie te interpreteren. Om die reden wordt nagedacht over een module die de treinpositie afbeeld op grotere begrippen zoals Dienstregelpunt en Spoor. Deze ontwikkeling heet SNIP: Systeem voor de Nationale Informatievoorziening van de Positie van treinen. De ontwikkeling van SNIP valt onder het project H1 (binnen het programma Herman voor de vervanging van VKL.