CO2-Prestatieladder steeds vaker toegepast bij IV-projecten

Radarsystemen, wind- en temperatuurmeters zijn nodig om het scheepvaartverkeer op de Nederlandse vaarwegen te informeren en veilig en vlot te laten verlopen. Rijkswaterstaat vervangt de bestaande systemen door één uniform systeem. Daarmee zullen verkeerscentrales efficiënter gaan werken en zal de dienstverlening voor vaarweggebruikers verbeteren. ENGIE Infra & Mobility won hiervoor recent een aanbesteding die door Rijkswaterstaat was uitgeschreven. CO2-reductie was hierbij onderdeel van de gunningscriteria.

Met een Vessel Tracking System (VTS) kunnen schepen gevolgd worden. Zo’n systeem moet met vele andere toepassingen kunnen communiceren. Bijvoorbeeld met een systeem dat met radarbeelden schepen kan volgen (Radardoelvolgsysteem: RDV), maar ook systemen die met de scheepvaart kunnen communiceren (marifonie) en de scheepvaart op locatie kunnen informeren over weersomstandigheden zoals de wind en de temperatuur. Daarnaast is er een CCTV-systeem dat videobeelden kan genereren en soms een Radio Direction Finder (RDF) om schepen, meestal op zee, te kunnen peilen. De nieuwe integratie van al deze systemen stelt vaarweggebruikers in staat om aan de hand van gedetailleerde aanvullende informatie betrouwbare voorspellingen te maken voor hun reis.

Vervanging

Het project gaat ervoor zorgen dat de huidige aparte systemen worden vervangen door één zogenoemd Vessel Tracking System (VTS). Daarvoor is het ook nodig om de decentrale servers naar een centraal rekencentrum te verplaatsen. Verder wordt een softwaresysteem aangekocht en wordt het beheer en onderhoud van de radar en de werkplekken voor de komende tien jaar geregeld. Als eerste zullen de verkeersleiders van de verkeersposten Dordrecht, Nijmegen, Tiel, Waddenzee (Terschelling en Schiermonnikoog) en Wemeldinge van dit systeem gebruik maken.

Duurzaamheid

De efficiencyverbetering die Rijkswaterstaat met dit project wil bereiken draagt bij aan haar duurzaamheidsambitie. Volgens Hans Weerheim van ENGIE Infra & Mobility, dat de opdracht voor een uniform VTS-systeem gegund heeft gekregen, delen beide partijen de ambitie om de leiding te nemen in duurzame verandering. ‘Op maat en kostenefficiënt, zonder grote investeringen voor onze klanten. Rijkswaterstaat heeft als doelstelling het energieneutraal maken van alle infrastructuur in 2030. Zelf zijn wij voortdurend op zoek naar kansen en mogelijkheden om de energievraag van een object of locatie te verlagen. De ambities van RWS en ENGIE sluiten dus naadloos op elkaar aan.’

Rijkswaterstaat heeft de ambitie om de CO2-emissie bij de uitvoering van infrastructurele werken te reduceren. Dat kan alleen in samenwerking met marktpartijen. Daarom geeft Rijkswaterstaat een gunningsvoordeel aan marktpartijen die invulling geven aan deze CO2-ambitie. Een opdrachtnemer krijgt namelijk een (virtuele) korting op zijn inschrijvingsbedrag, waardoor hij interessanter wordt voor de opdrachtgever.

Toepassing op automatisering

Voor dit project is de CO2-Prestatieladder toegepast bij de aanbesteding voor de bouw van het rekencentrum en het beheer en onderhoud van de radar en de werkplekken. Voor Grond-, Weg- en Waterbouwprojecten (GWW) was dat al gebruikelijk, maar Rijkswaterstaat past de CO2-Prestatieladder ook steeds vaker toe bij prestatiecontracten op het gebied van informatievoorziening (IV) en industriële automatisering (IA). Dat is vooruitstrevend, want voor automatiseringsprojecten is de bijdrage aan CO2-reductie vaak niet zo gemakkelijk concreet te maken als bij meer fysieke projecten, waar het gebruik van bijvoorbeeld duurzamere materialen een groot verschil kan maken.

‘Voor ons is deze manier van uitvragen niet nieuw’, zegt Hans Weerheim van ENGIE. ‘Elke dag werken wij aan het realiseren van duurzame oplossingen die ervoor zorgen dat we een betere wereld door kunnen geven aan volgende generaties. Wij werken continu aan het verbeteren en optimaliseren van onze prestaties én die van onze opdrachtgevers.’

Hoog op de ladder

Bij de Europese aanbesteding voor het beheer en onderhoud aan de informatiesystemen en -installaties wordt een hoge duurzame ambitie van de inschrijvers verwacht. ‘We willen onze projecten zo energie-efficiënt mogelijk realiseren’, zegt projectleider Leo van der Harst bij Rijkswaterstaat. ‘Rijkswaterstaat wil zelf klimmen naar het hoogste niveau op de CO2-Prestatieladder: niveau 5. Bij projecten die veel raakvlakken hebben met GWW-projecten passen we waar mogelijk ook de CO2-Prestatieladder toe. Dat brengt de kwaliteit van onze inkoop ook naar een hoger niveau.’